Startpagina Schapen

Eigen schapenmelk verwerkt tot ijs, kaas en yoghurt

Na zeventien jaar elk een eigen beroep te hebben uitgeoefend, besloten Geert en Cindy Verhoogen-Hermans uit Erps-Kwerps hun beroepsleven een andere richting uit te sturen. Twee jaar geleden werden de eerste lammeren aangekocht en nu zijn ze volop bezig hun schapenmelkerij met verwerking van de melk, ’t Galgenveld, uit te bouwen. Het is één van de 13 ijsverkopende landbouwbedrijven die dit jaar deelnemen aan de Vlaams-Brabantse Tour de Crème.

Leestijd : 7 min

Geert Verhoogen en Cindy Hermans hebben beiden roots in de landbouw. De vader van Geert had een eigen witloofbedrijf en dat was ook het geval met de grootvader van Cindy. Het was de periode dat er in de streek van Kortenberg (Vlaams Brabant) in elke straat wel een aantal telers van vollegrondswitloof waren. Die zijn nu nagenoeg allemaal verdwenen, o.m. als gevolg van de concurrentie van het hydrocultuurwitloof en de tendens naar grootschaligheid die zich in deze sector heeft voorgedaan.

In 1998 kochten ze samen een witloofbedrijf aan dat failliet was gegaan. Geert had dan een opleiding van tuinaanlegger in de tuinbouwschool van Leuven en Mechelen achter de rug en installeerde zich als tuinaanlegger. Cindy oefende haar beroep van interieurarchitecte uit met vooral projecten in Wallonië.

Dat bleef zo tot een tweetal jaar geleden. Beiden leken een beetje uitgekeken op hun beroep en zochten naar iets anders. “We wilden iets met dieren doen dat economisch leefbaar was zonder dat het te grootschalig moest worden. We hadden vroeger schapen (als hobby), koeien en ook een aantal paarden, waarmee de kinderen en ik aan ruitersport doen in het kader van de vzw Landelijke Rijverenigingen (LRV). Uiteindelijk hebben we gekozen voor een schapenmelkerij. Dat is een soort bedrijf waar er nog zeer weinig van bestaan en waar we wel een economisch rendabele toekomst in zagen zonder dat we zeer grote oppervlakten nodig hadden”, zo legt Cindy uit.

Vooral bij zeer warm weer blijven de ooien liever in de schaduw van de stal. Te grote hitte doet de eetlust dalen en daardoor ook de  melkproductie.
Vooral bij zeer warm weer blijven de ooien liever in de schaduw van de stal. Te grote hitte doet de eetlust dalen en daardoor ook de melkproductie.

De eigen hobbyschapen werden in 2015 verkocht en op een tweetal bedrijven en bij een particulier werden lammeren van het Belgisch Melkschaap aangekocht. “Dat is een met uitsterven bedreigd ras dat bekend staat om zijn goede vruchtbaarheid en goede melkproductie. Het zijn ook zeer tamme en aanhankelijke dieren, zodat het gemakkelijk werken is.”

Omdat ze van plan waren de schapenmelk op het eigen bedrijf te verwerken ging Cindy een cursus ‘maken van schapenkaas’ volgen en het jaar nadien een opleiding als ‘ijsbereider’. “Die cursussen vormden de basis, maar de eigenlijke kennis moesten we wel opdoen door zelf veel te proberen, boeken te lezen en de zaak goed op te volgen, want veel voorbeelden waren er niet. Het was dus zeer veel zelfstudie”, zo geeft Cindy aan.

Mede door eigen kweek is de schapenstapel op het bedrijf intussen gegroeid tot een 130-tal dieren, waarvan 45 ooien die gemolken worden. Cindy werkt full time op het bedrijf (verwerking van de melk en verkoop in de winkel), terwijl ook Geert zijn activiteit als tuinaanlegger ietwat heeft teruggeschroefd (van acht naar vier werknemers).

Gespreide dekperiode

Om ook de winter te kunnen overbruggen met verse melk, werden de ooien vorig jaar in twee groepen onderverdeeld en in twee verschillende periodes gedekt. De eerste 25 ooien lammerden in februari (gedekt in september-oktober) en de volgende groep (waaronder ooien die in het jaar zelf geboren waren) werd pas in november-december gedekt, zodat de lammerperiode in mei viel.

De ooien worden op natuurlijke wijze gedekt. Daarvoor zijn er op het bedrijf drie rammen. Omdat de stapel van het Belgisch Melkschaap relatief beperkt is, wordt met behulp van het Steunpunt Levend Erfgoed (SLE) berekend welk percentage inteelt er is en welke ooi dus met welke ram gepaard mag worden.

