Startpagina Actueel

Morgen dinsdag 16 februari begint het nieuwe bemestingsseizoen

Op dinsdag 16 februari start het nieuwe bemestingsseizoen. De manier waarop bemest wordt is bepalend voor de impact op de waterkwaliteit. Om die impact te beperken moeten land- en tuinbouwers met verschillende zaken rekening houden. De Mestbank somt een aantal aandachtspunten en nieuwigheden op.

Leestijd : 4 min

Sinds 1 januari 2021 geldt een nieuwe kaart met gebiedstypes. Dat is belangrijk, want afhankelijk van de gebiedstypes waarin de percelen liggen, gelden andere maatregelen. De landbouwers kunnen het gebiedstype van hun percelen voor 2021 terugvinden op het Mestbankloket in de rubriek Gronden > Bemestingsnormen > Rapport 2020 in de kolom Gebiedstype ’21-‘22.

Scherpere bemestingsnormen

In de gebiedstypes 2 en 3 worden de bemestingsnormen verder aangescherpt. Zodra een landbouwer zijn verzamelaanvraag indient, ontvangt hij een bemestingsprognose, rekening houdend met de strengere bemestingsnormen.

Extra vanggewasverplichting

Landbouwers met percelen in gebiedstype 2 en 3 moeten een toenemend percentage vanggewassen of laag-risico nateelten inzaaien. Het doelareaal vanggewassen voor 2021 wordt berekend en gepubliceerd op het Mestbankloket.

Landbouwers kunnen in 2021 kiezen uit 4 equivalente maatregelen als alternatief voor de gebiedsgerichte maatregel vanggewassen of de verminderde bemestingsnormen in gebiedstype 2 en 3. Meer informatie hierover volgt binnenkort. De aanvraagmodule komt rond 1 maart beschikbaar op het Mestbankloket.

Een landbouwer kan een overeenkomst sluiten met een andere landbouwer om aan zijn extra vanggewasverplichting te voldoen. Beide partijen moeten melding doen van de vanggewasovereenkomst op het Mestbankloket onder de rubriek ‘Aanvragen’. De nieuwe toepassing om de aanvraag te doen komt beschikbaar rond 1 maart. De Mestbank aanvaardt vanggewasovereenkomsten tot uiterlijk 30 juni 2021.

Bemestingsnormen, prognose afzetruimte online beschikbaar

Hoeveel mest de landbouwers mogen opbrengen, vinden ze nu al op de VLM-website terug in de brochure Normen en richtwaarden 2021.

Zodra de landbouwer zijn verzamelaanvraag indient (ten vroegste vanaf 19 februari), wordt de bemestingsprognose voor 2021 berekend en gepubliceerd op het Mestbankloket. Daarin vindt de landbouwer per perceel de berekende bedrijfsafzetruimte terug.

Wie vloeibare dierlijke mest met een burenregeling vervoert, naar een afnemer die percelen landbouwgrond heeft in gebiedstype 2 of gebiedstype 3, moet een AGR-GPS-app gebruiken. De aanbieder en afnemer van de burenregeling moeten goed afspreken wie de mest vervoert en dus de app zal gebruiken.

In de AGR-GPS-app, geeft de vervoerder aan wanneer de mest wordt geladen, wanneer hij wordt gelost en wanneer het mesttransport is afgelopen. Zo kan de Mestbank het vervoer nauwgezet opvolgen.

Derogatie

Voor de landbouwers die derogatie willen toepassen in 2021, zijn de volgende aspecten belangrijk:

- De landbouwers moeten hun aanvraag uiterlijk 15 februari indienen bij de Mestbank via het Mestbankloket. Daar kiezen ze voor de rubriek Aanvragen > Overzicht > Aanvraag derogatie 2021.

- Ze moeten aandachtig de derogatievoorwaarden nalezen op de website van de VLM. Aandachtspunt: de norm voor dierlijke stikstof valt niet meer onder de bedrijfsbenadering, maar is gelimiteerd op perceelsniveau.

- De landbouwers moeten de verzamelaanvraag tijdig (ten laatste op 30 april) indienen. Ze moeten bovendien de percelen waarop ze de derogatie willen toepassen, aankruisen op de verzamelaanvraag op het e-loket van het Departement Landbouw en Visserij (www.landbouwvlaanderen.be) uiterlijk 31 mei.

