Startpagina Actueel

Niet alleen onze Vlaamse melk is van topkwaliteit, Melkcontrolecentrum Vlaanderen is dat zeker ook

De kernactiviteiten bewaken, verder professionaliseren en nog meer vraaggericht werken in een omgeving die alsmaar internationaler wordt: het MCC wapende zich en is klaar voor de toekomst. Tijd voor een gesprek met voorzitter François Achten en technisch verantwoordelijke Adelheid Joris.

Leestijd : 8 min

Het Melkcontrolecentrum Vlaanderen (MCC) is dé betrouwbare partner van de Vlaamse melkveehouder en de zuivelsector. Het waarborgt de kwaliteit en de samenstelling van alle rauwe melk die geproduceerd wordt en aan de zuivelsector geleverd wordt. MCC realiseert dit door zijn uitgebreid aanbod analyses, begeleiding en certificering.

Kwaliteit dienstverlening

Het aantal Vlaamse melkveehouders duikt in 2020 voor de eerste keer onder de 4.000, maar onze Vlaamse melk blijft van topkwaliteit. Over onder meer het jaarverslag 2020 hadden we een uitgebreid gesprek met François Achten, de herbevestigde voorzitter van de raad van bestuur, en Adelheid Joris, die bijna 5 jaar technisch verantwoordelijke is bij MCC. Ze is onder meer verantwoordelijk voor alle laboactiviteiten bij MCC en is voorzitter bij MilkBE van de werkgroep kwaliteit. “Naast onze reguliere activiteiten merken we de laatste jaren dat data-uitwisseling, ook met externe partners, alsmaar belangrijker wordt.”

François Achten is voorzitter van de raad van bestuur van MCC.
François Achten is voorzitter van de raad van bestuur van MCC. - Foto: FA

François Achten is nu 10 jaar voorzitter van MCC en is zelf melkveehouder met 160 melkkoeien en evenveel stuks jongvee. “In 2020 zagen we verschillende trends die zich doorzetten, onder meer een daling van het aantal melkveehouders met jaarlijks gemiddeld 2 à 3%. Voor de eerste keer duikt dat aantal Vlaamse melkveehouders onder de 4.000. Dat is het gevolg van een natuurlijke evolutie.”

Voor MCC betekent dat ook minder monsters, maar niet minder werk. “In tegenstelling tot vroeger gebeurt nu per melkmonster meer onderzoek dan vroeger. Zo wordt het belang van een monster nog belangrijker. Voor MCC is een correcte monstername en een correcte analyse in ons labo van primordiaal belang. Dat is altijd zo geweest en dat zal altijd zo blijven. Zo’n juiste monstername en hieraan gekoppeld het logistiek proces komt nog te weinig in beeld, maar alle resultaten daarna hangen daarvan af.”

Melkmonster is basis

Adelheid Joris: “Het melkmonster is enorm belangrijk: alle analyses moeten correct worden uitgevoerd. Het aantal melkleveraars daalt, maar de productie stijgt verder. De resultaten van zo’n monster hebben een grote impact op de uitbetaling aan melkveehouders. Voor MCC blijft dat de core business: het toezien op het correct uitvoeren van de monsterafname, de bewaring en de analyse van het melkmonster.

Meer en meer evolueren we verder naar koperspecifieke analysepakketten, die vaak verder gaan dan de bestaande regelgeving. Het gaat dan om gegevens over het coligetal, de boterzuurbacteriën, het chloroformgehalte, pH... Om het uitvoeren van bijkomende analyses, niet alleen op vraag van de zuivelindustrie, maar ook om de melkveehouder nog beter van dienst te zijn, bijvoorbeeld met IBR-tankmelkopvolging.”

Laag celgetal

Een steeds verbeterende uiergezondheid resulteert voor het tweede jaar op rij in een gemiddeld celgetal dat lager is dan 200.000 per ml. “Dat is een belangrijke én positieve evolutie. Het gemiddelde kiemgetal van onze Vlaamse melkveehouders is een van de laagste ter wereld. Veel aandacht gaat ook naar het coligetal, dat een maat is voor de hygiëne op een bedrijf. Dat getal kan vroegtijdig mogelijke problemen signaleren. Aangezien hier veelal een premie aan verbonden is, wordt bij een ongunstig coligetal direct actie genomen en kunnen zo eventuele ongunstige kiemgetallen vermeden worden. De bacteriologische kwaliteit van de Vlaamse melk is uitzonderlijk hoog. Onze melkveehouderij is niet alleen intensiever geworden, maar onze melkveehouders zijn meer dan ooit professioneel sterk bezig. Dat is een positieve evolutie, waarin MCC ook een rol speelt”, aldus François Achten.

