Startpagina Bedrijfsnieuws

Syngenta’s advies richting positionering en toepassing van middelen getoond

Midden juni bezochten we het proefplatform van Syngenta in de buurt van Les Bon Villers, gelegen tussen Brussel en Charleroi. In de klassieke akkerbouwgewassen lagen er meerdere proeven aan.

Leestijd : 4 min

Een zwaartepunt binnen de proefveldwerking is de ziektebeheersing in granen en de inzet van de fungiciden op het juiste moment. Maar ook onkruidbestrijding in maïs en de Alternaria-beheersing in aardappelen vormde een onderwerp.

Granen

De wintergerst was reeds zeer ver gevorderd op het moment van ons proefveldbezoek, hier lag o.a. een ziektebestrijdingsproef aan. Syngenta schuift de middelencombinatie van Elatus Plus met Bravo en een triazool naar voren. Ze adviseren twee behandelingen met in de tweede toepassing sowieso Bravo. Wordt er maar één fungicidebehandeling uitgevoerd in wintergerst, dan luidt het advies om deze tijdig te zetten.

In de proefveldwerking lagen ook middelen aan op basis van Solatenol/benzovindiflypyr. Eén van deze producten is de ready mix combinatie ‘Velogy Era’ waar ook prothioconazool aan is toegevoegd. Het voordeel van Solatenol uit zich op roesten.

Nog meegeven dat in de wintergerst de vermeerdering van de klassieke rassen is gestopt bij Syngenta. Er wordt nu volop ingezet op de hybride-variëteiten. Voor zomergerst wordt wel nog veredeld met klassieke rassen.

In de wintertarwe wordt de proefveldwerking inzake ziektebestrijding verdergezet. Net zoals in de wintergerst wordt er gekeken naar de inzet van middelen solo en in combinatie en naar de positionering (eerste of tweede bespuiting). Wouter Keppens, campagnemanager, wijst hier op de ‘souplesse’ die het fungicide Elatus Plus biedt (actieve stof: benzovindiflypyr). Het kan wat vroeger of later gespoten worden ten opzichte van de eerste fungicidetoepassing. Maar er wordt sterk op gewezen om het interval tussen de twee bespuitingen tot niet langer dan drie weken te laten oplopen. Wouter bemerkt ook dat dit fungicide uit de SDHI-groep gemiddeld 700 kg meeropbrengst per ha laat zien, ondervonden in proefveldwerking.

Maïs

Gewasadviseur Mario Lagrou voorzag ons van toelichting in de onkruidbestrijdingsproef in maïs. In de voor-opkomst spoten zij objecten met Dual Gold ingezet aan 1l/ha en 1,5 l/ha. Dit gaf propere proefvlakken. Mario’s conclusie hier is dat een bodemmiddel in vooropkomst altijd zijn waarde heeft.

Wordt de onkruidbestrijding in de na-opkomst aangepakt, doe het dan altijd in de vroege na-opkomst (2-3 blad) omdat je op kleine onkruiden kunt behandelen. “De vroege toepassing na-opkomst wint het altijd van de late (4-6 blad).

Dual Gold werd tevens toegepast in een ‘grassenproef’ waar een sterk veronkruid veld met gierstgrassen – een hoge druk van 400 planten/m2- werd aangepakt. Een voor-opkomst toepassing met 1l Dual Gold zorgde voor een nagenoeg proper veld. In de na-opkomst moest er dan enkel teruggekeerd worden voor een ontsnapte perzikkruid of zo. Een andere toepassing die voor een nog beter resultaat zorgde was de inzet van anderhalve liter Dual Gold in na-opkomst.

In Bocholt werd aan het Proef- en Vormingscentrum voor de Landbouw een proef aangelegd die de spuittechniek specifiek naar knolcyperus onderzocht. De conclusies van Mario zijn hier om allereerst een hoge dosering van het spuitmiddel aan te houden en om vervolgens met een grove druppel de toepassing uit te voeren. Tot slot wijst hij op het belang van voldoende water. “400 liter per ha is een minimum. Dankzij dit watervolume kunnen we met ons spuitproduct doordringen tot het hart van de plant/knolcyperus en zo een goede bestrijding bekomen.”

Aardappelen

De toelichting in de aardappelteelt die Christian Walravens, gewasadviseur bij Syngenta, verzorgde draaide volledig rond Alternaria. Syngenta’s visie op Alternaria wijkt wat af van die van de landbouwcentra. Naar eigen zeggen benadert het bedrijf het probleem vanuit een bredere optiek. Christian geeft aan dat het heel moeilijk is om een algemeen advies te geven, daar we bijna perceelsspecifiek moeten gaan werken. De beheersing van Alternaria is zeer ingewikkeld gezien er verschillende factoren meespelen. Enerzijds gaat het om een pathogeen-complex, anderzijds zijn er milieukundige factoren zoals de temperatuur, de vochtigheid en de neerslag die hun invloed hebben. Maar ook op plant-niveau is een invloed merkbaar. Denk zo aan de variëteit die al dan niet gevoeliger kan zijn, de bemestingstoestand en de ouderdom van de plant.

Het advies luidt om af te wisselen en te starten met werkzame stoffen die op alle stammen van Alternaria goed werken en voldoende sterk zijn. Start op tijd om curatieve situaties te vermijden en ga door tot twee weken voor loofdoden. Syngenta schuift voor de Alternariabeheersing zijn middel Carial Star naar voor aan een volle dosering. Gevolgd kan worden met Amistar, Terminett, Mancozeb of Narita.

Christian hamert er sterk op om niet te laat te beginnen, om curatieve situaties te vermijden. Alternaria komt uit de grond en tast eerst de onderste bladeren aan. Bij te laat starten raakt de ziekte binnen in de plant en komen de producten die nadien worden ingezet onder zware druk te staan, met teleurstellende resultaten als gevolg. Preventief met Carial Star behandelen is de strategie van Syngenta. Dit is zo rond het tijdstip van begin bloei.

TD

Lees ook in Bedrijfsnieuws

Meer artikelen bekijken