- Ze moeten zorgvuldig een volledig bemestingsplan opmaken tegen uiterlijk 15 februari.

Bodemstalen – meer en meer online aan te vragen via SNapp

Meer en meer bodemstalen die landbouwers nemen voor het Mestdecreet, moeten verplicht via SNapp (StaalName applicatie) op het Mestbankloket worden aangevraagd. Nieuw sinds januari 2021 is dat de derogatie-stikstofstalen via de applicatie SNapp aangevraagd moeten worden. Al sinds vorig jaar geldt dat ook voor de derogatie-fosfaatstalen en voor de verplichte stikstofstalen met bemestingsadvies.

Eind 2021 vervallen heel wat fosfaatstalen in het kader van de fosfaatclassificatie. De betrokken landbouwers moeten tijdig een nieuwe aanvraag doen via SNapp (StaalName applicatie) op het Mestbankloket zodat hun labo de bemonstering tijdig kan inplannen. Voor de volledigheid, ook de nitraatresidustalen moeten in het najaar via SNapp aangevraagd worden.

Hoe moeten de landbouwers hun bodemstalen aanvragen via SNapp?

In de SNapp-handleidingen legt de Mestbank stapsgewijs uit hoe de aanvragen moeten gebeuren. Daarbij komen de landbouwers te weten hoe ze via 1 bemonstering meerdere types bodemstalen kunnen aanvragen. Sommige stalen zijn onder bepaalde voorwaarden immers geldig voor meerdere doeleinden.

Enkele dagen nadat de landbouwers hun verzamelaanvraag hebben ingediend voor 2021, kunnen ze in SNapp in het Mestbankloket opzoeken hoeveel stikstofstalen met bemestingsadvies en derogatiestalen ze moeten aanvragen. Via dat digitale overzicht kunnen ze ook nakijken of ze al voldoende stalen lieten nemen. Voor de nitraatresidustalen verschijnt er ook zo’n overzicht vanaf het moment dat de geselecteerde percelen bekend zijn, in de loop van september.

Lessen uit terreincontroles dienst Handhaving

De dienst Handhaving van de Mestbank heeft vorig jaar ruim 2.700 opbrengingscontroles uitgevoerd. Naar aanleiding van de vaststellingen van vorig jaar, wijst de Mestbank op de volgende aandachtspunten om juist te bemesten:

- Bemesten op een emissiearme manier volgens de regels van de kunst: een sleufkouter mag alleen op grasland worden gebruikt.

- Sleepslangen moeten op de grond slepen (vandaar de naam) en mogen niet boven het grondoppervlak hangen.

- Breedwerpige bemesting moet binnen de 2 uur ondergewerkt zijn. Nog beter is het als de mest direct ondergewerkt wordt. Dat is trouwens altijd verplicht op zaterdag. Op zon- en feestdagen is bemesten trouwens verboden, met uitzondering van kunstmest.

- Voldoende afstand houden bij bemesten naast een waterloop. Er moet altijd minstens 1 meter afstand worden gehouden bij het bemesten naast een waterloop en dat voor alle soorten bemesting, of het nu dierlijke mest, effluent of kunstmest is. Hierbij wordt gemeten vanaf de bovenrand van de talud van elke waterloop. De afstand tot een gecatalogeerde waterloop is zelfs minstens 5 meter. En in een VEN-gebied moet 10 meter afstand van de waterloop worden gehouden.

- Er moet bovendien overal een teeltvrije zone van 1 meter aanwezig zijn. Op die zone mogen geen meststoffen worden opgebracht, mogen geen grondbewerkingen worden uitgevoerd en mogen geen bestrijdingsmiddelen worden gebruikt.

- Het is verboden te bemesten op drassige, ondergelopen, bevroren of met sneeuw bedekte gronden. De opgebrachte meststoffen spoelen dan immers af of kunnen niet ondergewerkt worden, met lozing tot gevolg.

Hier vind je alle info.

LV-VLM

Lees ook in Actueel

Meer artikelen bekijken