Startpagina Akkerbouw

“Verzekeringsgeld steek ik voorlopig liever in bodem”

In de afgelopen twintig jaar had akkerbouwer Dingeman Burgers elf keer te maken met wateroverlast op zijn akkerland. Vandaar dat hij sinds 2002 al bezig is met steeds meer maatregelen te nemen om de wateroverlast tegen te gaan c.q. zijn land zo in te richten dat het enorme hoosbuien aan kan. Ook oogst hij zijn gewassen eerder.

Leestijd : 7 min

Akkerbouwer Dingeman Burgers uit Zevenbergschen Hoek komt uit een echte akkerbouwersfamilie. "Mijn vader kon erg goed ploegen en heeft zelfs in de selectie voor het WK-ploegen gezeten in de jaren zestig. Hij deed mee aan ploegwedstrijden in onder meer de Flevopolder, maar ook in Canada en Noorwegen. Als familie zijn wij van oudsher altijd al met de bodem bezig geweest, dus nog voor het een hype werd zoals tegenwoordig het geval is." Burgers kan nauwkeurig duiden wanneer hij voor het eerst echt last had van enorme hoosbuien waardoor zijn land blank kwam te staan.

"Dat was in 1998. In 2002 gebeurde dat nog een keer, met tevens enorme opbrengstdervingen. Rond 2000 dacht ik nog niet van; ik ga klimaatbewust telen, maar na de tweede keer besloot ik om toch maatregelen te gaan nemen." In de zestien jaar die volgden had Burgers vervolgens nogmaals negen keer te maken met (enorme) wateroverlast op zijn akkerland.

Late gewassen uit bouwplan

Een van de eerste maatregelen die Burgers nam was de late gewassen uit het bouwplan halen. Denk daarbij aan witlof, knolselderij en uiteindelijk haalde de akkerbouwer zelfs de winterwortels uit zijn bouwplan. "Het zijn dan wel hoog-saldo gewassen, maar ik vond het niet meer opwegen tegen de risico's van dat de oogst verloren kon gaan. Een andere reden om te stoppen met deze late gewassen was dat je in november een dermate aanslag op je land pleegt dat het ook nog eens ten koste gaat van de gewassen die je de jaren erop teelt."

Hij streeft ernaar om de eerste week van oktober alle aardappelen binnen te hebben. De suikerbieten uiterlijk voor 1 november. Door de warmere winters en de lange campagnes redt hij dat soms niet.Rond 2000 besloot de akkerbouwer ook om compost te gaan gebruiken. Burgers: “Maar daar ben ik op den duur toch weer mee gestopt. In de gangbare compost die ik aankocht zat dermate veel verontreiniging (plastic), dat ik besloot om ermee te stoppen. Je hebt wel compost zonder verontreiniging, maar die is dermate duur dat het niet rendabel is en die compost is ook nog eens niet altijd beschikbaar.” Hij probeerde enige jaren later nog eens groencompost, maar ook daar zat te veel verontreiniging in. Bokashi kijkt hij met belangstelling naar, maar hij vindt het tot nog toe te onduidelijk of in gebruik ervan een meerwaarde zit.

Land op afschot leggen

Dingeman bouwt zijn percelen door middel van kilveren, indien mogelijk, zo op dat er enigszins een bolling in het perceel zit. Dit gebeurt zeer geavanceerd. Het kilveren doet hij met behulp van RTK-GPS, maar omdat de kleilaag op zijn percelen op sommige gedeeltes te dun is, kan hij niet overal zo maar het land op afschot leggen richting sloot. Burgers: “Ik kilver met RTK-GPS dus zo, dat aan de ene kant alle laagtes in het land uitlopen naar de sloot toe, maar ontzie daarbij de dunnere kleigedeeltes.” Daardoor loopt het water bij hoosbuien makkelijk van zijn land af en zijn er geen plaatsen waar het water tussen de ruggen blijft staan.

