Startpagina Vleesvee

Niets geleerd van Tielt?

Deze week werd ons land opnieuw opgeschrikt door choquerende beelden uit een slachthuis. Ditmaal ging het om een runderslachthuis, Verbist uit Izegem. Opnieuw is het vertrouwen van de consument geschaad, ondanks inspanningen van de Belgische vleessector op vlak van openheid, controles en opleidingen. Wat ging er mis?

Leestijd : 5 min

Opnieuw vonden beelden van overtredingen op de wet van het dierenwelzijn hun weg naar de media. Landbouwersverenigingen reageerden geschokt. Veetelers dreigen alweer het kind van de rekening te worden, vinden zij. Ook de beroepsfederatie van de slachthuizen betreurt dat de leden die positieve inspanningen deden eveneens in een slecht daglicht komen te staan.

Verborgen camera’s legden vast hoe onwillige stieren elektrische schokken kregen toegediend, en hard gepord werden met een stok, onder meer in de anusstreek. Ook toonde de video dieren die bij bewustzijn werden opgetakeld en de keel overgesneden. Met de hulp van een sympathiserend personeelslid kon dierenrechtenorganisatie Animal Rights haar camera’s in het bedrijf ophangen.

Slachthuis gesloten

Vlaams minister voor Dierenwelzijn Ben Weyts liet op basis van de beelden het slachthuis meteen sluiten. “De opmerkingen situeren zich zowel op het vlak van infrastructuur als op dat van respectvol omgaan met dieren. Wanneer dat is geremedieerd kan er sprake zijn van heropening”, deelt zijn woordvoerder, Jeroen Tiebout, mee.

Het respectloos gedrag ten aanzien van de dieren wordt doorgaans aangepakt door opleiding. Daar gaat in het convenant dat minister Weyts naar aanleiding van het Tieltse drama sloot met de slachthuissector ook veel aandacht naartoe. De andere inbreuken betreffen de infrastructuur die zal moeten worden aangepast. Het is geen geheim dat de sector met zeer scherpe marges werkt. Is er wel geld voor structurele maatregelen?

De directie heeft beslist om met onmiddellijke ingang werk te maken van remediatie, laat het bedrijf weten. De afdeling Dier & Welzijn van de Thomas More hogeschool voerde op woensdag 13 september een doorgedreven audit uit. Op basis daarvan wordt een compleet actieplan opgemaakt.

Verbist nuanceert

Louis Verbist, de zaakvoerder van het slachthuis in Izegem, kon pas op dinsdag de beelden inkijken via de media. Hij reageert verbolgen: “Sommige van deze beelden kunnen absoluut niet door de beugel. Natuurlijk zijn wij daar zelf door geschokt. Wij nemen dit zeer ernstig en wij zullen er alles aan doen opdat dit in de toekomst niet meer kan gebeuren.”

Toch laat hij zich in andere media vergoelijkend uit. Hij geeft toe dat het slachthuis gemiddeld een keer of tien per week te maken krijgt met een weerspannige stier (op een totaal van 400 slachtingen), maar dat het gepor in het dier niet had mogen gebeuren. Verder betwijfelt hij dat er dieren levend gekeeld zijn, zoals de beelden laten uitschijnen. “Dat is gewoon onmogelijk. Ze krijgen eerst een lange slagpin in de kop.” Ten slotte benadrukt hij dat stress voor de slacht de kwaliteit van het vlees negatief beïnvloedt.

Veehouderij vraagt controles

Febev, de federatie van het Belgisch Vlees, dat de Belgische slachthuizen en uitsnijderijen verenigt, wil het toezicht op het slachtproces verscherpen. Het convenant dat de federatie samen met de dienst dierenwelzijn van de Vlaamse Overheid uitwerkte voorziet onder meer het plaatsen van camera’s, het organiseren van opleidingen en een doorlichting van alle slachthuizen. Verder staat ze volledig achter bijkomende controles.

Boerenbond herhaalde in een tweet haar standpunt over dierenwelzijn: “Wetgeving dierenwelzijn moet nageleefd worden door alle actoren in de keten en wetgeving moet gehandhaafd worden.” Algemeen Boerensyndicaat (ABS) zegt in zijn persbericht hetzelfde, en wijst daarbij op de strenge en frequente controles die veehouders ondergaan.