Spenen op 3 tot 5 dagen

Gemiddeld leverden de ooien twee lammeren per ooi op. Er waren een paar drielingen en ook een vierling.

Gedurende de eerste drie tot vijf dagen blijven de lammeren bij de ooi, zodat ze voldoende biestmelk kunnen opnemen. Nadien worden ze gespeend en krijgen ze kunstmelk. Daarbij worden de lammetjes in groepen van een zestal in een hok geplaatst waarbij ze melk kunnen drinken uit een speenemmer.

De grote meerderheid van de schapen op het bedrijf zijn ingeschreven in het stamboek van het Belgisch Melkschaap. Toch zit er hier en daar nog een ‘zwart schaap’ in de kudde, maar ook die zijn reeds voor 80 % melkschaap.
De grote meerderheid van de schapen op het bedrijf zijn ingeschreven in het stamboek van het Belgisch Melkschaap. Toch zit er hier en daar nog een ‘zwart schaap’ in de kudde, maar ook die zijn reeds voor 80 % melkschaap.

“Het spenen moet zeker binnen de week gebeuren, want als het later gebeurt is het moeilijk om de lammetjes kunstmelk te laten drinken”, zo geeft Cindy aan. Het overschakelen op kunstmelk is een drukke periode waar ook de vier kinderen van Geert en Cindy (Cas, Kato, Nette en Thor) een handje bij toesteken.

Omdat er in mei-juni zeer veel werk is in de tuinaanleg en omdat er voldoende melk is van de groep ooien die in februari gelammerd heeft, werden de lammetjes van de tweede groep ooien zes weken bij de moeders gelaten. “Dit spaart heel wat werk uit”, zo legt Geert uit.

“Vorig jaar zijn de ooilammetjes allemaal op het bedrijf gebleven omdat we onze stapel wilden vergroten. Dit jaar zullen we wel een selectie doen uit die ooilammetjes en alleen deze aanhouden die afkomstig zijn van ooien die veel melk geven”, zo geeft Cindy aan. Die ooilammetjes worden gedurende de zomer op de weide gehouden en bijgevoederd met wat maïs.

De ramlammetjes van hun kant blijven op stal en krijgen daar hooi en maïs. Ze worden verkocht als ze rond de 50 kg wegen aan het Silsomhof, een bedrijf in de buurt dat via een korte ketencircuit vlees van runderen, varkens en schapen aan particulieren verkoopt.

Lactatiemengsel

Gedurende de zomer verblijven de ooien op de weide, maar hebben ze steeds de mogelijkheid om in de stal te komen. “Vooral bij zeer warm weer blijven de ooien liever in de schaduw van de stal. Te grote hitte doet de eetlust dalen en daardoor ook de melkproductie”, zo legt Geert uit. In de stal wordt dan hooi bijgevoederd. Dat hooi wordt gewonnen op weiden die gehuurd worden van Natuur en Bos en tweemaal per jaar mogen gemaaid worden, maar niet begraasd.

Anderzijds wordt ook maïs aangekocht om het rantsoen aan te vullen. Tijdens de winter wordt daar nog een lactatiekrachtvoeder aan toegevoegd. “Ons hooi en onze maïs worden geanalyseerd en op basis daarvan wordt dan een speciaal lactatiemengsel voor ons bedrijf samengesteld”, zo legt Cindy uit.

Scheren om eetlust te verhogen

Naast het rantsoen wordt ook veel aandacht besteed aan de gezondheid van de dieren. “We vaccineren tegen ‘bloed’ (enterotoxaemie) en ook tegen blauwtong. Daarnaast worden de schapen ook tweemaal per jaar ontwormd in perioden dat ze niet gemolken worden. Vorig jaar hebben we heel wat last gehad van rotkreupel, waarschijnlijk omdat we zoveel dieren hebben moeten aankopen en er dan altijd wel eentje kan bij zijn dat de besmetting meebrengt. Na inspuitingen met antibiotica tijdens de periode van de droogstand hebben we daar nu echter geen problemen meer mee. Van myasis hebben we tot hiertoe geen last. Dat komt waarschijnlijk doordat de staart van het Belgisch Melkschaap niet bewold is en de schapen dus minder gevoelig zijn aan deze aantasting”, zo doet Geert het verhaal.

Het Belgisch Melkschaap is een fijn gebouwd, groot schaap dat hoog op de poten staat. Een typisch kenmerk voor het ras is de zogenaamde onbewolde rattenstaart die spits uitloopt.
Het Belgisch Melkschaap is een fijn gebouwd, groot schaap dat hoog op de poten staat. Een typisch kenmerk voor het ras is de zogenaamde onbewolde rattenstaart die spits uitloopt.

