Startpagina Economie

2018, jaar van de harde data

Vorige week gingen we dieper in op het scannen van de bodem en het gewas. Met die technologie creëert men veel data. De vraag blijft: hoe gaan die data beheerd worden? En hoe zit het met privacy? Op Agribex werd hier verder op ingegaan tijdens de studiedag ‘Data in de landbouwketen: what’s in it for me?’

Leestijd : 5 min

Data, we komen er elke dag mee in contact. Ook in de landbouwsector wordt data verzameld over een verscheidenheid aan onderwerpen. Niet alleen bij bodem- en gewasscans, maar ook bij melkrobots, activiteitsmeters, klimaatregelaars en andere slimme machines vallen er data te rapen. Er worden enorme databases aangelegd, die het de landbouwer gemakkelijker moet maken.

Toch rijzen er nu ook vragen in organisatorische en ethische richting. Hoe kan de landbouwer zijn data beschermen? Wat kan een landbouwcoöperatie rond data betekenen? En wat denkt de industrie ervan? Vragen die uitvoerig aan bod kwamen tijdens de studiedag van Agribex.

Informatie uit data halen

Tegenwoordig kan men overal data uit halen. Je kan ze zelf verzamelen, namemlijk uit drones of uit de gps van je eigen tractor, maar ook anderen kunnen data voor jou verzamelen, zoals de melkfabriek. Het is daarom belangrijk al die data op te schonen, op elkaar af te stemmen, te voorzien van een beschrijving en te ordenen volgens een aantal waarden.

Daar heb je zelf als landbouwer al grip op. Je bepaalt ook zelf wat je bewaart en weggooit, wat lastig is want je moet weten welk stukje informatie je over 10 jaar nodig hebt. We hebben dus een visie nodig waarin we weten waar we naartoe willen en welke data je daarvoor nodig hebt. Daarom komen verschillende bedrijven en groeperingen al samen om aan die visie te werken. Dat wordt dan vastgelegd in blauwdrukken en in ICT-platforms bewaard.

Uitwisseling voor verbetering

In ieder geval is het nuttig om de data te delen om oplossingen te creëren. De landbouwer kan in principe met iedereen data uitwisselen. Dat kan gaan van wetenschappers, tot leveranciers, loonwerkers, adviseurs, investeerders, het beleid, NGO,s,... In Internet of Food en Farm 2020 is de landbouwer uiteindelijk de spil.

Het woord ‘Fair’ is hier erg belangrijk. De data moet vindbaar zijn (Findable), toegankelijk (Accesible), uitwisselbaar (Interoperable) en herbruikbaar (Reusable) zijn. Fair is ook een markt, waar data op een eerlijke manier ‘verhandeld’ wordt. De informatie kan dan ook verbeterd worden met elkaars ervaring. Ook beperk je dat er fouten in komen. De eerste ontwikkelingen gebeuren door experts, de tweede ontwikkelingen, het finetunen, bij gebruikersgroepen.

Vik Vandecaveye van CEMA (Europese Vereniging van landbouwmachinefabrikanten): “Data zijn belangrijk voor ons omdat we de grootste generators zijn van gegevens in de akkerbouw en de landbouw in het algemeen. Bij smart farming worden er gegevens verzameld die ervoor zorgen dat de machines verbeterd kunnen worden. “Dus indirect krijgt de landbouwer ook voordelen door zijn data te delen. Zij kunnen dus betere machines verkrijgen, maar ook beter advies, beter zaad,... Er wordt veel waarde gecreëerd buiten de boerderij: door de leveranciers en in de voedselketting.”

Landbouwer blijft kritisch

De industrie merkt wel dat de landbouwer terughoudend is om te investeren in al die technologie. “Ze weten niet wat de waarde is, vinden het niet gebruiksvriendelijk en er is vrees voor misbruik van de gegevens. We kunnen stellen dat heel het ecosysteem die waarde levert er nog niet is. Het is vergelijkbaar met het kip en het ei verhaal. Als de boer niet investeert in data dan komt het ecosysteem er niet en dus ook de waarde (zoals een hogere opbrengst) niet. Uiteindelijk is de boer de beslissingnemer: hij beslist over de aankoop van machines, diensten, enz en over de verkoop van zijn producten”, aldus Vik.