“Het belang van het coligetal stond lang ter discussie, en dat was niet geheel terecht”, gaat Adelheid verder. “Meer en meer spelers hebben het nut van de coligetalbepaling gaan inzien. Met een gemiddeld celgetal van minder dan 200.000 per ml moeten we bijvoorbeeld ook niet onderdoen voor Nederland en daar mogen we terecht trots op zijn. Dat de professionalisering zich bij onze melkveehouders doorzet, blijkt ook uit het stijgend aantal supermelkers. Een aandachtspunt blijft wel om een klein percentage dat er structureel niet in slaagt om aan de hoge eisen te voldoen, toch mee in beweging te krijgen.”

Korter op de bal spelen

Dat is een gedeelde verantwoordelijkheid. “Het is een utopie om iedereen mee te krijgen. Wij nemen met MCC onze verantwoordelijkheid op door onder meer de analyse- en rapporteringstijd zo kort mogelijk te houden. In de toekomst gaan we daar blijvend aandacht aan besteden en bijkomend de melkveehouders de mogelijkheid bieden om nog sneller verwittigd te worden bij ongunstig evoluerende kwaliteitsresultaten (bijvoorbeeld bij een celgetal vanaf 300.000). Ook onze buitenmedewerkers spelen daar een belangrijke rol in.”

“Door nog korter op de bal te spelen, kunnen we inderdaad nog vroeger signalen uitsturen”, stelt François Achten. “Het is beter om nog vroeger te informeren dan pas op het moment van het toekennen van strafpunten. We mogen echter niet vergeten dat MCC naast zijn labowerking eveneens een belangrijk adviserend orgaan is. Hier zetten we maximaal op in als MCC, maar het initiatief komt nog steeds van die individuele melkveehouder die baas is op zijn bedrijf, of van onze andere klanten, zoals de zuivelindustrie. Meer en meer zuivelfabrieken bouwen hun buitendiensten af, en zo komen we met MCC meer in beeld, in opperbeste verstandhouding met DGZ en Vivee. Er zijn veel opportuniteiten en we wachten op wat op ons afkomt: activiteiten combineren, ons nog flexi beler opstellen.”

Door de coronapandemie was 2020 ook voor MCC een bijzonder jaar. “We hopen dat we de opleiding voor de RMO-chauffeurs weer fysiek kunnen laten doorgaan, want alles begint met een goede monstername, dat is en blijft de basis van een betrouwbaar analyseresultaat. De begeleiding van de (nieuwe én bestaande) RMO-chauffeurs, alsook van de bemonstering werd tijdens deze uitdagende tijden in de praktijk opgevolgd. De communicatielijnen met de kopers zijn direct en kort, maar fysiek samenzitten met de chauffeurs is nog altijd beter om te overleggen en om aandachtspunten uit te wisselen. Bij een fysiek contact is de boodschap nog altijd net iets krachtiger”, aldus Adelheid Joris.

Interne reorganisatie

MCC zorgt vanaf 2021 ook voor de certificering van weidezuivel. “Dat is maar een van de vele uitdagingen, maar wel een belangrijke. Sinds 2016 voerde MCC al de weidemelkcertificering bij melkveehouders uit, maar vanaf dit jaar kan MCC dus ook de weidemelkcertificering bij transporteurs én bij zuivelverwerking verzorgen. Er is een intensieve opleiding gestart en ook de auditoren worden goed begeleid. De bedoeling is om hen voldoende sturing en kennis te geven om deze audits te gaan uitvoeren. De auditcel is maar een voorbeeld van verschillende mooie opportuniteiten die verder met DGZ en Vivee nog kunnen groeien en uitgebouwd worden”, stelt Adelheid Joris.

Ook intern is heel wat gewijzigd bij MCC. “Het is een bestuurlijke uitdaging om het proces van interne (re)organisatie verder te zetten en nog professioneler te worden. Het optimaliseren zorgt intern voor wat verschuivingen. Meer en meer wordt de synergie uit het procesmatig afstemmen van DGZ en MCC gerealiseerd en vertaald ten voordele van de klant. Beide organisaties kunnen hierbij ook een beroep doen op de dochterorganisatie Vivee. Dit alles levert concrete resultaten op voor MCC, waardoor de organisatie financieel gezond blijft.”