Geert scheert de schapen ook zelf. Dat gebeurt enige tijd voor het lammeren. “Doordat de schapen geschoren zijn gaan ze ook meer eten om hun temperatuur op peil te houden en als gevolg daarvan gaan ze ook meer melk produceren”, zo legt Geert uit.

Strenge hygiëne

Gemiddeld komen de ooien met hun rantsoen aan een melkproductie van 2 tot 3 liter per dag.

Op dit ogenblik worden ze gemolken in een zelf gebouwde mini melkstal, waarbij acht ooien gelijk op een tafel komen te staan en er vier tegelijkertijd worden gemolken. Per acht ooien neemt dat een kwartier in beslag. Daarnaast komt nog het reinigen en naspoelen van de installatie.

Het is Geert die tweemaal daags voor het melken en het voederen van de dieren instaat. “Tweemaal daags melken is belangrijk omdat anders de melkproductie zeer snel naar beneden gaat. Schapen zijn daar veel gevoeliger aan dan bv. geiten.”

In de winkel heeft de klant een ruime keuze aan ijsjes (13 soorten) en yoghurts (4 soorten). Daarnaast zijn ook platte kaas, halfharde kaas, harde kaas en feta verkrijgbaar.
In de winkel heeft de klant een ruime keuze aan ijsjes (13 soorten) en yoghurts (4 soorten). Daarnaast zijn ook platte kaas, halfharde kaas, harde kaas en feta verkrijgbaar.

Cindy neemt de verwerking van de melk tot kaas, yoghurt en ijs voor haar rekening. Doordat zij niet in contact komt met het voeder of de dieren wordt vermeden dat eventuele verontreiniging via het voeder of de dieren zou overgedragen worden op de producten. “Hygiëne is zeer belangrijk bij het maken van onze producten. Daar wordt trouwens door het FAVV zeer streng op toegezien. Zo wordt gans de installatie viermaal per jaar gecontroleerd en de producten nog eens tweemaal per jaar ”, zo geeft Cindy aan.

“Omdat het melken en het vooraf voorbereiden en achteraf reinigen van de melkinstallatie zeer veel tijd in beslag neemt, wordt er naar uitgekeken om dat te automatiseren. We zijn daarom aan het uitkijken naar een gespecialiseerde melkstal voor schapen”, zo legt Cindy uit.

Hoevewinkel met terras

Alle melk van de schapen wordt op het bedrijf verwerkt door Cindy. Dat is in de eerste plaats in ijs. Als er melk op overschot is wordt er ook kaas en yoghurt van gemaakt. Die kunnen langer bewaard worden.

Die producten worden verkocht in de winkel op het bedrijf. Die is vier namiddagen in de week (woensdag, vrijdag, zaterdag en zondag) geopend. Op een uitgebreid terras naast de winkel kunnen tijdens de zomerperiode ook ijsjes genuttigd worden.

Vier namiddagen in de week houdt Cindy ook de hoevewinkel open.
Vier namiddagen in de week houdt Cindy ook de hoevewinkel open.

Anderzijds wordt ook ijs en kaas aan restaurants uit de buurt geleverd. “Ons cliënteel bestaat voor de helft uit vaste klanten uit een regio van 15 tot 20 kilometer rond het bedrijf, maar anderzijds ook heel wat passanten die tijdens een fietstocht een ijsje komen nuttigen op ons terras”, zo geeft Cindy aan.

Toekomst

Naar de toekomst toe denken Geert en Cindy er aan om de schapenstapel nog verder te laten groeien. “Op dit ogenblik melken wij een 45-tal ooien en kunnen we alle verwerkte melk vlot verkopen. Bij voorkeur verwerken we de melk tot ijs, omdat daar de marge groter is. Om met die activiteit alleen een volledig economisch leefbaar bedrijf te hebben, zouden we een 75-tal ooien moeten melken. Het is onze droom daartoe te komen”, zo geven ze aan.

A.D.M.

Lees ook in Schapen

Hoe bereid je de aflamperiode goed voor ?

Schapen Op sommige bedrijven zijn de eerste lammeren al geboren, maar voor de meeste bedrijven vinden de geboorten plaats tussen half februari en april. De geboorteperiode is de meest delicate, maar ook de belangrijkste periode voor een schapenbedrijf. Het aantal lammeren is bepalend voor de rendabiliteit, maar het moeten wel levende en finaal verkoopbare lammeren zijn.
Meer artikelen bekijken