Startpagina Uw stem

Burgersoja voor sojaburger?

Het is een aangename verrassing dat het Vlaams Instituut voor Biotechnologie (VIB) met ‘Soja in 1000 tuinen’ burgers wil betrekken op de bodembiologie!

Leestijd : 3 min

Dat domein van de wetenschap onderging na de tweede wereldoorlog een gigantische kenniserosie en als gevolg van de vernauwende chemische blik op bodems was helaas ook enorme bodemerosie wereldwijd een gevolg. Het is dus positief dat het VIB – 10 jaar geleden wilden ze de 'aardappel van de toekomst' op ons bord en wilden ze liefst geen geëngageerde burgers horen – nu de hand reikt naar de geëngageerde burger. Waartoe zal deze crowd sourcing van bodembiodiversiteit leiden? Tot een gepatenteerd zaad of technopakket waarbij zaad en inoculum gekoppeld verkocht worden? Hierover verschaft het VIB geen duidelijkheid.

Bodembiodiversiteit als nieuwe productiefactor

Mogen we wat suggesties doen? Vandaag zijn pionierlandbouwers aan de slag met innovatieve composttechnieken zoals bioreactoren om de bodembiodiversiteit voor alle gewassen te verhogen, omdat zij inzien dat planten en bodems een continuüm vormen. We moeten bodems als organismen zien die voor de maatschappij cruciale diensten kunnen leveren zoals waterbuffering en koolstofvastlegging, als we daartoe de voorwaarden scheppen. Landbouwers zelf hebben ook belang bij bodembiodiversiteit, omdat de juiste bodembiologie in staat is om stikstof, fosfor, kalium en vele andere nutriënten beschikbaar te maken voor planten. Helaas zijn standaard bodemanalyses structureel blind voor het bodemleven, met chronische overbemesting, koolstofverlies en verminderde bodembiodiversiteit tot gevolg. We moeten substantieel meer geld vrijmaken om dat onontgonnen potentieel van bodembiodiversiteit aan te boren. Er staat te veel op het spel om dat niet te doen. Waarom de gigantische diagnostische toolkit van het VIB niet inschakelen om de veerkracht van bodems en de autonomie van boeren in overleg tegelijk op te krikken?

Sojaburger of gifsojakotelet?

Het VIB stelt terecht vast dat de maatschappij op zoek gaat naar meer plantaardige eiwitten voor directe menselijke consumptie, en dat soja nu vaak uit gebieden komt met weinig milieuvriendelijke teelt. Soja voor directe menselijke consumptie komt echter niet uit die grootschalige monoculturen ggo-soja (resistent tegen glyfosaat) waarvoor eerst regenwoud of savanne werd gekapt. De EU laat trouwens geen ggo's toe in menselijke voeding, sinds 1996 wel voor veevoer, wat veel Europeanen ook niet weten, want het staat niet op het etiket van een doorsnee kotelet.

Dweilen of eerst de kraan sluiten?

Het VIB stelt dat dit gewas past in duurzame landbouw omdat het weinig mest vraagt. Terecht, maar wat met het mestoverschot in ons land, veroorzaakt door massale invoer van ggo-soja voor veevoer, omdat het aantal dieren niet is afgestemd op de draagkracht van het land? Wervel hamert al 30 jaar op de ravage die onze veeteelt elders in de wereld veroorzaakt. Onze Vlaamse veestapel heeft overzee een areaal soja nodig dat ruim groter is dan ons eigen landbouwareaal. Vandaar ook het pleidooi voor meer eigen plantaardige eiwitproductie, maar dan wel binnen een kader van grondgebonden landbouw zonder mestoverschot. Naast soja zijn ook lupinen, favabonen en erwten interessant en eiwitrijk.

Zullen de rhizobiumbacteriën die het VIB opspoort überhaupt wel een kans krijgen, wanneer de stikstof nog steeds uit de lucht valt? Misschien neemt het VIB het best de stikstofdepositiekaart erbij, wanneer de tuinen gekozen worden.

Het betrekken van burgers in onderzoek maakt het bodemleven concreet aan de keukentafel. Hopelijk komt het zo hoger op de politieke agenda. Mag het dan over meer gaan dan alleen over sojaburgers?

Jeroen Watté, Wervel

Lees ook in Uw stem

Meer artikelen bekijken