Benedikt Sas volgt Denis Volckaert als directeur op. “Het wordt deels een overgangsjaar, maar ook de lijnen voor de komende 3 jaar worden in samenspraak uitgezet. Het is een ideaal moment om alle stakeholders nog eens te bevragen en het geslaagd consortium van MCC, DGZ en Vivee verder uit te bouwen.”

“Onze nieuwe directeur Benedikt Sas komt terecht in een mooie omgeving, met veel kansen. Niet het minst in een markt die alsmaar commerciëler wordt. Vroeger hadden we een monopolie, dat blijft niet zo. We zijn en maken ons klaar om op de wijzigende behoeften van de markt correct in te spelen. We kunnen moeilijk op eigen borst kloppen als er geen of weinig concurrentie is. Maar MCC is klaar om in de toekomst nog meer een marktgerichte en vraaggedreven organisatie te worden” aldus Joris.

“Wat ik onze nieuwe directeur zou willen meegeven? Gezien de verschuivingen in de zuivelindustrie is het belangrijk om de brugfunctie goed te onderhouden. Het is belangrijk dat die brugfunctie niet alleen geconsolideerd, maar ook versterkt wordt. Die wisselwerking tussen melkveehouder en industrie is zo belangrijk. Zo wordt MCC als middenveldspeler uitgedaagd om nog meer flexibel te zijn en te voldoen aan de hoge eisen van wie dan ook. MCC krijgt veel vertrouwen, in Vlaanderen en daarbuiten. Die bruggenbouwer moeten we ook in de toekomst blijven, op alle vlakken.”

Onpartijdigheid bewaken

François Achten: “Wat we altijd deden, zullen we ook blijven doen: onze onpartijdigheid verder bewaken, in alles wat we doen. MCC boezemt bij melkveehouders en klanten veel vertrouwen in. We weten waarover we spreken en die boodschap dragen we ook uit. Onze eerste uitdaging, en dat is altijd zo geweest, is wat we doen ook goed blijven doen. In volledige onpartijdigheid.”

De kwaliteit stijgt verder, maar de melkprijs volgt niet. “Om die vraag te beantwoorden, moet ik een ander petje opzetten. Niet dat van MCC”, stelt François Achten. “Bij het bepalen van de melkprijs gaat het om de waardering van de zuivelfabriek tegenover de melkveehouder. Met onze melk worden topproducten gemaakt, waar een correcte prijs tegenover moet staan. De kwaliteit is absoluut geen reden voor een melkprijsvermindering, want de kwaliteit is top. Het is de vraag wat de industrie ermee doet.”

Adelheid Joris benadrukt het belang van het mastitisonderzoek. “Mastitisproblemen veroorzaken niet alleen financiële problemen, maar hebben ook impact op het welzijn van dier en melkveehouder. Dat onderzoek is en blijft van grote meerwaarde voor de melkveehouder. Die aandacht is niet verslapt, integendeel. Sneltesten brengen nu de uiergezondheid ook meer onder de aandacht, wat positief is voor alle partijen. Dit vertaalt zich ook in het aantal analyses (klassieke bacteriologie en PCR).”

Grote expertise

MCC werkt samen met DGZ en Vivee, ook met het Waalse Comité du Lait.

“MCC heeft een territoriale bevoegdheid in Vlaanderen, maar kijkt ook over de grenzen, niet in het minst omdat bijvoorbeeld zuivelgroepen internationaler worden. We nemen met MCC ook deel aan internationale onderzoeken en ook daarin scoort MCC uitstekend. Het is een voortdurende uitdaging om jezelf in vraag te stellen, om het goed, beter en nog beter te doen.”

Niet alleen Vlaamse melk is beter geworden, ook MCC. “Met dank aan alle medewerkers die zorgen voor de grote expertise. Wie veel expertise in huis heeft, wekt vertrouwen en daar wordt iedereen beter van”, besluit François Achten. En dan wordt terecht gewezen naar de vele inspanningen van ‘monument’ Jean-Marie Van Crombrugge.

Lieven Vancoillie

Lees ook in Actueel

Europese melkveehouders tevreden, maar verwachten meer

Melkvee De voorstellen die de Europese Commissie recent gedaan heeft naar aanleiding van de boerenprotesten, zijn een eerste stap in de goede richting. Dat zegt Kjartan Poulsen, voorzitter van de European Milk Board (EMB), de koepelorganisatie van Europese melkveehouders.
Meer artikelen bekijken