Startpagina Actueel

Internationale voedselprijzen blijven stijgen in april

De internationale voedselprijzen zijn in april voor de 11de achtereenvolgende maand gestegen, waarbij suiker de belangrijkste stijger was en granen hun opwaartse trend hervatten, meldde de Voedsel- en Landbouworganisatie van de Verenigde Naties (FAO).

Leestijd : 3 min

De FAO-index van de voedselprijzen bedroeg in april gemiddeld 120,9 punten, 1,7 % meer dan in maart en 30,8 % meer dan in dezelfde maand vorig jaar. De index, die de maandelijkse veranderingen in de internationale prijzen van veel verhandelde voedselgrondstoffen volgt, bereikte zijn hoogste niveau sinds mei 2014, en ligt nominaal 12 % onder zijn allerhoogste piek ooit in februari 2011.

De FAO-suikerprijsindex steeg in de loop van de maand met 3,9 % en bereikte een niveau dat bijna 60 % hoger lag dan in april 2020, waarbij bezorgdheid over trage oogstvoortgang in Brazilië en vorstschade in Frankrijk de bezorgdheid over krappere mondiale voorraden deed toenemen.

De prijsindex voor plantaardige olie van de FAO steeg in april met 1,8 % doordat de internationale palmolienoteringen stegen door de vrees dat de productiegroei in de belangrijkste exporterende landen trager zou zijn dan verwacht. De prijzen voor soja- en raapzaadolie stegen ook verder, terwijl de prijzen voor zonnebloemolie matig daalden.

De FAO-index van de vleesprijzen steeg met 1,7% ten opzichte van maart, waarbij de noteringen voor rund-, schapen- en varkensvlees werden ondersteund door een solide vraag uit Oost-Azië. De prijzen voor pluimveevlees bleven stabiel als gevolg van de over het algemeen evenwichtige wereldmarkten.

De FAO-index van de graanprijzen steeg in april met 1,2 %, na een kortstondige daling in maart, en noteerde 26 % boven het niveau van april 2020. De maïsprijzen stegen met 5,7 % en lagen daarmee 66,7 % boven het niveau van een jaar eerder. De stijging was toe te schrijven aan de lager dan verwachte aanplant in de Verenigde Staten en aan de bezorgdheid over de toestand van de oogsten in Argentinië, Brazilië en de Verenigde Staten.

De zuivelprijsindex van de FAO steeg met 1,2 % ten opzichte van maart, waarbij de noteringen voor boter, kaas en mageremelkpoeder stegen als gevolg van een solide invoervraag uit Azië.

Nieuwe prognoses voor mondiale graanproductie, -benutting, -handel en -voorraden

De FAO heeft ook een reeks geactualiseerde prognoses gepubliceerd in de nieuwe Cereals Supply and Demand Brief. De mondiale graanproductie wordt voor 2020 geraamd op 2.767 miljoen ton, een stijging met 2,1 % ten opzichte van het voorgaande jaar. De wereldgraanbenutting voor 2020/21 wordt geschat op 2.783 miljoen ton, een stijging met 2,7 %, aangevoerd door grove granen, waarbij de groei vooral het gevolg is van een groter dan eerder verwacht gebruik van diervoeder in China en de VS.

De FAO heeft haar prognose voor de wereldgraanvoorraden aan het einde van het seizoen 2021 naar beneden bijgesteld tot 805 miljoen ton omdat de maïsvoorraden in China en de VS waarschijnlijk zullen afnemen, wat neerkomt op een daling van 2,3 % ten opzichte van de beginniveaus. De mondiale graanvoorraad/gebruiksratio zal naar verwachting 28,3 % bedragen, het laagste niveau in zeven jaar.

Voorspeld wordt dat de wereldhandel in granen in 2020/21 467 miljoen ton zal bedragen, wat neerkomt op een jaar-op-jaar groei van 5,9 %, waarbij de groei het sterkst wordt verwacht voor secundaire granen, vervolgens rijst en ten slotte tarwe.

De FAO heeft ook haar eerste vooruitzichten inzake vraag en aanbod voor tarwe in het komende seizoen 2021/22 bekendgemaakt. De productie wordt geraamd op 778,8 miljoen ton, of 0,5 % meer dan de raming voor 2020, gestimuleerd door een verwachte jaarlijkse stijging van de productie van de Europese Unie met 6 procent.

Voorspeld wordt dat het tarwegebruik in het nieuwe seizoen met 0,9 % zal toenemen tot 770 miljoen ton, terwijl de voorlopige prognose uitgaat van een toename van de wereldtarwevoorraden met 3 % procent tot een recordniveau van 293 miljoen ton aan het einde van de seizoenen in 2022, aangevoerd door een toename van de voorraden in China, terwijl de voorraden in de rest van Azië en Afrika hun laagste niveau sinds 2012/2013 zouden kunnen bereiken. Verwacht wordt dat de wereldhandel in tarwe in 2020/21 (juli/juni) met 1,8% zal krimpen tot 185 miljoen ton, waarbij de verwachte verminderde leveringen uit Australië, Canada, de Russische Federatie en de VS de toegenomen uitvoer uit Argentinië en de EU meer dan compenseren.

De eerste vooruitzichten voor de mondiale productie van secundaire granen in 2021 wijzen op een waarschijnlijke groei voor het derde opeenvolgende jaar, aangevoerd door de verwachte toename van het beplante areaal in Brazilië, China, Oekraïne en de VS en door een herstel van de oogsten in de EU. Ook in Zuid-Afrika en de buurlanden worden aanzienlijke productiestijgingen voorspeld.

LV-FAO

Lees ook in Actueel

Meer artikelen bekijken