Startpagina Melkvee

50 % van de verwerkte grondstoffen zijn nevenproducten uit voedingsindustrie

Net voor het jaareinde publiceert BFA, het vroegere Bemefa, het statistisch jaarverslag 2016. De mengvoederproductie 2016 kan bestempeld worden als een "vrij normaal jaar" ondanks de ongunstige situatie in het voorjaar van 2016. BFA onderstreept haar core business : de valorisatie van nevenstromen uit de voedingsindustrie.

Leestijd : 3 min

In het jaarverslag van de brancheorganisatie voor mengvoerproducenten BFA bevinden zich de productie- en omzetcijfers van de BFA-leden en een algemeen overzicht van de diervoederindustrie in Europa. Een overzicht van o.a. het grondstoffenverbruik, de evolutie import-export mag uiteraard ook niet ontbreken. We geven de voornaamste cijfers voor 2016 op een rijtje.

Op zeven na

grootste EU-producent

Net zoals in 2015 staat België op plaats 8 in de top 10 van de grootste producerende EU-lidstaten. Samen werd er 134 miljoen ton mengvoeder geproduceerd, waarvan België 6.591.000 ton voor zijn rekening neemt.

Goedkoper voeder

Wat betreft de prijsevolutie van het mengvoeder in België merken we in het algemeen een dalende trend over de verschillende types mengvoeder, behalve voor kunstmelk. In vergelijking met 2015, waar de prijzen vrij constant gebleven zijn met licht dalende trend doorheen het jaar, kenden de prijzen in 2016 meer fluctuaties. De grootste daling is op te tekenen bij het varkensvoeder, gevolgd door pluimveevoeder en dan rundveevoeder. Het dieptepunt werd bereikt in april 2016, waarna de meeste prijzen weer stegen tot in de zomer van 2016.

Import en export

Nederland (63%) en Frankrijk (23%) zijn samen goed voor 86% van de totale import van diervoeder in België. De andere EU-landen, zoals Duitsland en het Verenigd Koninkrijk, vertegenwoordigen 8% van de totale import. Ten opzichte van 2015 is het aandeel dat komt uit derde landen (buiten de EU) sterk gestegen.

Voor de export uit België zijn opnieuw Nederland en Frankrijk de grote afzetmarkten. Frankrijk is de grootste bestemming met 37% van de totale export, Nederland volgt op de tweede plaats met 26% van de totale export. In 2016 was de totale export uit België en de totale import in België bijna gelijk.

Aandeel blijft constant

De laatste 4 jaar lijkt het aandeel van de Belgische BFA-leden in de totale mengvoederproductie te dalen tot 92% in 2016. Dit heeft vooral te maken met de verwerking van de statistieken door BFA. Enkele leden waarvan vroeger de (buitenlandse) productie als "Belgisch" werd geklasseerd worden nu correct geklasseerd als "buitenlandse vestigingen".

De helft is varkensvoeder

Wat de geproduceerde tonnages betreft, blijft varkensvoeder veruit het meest geproduceerde voeder, op afstand gevolgd door rundvee- en pluimveevoeder. In 2016 produceerde de Belgische mengvoederindustrie 3,5 miljoen toen varkensvoeder, 1,4 miljoen ton rundveevoeder, 1,3 miljoen ton pluimveevoeder en 0,4 miljoen ton divers voeder.

Yvan Dejaegher, directeur-generaal bij BFA, wijst ook op het steeds groter aandeel van export van mengvoederproducten naar meer dan 60 landen binnen en buiten de EU. “Dit toont het innoverend karakter van de Belgische mengvoederindustrie”, zo stelde hij.

Veilige grondstoffen

Wanneer we kijken naar het grondstoffenverbruik in de Belgische diervoederindustrie bestaat de overgrote meerderheid (97%) van de grondstoffen uit voedermiddelen. Het resterende aandeel (3%) wordt ingenomen door additieven (toevoegingsmiddelen) en voormengsels (premixen).

"Voedselveiligheid blijft onze topprioriteit", benadrukt BFA. “Een degelijk onderbouwd, gevalideerd en gecertificeerd autocontrolesysteem met een ver doorgedreven monitoring van de risico’s van alle grondstoffen met bestemming diervoeder (uniek in de EU) is en blijft onze hoofdbekommernis. De diervoederindustrie wenst ten volle haar verantwoordelijkheid als de belangrijkste toeleverancier van de dierlijke productiekolom op te nemen en in te vullen.”

De helft zijn bijproducten

In 2015 bedroeg het totale grondstofgebruik van alle BFA-leden 7,6 miljoen ton. Yvan Dejaegher licht toe : "Maar liefst 3,8 miljoen ton of 50 % van de grondstoffen zijn bijproducten van de voedings- en biobrandstoffenindustrie. Dit onderstreept de substantiële bijdrage van de diervoederindustrie in de circulaire economie". De granen zijn de tweede belangrijkste groep met 40% van alle grondstoffen. Met 20% vormen de bijproducten van de oliehoudende zaden de belangrijkste subgroep van de grote groep ‘bijproducten.’

Lees ook in Melkvee

Meer artikelen bekijken