Dingeman bouwt zijn percelen zo op dat er enigszins een bolling het het perceel zit.
Dingeman bouwt zijn percelen zo op dat er enigszins een bolling het het perceel zit. - Foto: DvD

Aan de andere kant maakt hij met behulp van de erosiestopper op de aardappelfrees en hoekschoffel van AVR speciale dammetjes dwars tussen de aardappelruggen. Burgers: “Deze erosiestopper zorgt ervoor dat om de 80 centimeter een klein hoopje aarde als een soort dijkje tussen de aardappelruggen komt te liggen. Hierdoor blijft na een regenbui het water net iets langer tussen de ruggen staan. Daardoor kan het water niet snel naar lage gedeeltes stromen en dus minder snel schade aanrichten.

De erosiestopper zorgt ervoor dat om de 80 cm een klein hoopje aarde als een soort dijkje tussen de aardappelruggen komt te liggen. Hierdoor blijft na een regenbui het water net iets langer tussen de ruggen staan.
De erosiestopper zorgt ervoor dat om de 80 cm een klein hoopje aarde als een soort dijkje tussen de aardappelruggen komt te liggen. Hierdoor blijft na een regenbui het water net iets langer tussen de ruggen staan. - Foto: DvD

In de Nederlandse provincie Limburg gebruiken akkerbouwers deze techniek trouwens al jaren.” Verder heeft de Noord-Brabantse akkerbouwer de afgelopen vijftien jaar het aantal drainagebuizen op zijn land verdubbeld. Burgers: "Alles was op 12 – 14 meter gedraineerd, nu is alles gedraineerd op 6 – 7 meter. Peilgestuurd is nog niet nodig omdat we mogen beregenen."

Bodemconservatie

Gaandeweg de jaren nam Burgers steeds meer maatregelen. Sinds 2012 past hij het zogeheten conservation tillage toe. Dit betekent dat hij de bodem zo veel mogelijk conserveert c.q. spaart door het water en de energie van de bodem te behouden. Dit gebeurt door de grond zo min mogelijk te bewerken en door zo veel mogelijk gebruik te maken van de gewasresten op het land. Burgers: “Sinds wij met deze methode werken en wij onze grond als het ware ‘stortbuienproef’ gemaakt hebben, kan onze bodem veel meer aan. De draagkracht is veel beter geworden en onze tractoren en machines zakken ook minder diep in de bodem tijdens werkgangen.”

Iedere grondbewerking ziet Burgers dus als een soort 'noodzakelijk kwaad'. Hij ploegt niet als het kan, maar alleen als het moet. De machines die hij gebruikt zijn minder zwaar dan bij de gemiddelde akkerbouwer. "Ik ben trouwens nooit aan zware tractoren en werktuigen begonnen en heb altijd al met brede banden gewerkt. De enige 'miskoop' heb ik 10 jaar geleden gedaan. Dat was de aankoop van een zware John Deere 6170R tractor, die ik overigens nog steeds heb. Ik heb er een paar jaar mee geploegd en nu gebruik ik hem alleen nog voor het kilveren en de hoofdgrondbewerking, een werkgang met de voorzetwoeler met getrokken rotorkopeg erachter."

Om zijn grond zo veel mogelijk te sparen bestaat de hoofdgrondbewerking uit een werkgang met een voorzetwoeler met getrokken rotorkopeg erachter.
Om zijn grond zo veel mogelijk te sparen bestaat de hoofdgrondbewerking uit een werkgang met een voorzetwoeler met getrokken rotorkopeg erachter. - Foto: DvD

Eerst dubbellucht en later extreem brede banden. Afhankelijk van de situatie van het land werk ik ook met wisselende bandenspanningen op het land en op de weg. In het voorjaar zet ik de bandenspanning op zo'n 0,5 tot 0,6 bar." Burgers denkt ook al na over de aanschaf van een robot. “Of dat nou de Greenbot, de Dino of een andere robot wordt, dat weet ik nog niet. Echt kopen is nog een stap te ver, maar ik volg de ontwikkelingen op dit terrein met belangstelling.”

In het voorjaar zet Burgers de bandenspanning op zo'n 0,5 tot 0,6 bar.
In het voorjaar zet Burgers de bandenspanning op zo'n 0,5 tot 0,6 bar. - Foto: DvD

Volgens de Noord-Brabantse akkerbouwer is de teelt van groenbemesters en Niet Kerende Grondbewerking (NKG) onlosmakelijk aan elkaar verbonden. "Ik zie het zo, de groenbemesters moeten de werking van de ploeg overnemen. Wij laten de groenbemester op het land zo veel mogelijk zelf verteren. Verder bewerken wij het land met een schijveneg of loofklapper." Burgers is overigens nog op zoek naar een groenbemester die nog beter bij zijn aanpak past. Dat moet dan een groenbemester zijn die zo veel mogelijk wortelmassa in de grond heeft. Wat groenbemesters betreft werkt hij het liefst zo veel mogelijk met mengsels.

