Startpagina Akkerbouw

Tegemoetkoming vorst- en droogteschade anders berekend

Begin juni ontvingen de eerste 214 landbouwers die een tegemoetkoming vroegen voor de droogte en de vorst in 2017 de beslissing tot schadevergoeding (168 voor vorst, 46 voor droogte). De overheid paste hierbij een andere berekeningswijze toe dan ze eerder meegedeeld had.

Leestijd : 3 min

Gezien de recente wijzigingen, wordt elke teler aangeraden zijn brief goed na te lezen. Voor een temoetkoming zijn er drie voorwaarden waaraan voldaan moet zijn.

 

1. Schadedrempel van 30%

Een eerste voorwaarde voor een tegemoetkoming is een minimaal schadepercentage van 30% op teeltniveau. Het schattingsverslag of het verslag van de expert geeft alleen de percelen met schade weer. Het gemiddelde schadepercentage wordt berekend op alle percelen met die teelt op jouw bedrijf, in overeenstemming met de verzamelaanvraag.

 

2. Verzekering of structurele investeringen

De tweede voorwaarde heeft betrekking op de Europese wet op staatssteun. Er wordt daarbij gekeken of minimaal 50% van de productiewaarde van je volledige bedrijf verzekerd is tegen het meest voorkomende weersrisico (in de praktijk: hagel).

Boerenbond kon er mee voor zorgen dat naast een hagelverzekering ook investeringen om hagelschade te voorkomen zoals netten, kappen, folies en kanonnen in aanmerking komen. Wanneer je bedrijf deze norm van 50% haalt, kan 80% van de geleden schade vergoed worden, zo niet wordt maximaal 40% vergoed. Alle teelten behalve grasland worden beschouwd als verzekerbaar en worden dus meegenomen in de berekening.

De normbedragen voor fruit bedragen 15.711 euro/ha voor appel, 18.131 euro/ha voor peer en 13.676 euro/ha voor kers.

 

3. Aangepaste berekening van de tegemoetkoming

Het totale schadebedrag wordt berekend door voor elk perceel op het schattingsverslag de oppervlakte te vermenigvuldigen met het schadepercentage en het normbedrag. Reken daarbij alleen de teelten die gemiddeld meer dan 30% schade leden. Voor fruitbomen worden alleen percelen meegerekend met bomen van meer dan drie jaar oud.

Vanaf dit punt verschillen de Belgische en de Europese wetgeving, wat verwarring kan veroorzaken. Er is enerzijds de federale wet van 1978 over landbouwrampen, anderzijds zijn er sinds 2014 Europese regels voor staatssteun, met artikelen rond de verzekering van je teelten. De Belgische wet over landbouwrampen past een kortingstabel toe, gecombineerd met een franchise van 30%. De maximale vergoeding die volgens deze tabel uitbetaald wordt, is 62.400 euro. Juristen van de overheid hebben geconcludeerd dat aan de Europese en de Belgische wetgeving voldaan moet worden. Men maakt dus steeds beide berekeningen en betaalt het laagste bedrag uit, dat dus nooit hoger zal zijn dan 62.400 euro.

Bezwaar en uitbetalingstermijn

Wie akkoord gaat met de voorgestelde tegemoetkoming, hoeft niet te reageren en wordt automatisch betaald binnen de drie maanden. Wie niet akkoord gaat, moet binnen de maand na de verzending van de brief een herziening vragen door een bezwaarschrift in te dienen. Kijk daarbij zeker de vermelde perceeloppervlaktes en de geschatte schadepercentages na die vermeld zijn op je schattingsverslag.

Omdat het wettelijke aspecten betreft, heeft het geen zin om bezwaar aan te tekenen tegen de volgende elementen: de normbedragen van de teelten, de regel dat er minstens 30% schade moet zijn, de tegemoetkoming van slechts 40% van de geleden schade voor wie niet beschikt over een verzekering en/of structurele investeringen heeft gedaan, de toepassing van de uitkeringscoëfficiënten, het bedrag van het ereloon van de expert.

Boerenbond

Lees ook in Akkerbouw

Meer artikelen bekijken