Economische gevolgen?

Verder waarschuwt ABS ook voor een negatieve impact op de rundveesector: “Wij doen er alles aan om het imago van de landbouwsector, en nu in het bijzonder van de rundveehouders, goed te houden. Met deze beelden wordt alles terug teniet gedaan, terwijl elke boer er alles aan doet om zijn dieren diervriendelijk te behandelen. Dit is alleen maar in zijn eigen voordeel, want zijn bedrijfsresultaten en dus zijn inkomen hangen hiervan af. Toestanden als deze kunnen wij niet aanvaarden.”

Het Vlaams Agrarisch Centrum haalt onder meer uit naar de grootdistributie: “De wedren naar de goedkoopste prijzen doet hier geen goed aan. We vinden de reactie van de grootdistributie om onmiddellijk hun afnames stop te zetten geen goed signaal. Een beter signaal zou zijn om eerlijke prijzen uit te betalen, zodat elke schakel kan investeren in de juiste opleiding van zijn medewerkers.” Uit angst voor reacties van consumenten gaven Delhaize, Colruyt en Makro Nederland immers al aan geen vlees meer aan te kopen afkomstig van slachthuis Verbist.

Voldoende controle?

De woordvoerder van minister Weyts raadt de Vlaamse landbouwers aan om druk te blijven uitoefenen op de slachthuizen, bijvoorbeeld via het ketenoverleg. Op de vraag naar meer en betere controles antwoordt hij dat de overheid wel degelijk controleert. “De dienst Dierenwelzijn van de Vlaamse overheid voert controles uit. Bij slachtactiviteiten zijn onafhankelijke dierenartsen met opdracht (DMO’s) aanwezig. Ook het FAVV voert controles uit. Daarbovenop kan ook het slachthuis zelf controleren. Febev pleit bijvoorbeeld voor camera’s.”

Nadat de beelden opdoken in de media deelde minister Weyts zelf ook een filmpje via sociale media. Daarin geeft hij te kennen “meer ogen op de slachtvloer” te willen. Daarbij moet de focus niet alleen op voedselveiligheid liggen, volgens hem: “We moeten afstappen van het verouderde controlesysteem dat te weinig oog heeft voor dierenwelzijn.”

FAVV reageert

Het federaal voedselagentschap FAVV liet daarop niet na het één en ander uit te klaren. Zoals herhaaldelijk gesteld is het FAVV sinds de staatshervorming van 2014 niet meer bevoegd voor de controles op dierenwelzijn in de slachthuizen. Het neemt enkel de praktische organisatie van de DMO’s op zich, klonk het.

De DMO’s moeten rechtstreeks aan de gewesten rapporteren over vastgestelde inbreuken m.b.t. dierenwelzijn. De gewestelijke diensten bevoegd voor dierenwelzijn kunnen zelf de controles, bovenop deze uitgevoerd door de dierenartsen met opdracht, uitvoeren en uitbreiden, liet het FAVV nog weten.

Aan die staatshervorming hield minister Weyts elf inspecteurs dierenwelzijn over. Intussen kwamen daar nog elf inspecteurs bij, die momenteel in opleiding zijn. “Wie niet luisteren wil, zal voelen”, dreigde minister Weyts in zijn filmpje.

Oplossingen

Febev blijft het idee genegen om camera’s te plaatsen op strategische locaties in het slachthuis. De beelden zouden worden bekeken door de ‘animal welfare officer’ (AWO) van het bedrijf. Overheidscontrole via webcam vindt minister Weyts maar niets. Hij heeft niet de capaciteit om de beelden afkomstig van ongeveer 70 slachtinrichtingen in België continu te monitoren.

Volgens het convenant komen er ook extra investeringen in de expertise van de personeelsleden die in aanraking komen met de levende dieren. Ten slotte komt er een audit die elke stap van het proces, van vrachtwagen tot slachtplaats, onder de loep zal nemen in functie van meer dierenwelzijn. Daarvoor werken de diensten van minister Weyts samen met de Thomas More Hogeschool (Associatie KU Leuven).

D.C.

Lees ook in Vleesvee

Meer artikelen bekijken