Opslag CO2 in bodem

In de mengsels die hij gebruikt zit bijvoorbeeld klaver, facelia, vlas en deder. Voorheen gebruikte hij geen deder, maar in zijn nieuwe mengsels wel. Voordeel van deze soort is dat het al gaat verteren bij 5ºC boven nul. Burgers gebruikt mengsels als het biodiversiteitsmengsel dat hij via de Belgische adviseur Stefan Muijtjens koopt bij Alliance, evenals het ‘Non labour’ mengsel dat veel in ons eigen land al wordt gebruikt. De groenbemesters moeten bijdragen aan een beter waterbergend en -leverend vermogen van de grond. Een mengsel kan daarbij goed zijn voor de bodem, maar Burgers wil geen onkruid of ongedierte in zijn bodem.

“Vandaar ook dat er bijvoorbeeld vlas in het mengsel zit dat ik zaai. Zodoende beperk ik een slakkenprobleem.” Hij denkt overigens dat door een goede zorg voor bodem en bodemleven het kilveren en de erosiestoppers op zijn akkers minder vaak nodig zullen zijn. Hij zorgt ervoor dat hij in de winter geen kale akkers heeft, maar wilde bloemen en plantjes om het broeikaseffect terug te dringen. De groenbemesters verbeteren daarbij niet alleen zijn akkers, maar zorgen ondergronds ook voor opslag van koolstofdioxide (CO2) in de bodem.

Burgers: “Het is mijn bijdrage om het broeikaseffect terug te dringen. We moeten het doen om een toekomst te geven aan de schepping. Iedere Europese akkerbouwer moet zich daarbij overigens bedenken dat voor klimaatadaptief telen geen vaste formule bestaat. Er gaat ieder jaar ook wel eens iets mis en ook daar moet je dan creatief op inspelen. En, het is soms ook sterk plaatsgebonden welke maatregelen je moet nemen. Op slechts 70 kilometer hier vandaan speelt bij akkerbouwers droogte en verzilting juist een rol momenteel.”

Verzekeringsgeld in bodem steken

Een weersverzekering heeft Burgers tot nog toe niet voor gekozen. “Reden waarom ik in het verleden geen verzekering heb afgesloten is omdat het voorheen echt te duur was en de voorwaarden niet bij mij pasten. Ik heb er tot nog toe voor gekozen om het verzekeringsgeld in bodemverbetering te stoppen. Ik verzeker mij in principe het liefst zo min mogelijk, maar wellicht heroverweeg ik mijn keuze de komende jaren.”

Als hij ongeveer na gaat wat hij aan verzekeringspremies kwijt was geweest de afgelopen jaren, dan was dat volgens de akkerbouwer vergelijkbaar geweest met de schade die hij door de extreme hoosbuien heeft gehad. “Waarbij je moet bedenken dat ik nu een betere bodem heb, door daar in te investeren. Maar het kan nog beter. Wat precies? Wist ik het maar. Ik denk een nog betere combinatie van groenbemesters en gewaskeuzes. Met als resultaat een beter bodemleven en dus een mooiere bodem.”

Wat Burgers ook geleerd heeft de afgelopen jaren is om bij crisissituaties gelijk in te grijpen. Dus als het blijft regenen of als het tussen de hoosbuien door even droog is, gelijk de greppels dieper te maken zodat het water weg kan stromen. “Zodoende voorkom je dat het water op sommige plaatsen hoog tussen de ruggen blijft staan. Wat ook wel wil helpen is het frezen van een extra greppel.”

Dick van Doorn

Lees ook in Akkerbouw

BioForum vraagt schadefonds voor pesticidendrift

Akkerbouw Bioboeren ondervinden volgens BioForum heel wat financiële schade van pesticidengebruik waar ze zelf niet verantwoordelijk voor zijn. De sectororganisatie voor de biologische landbouw en voeding roept op om hiervoor een schadefonds op te richten.
Meer artikelen bekijken