“Wij als machinefabrikant zijn van mening dat de gegevens toebehoren aan de boer, alhoewel daar wettelijk geen bepaling voor is. De boer beslist dus wie inzage krijgt in zijn gegevens. We moeten wel opletten dat er geen machtsverschuiving gebeurt. Er zijn veel ‘kleine’ boeren die naar de ‘grote’ voedselverwerker moet gaan. Er ontstaat een competitief voordeel voor de voedselverwerker en dat is een scheefgetrokken situatie.”

Of de gegevens anoniem kunnen? Er wordt vermeld dat het zeer moeilijk is om de veldgegevens anoniem te maken. Vik voegt toe: “Als er moet worden gestrooid is het bijvoorbeeld belangrijk te weten waar dat veld is en hebben we die gegevens nodig. We krijgen ook te maken met wettelijke beperkingen. Van onze kant wordt het serienummer van de machine beschouwd als privacygebonden gegevens. Dat belet ons dingen te doen om de waarde te verhogen. Als de boer zijn gegevens niet deelt, kan dat een struikelblok zijn voor innovatie.”

Landbouwer, bescherm je data

De landbouwer beschermt best zijn data. Echter, enkel juridische bescherming volstaat niet. Het is belangrijk zelf op te letten bij wat men doet. Zo moet men bijvoorbeeld de gebruiksvoorwaarden effectief lezen vooraleer men op ‘ik ga akkoord’ klikt. “Het is echter lastig om zo tientallen pagina’s door te lezen als men bepaalde machines wil hebben, en daarom bestaat de ‘Code of Conduct’ wat een soort gedragscode is”, klinkt het bij Peter Paree van ZLTO, een Nederlandse landbouworganisatie.

De waarde moet terug gebracht worden naar de boer want hij is de persoon die het voedsel produceert, klinkt het alvast uit meerdere richtingen. Daarom stelden Copa-Cogeca, Fertilizers Europe en CEMA, een Code of Conduct op die goed gedrag bij uitwisseling moet bevorderen. Het bevat een soort checklist om ervoor te zorgen dat men toch een validatie kan doen als je gegevens uitwisselt met andere partijen.

Doel is uiteindelijk om transparantie te scheppen en vertrouwen te creëren zodat de boer zijn gegevens wil delen. De Code of Conduct is nu ook gedeeld met alle andere organisaties voor algemene adoptie.

Een coöperatie voor efficiënte uitwisseling

Voldoet een bedrijf namelijk aan de Code of Conduct, dan word je beschouwd als een betrouwbaar bedrijf en krijg je hiervoor ook het logo. “Maar het gaat er niet alleen om dat je een gedragscode afspreekt, het gaat er ook om dat je de transparante data effectief gaat uitwisselen. Daarom heeft CRV (Coöperatieve RundveeVerbetering), samen met FrieslandCampina en veevoercoöperatie Agrifirm, het initiatief genomen om een centrale machtigingen beheer te organiseren, Coöperatie Joindata”, aldus Peter Paree. Met Coöperatie Joindata wil het platform een betrouwbare infrastructuur bieden voor data van landbouwactiviteiten. Dit zou innovatie moeten versnellen, wat op zich weer leidt naar meer rendabiliteit, dierenwelzijn en duurzaamheid.

“Ik ben er absoluut van overtuigd dat een coöperatie een rol kan spelen in dit gegeven”, treedt Peter Broeckx van CRV Peter Paree bij. “We zijn erg met informatie bezig. Zonder informatie is er geen genetische evaluatie en zonder genetische evaluatie is er ook geen genetische vooruitgang. Als we geen toegang hebben tot data als geneticabedrijf hebben we een probleem.

In Nederland is het datadeelnetwerk al operationeel, maar hier werkt CRV nog samen met Ilvo samen om dat ook hier waar te maken.”

M.V.

Lees ook in Economie

Meer artikelen bekijken