Startpagina Klimaat

2020: het jaar van warmte- en neerslagrecords

Vorige maand publiceerde de Copernicusdienst voor klimaatverandering zijn jaarlijkse Europese klimaatrapport. En dat is niet fraai, niet op wereldvlak, maar ook niet voor Europa. Wereldwijd was 2020 een van de warmste jaren ooit gemeten, en voor Europa was 2020 het warmste jaar ooit. Er was ook sprake van een recordhoeveelheid regen, maar die is vooral te wijten aan storm Alex.

Leestijd : 4 min

J aarlijks presenteert de Copernicusdienst voor klimaatverandering zijn European State of the Climate report, het Europese klimaatrapport. De Copernicus Climate Change Service (C3S) is opgericht om beleidsmakers, overheidsorganisaties, bedrijven en particulieren te voorzien van betrouwbare gegevens. Zo kunnen ze weloverwogen keuzes maken als het om klimaatmaatregelen gaat. “In de komende 30 jaar zal dat van cruciaal belang zijn als Europa tegen 2050 het eerste klimaatneutrale continent wil worden, zoals uiteengezet in de Europese Green Deal. Klimaatverandering is een wereldwijde zorg en het beperken van de effecten ervan is ongetwijfeld een steeds grotere uitdaging”, klinkt het. Met de gegevens die de dienst voorziet, heeft de Europese Unie een basis om zijn mitigatie- en aanpassingsbeleid op te steunen. Uit dit Europees klimaatrapport is alvast duidelijk dat de situatie niet snel verbetert.

Op wereldvlak

Wereldwijd was 2020 een van de 3 warmste jaren ooit, samen met 2016 en 2019. De laatste 6 jaren waren de warmste ooit gemeten. In vergelijking met 1981-2010 was de temperatuur tussen 0,5 °C en 0,6 °C hoger, en in vergelijking met de periode 1850-1900 ligt die stijging tussen 1,2 °C en 1,3 °C. In delen van het Noordpoolgebied en het noorden van Siberië lagen de temperaturen meer dan 6 °C boven het gemiddelde. Het ijs op de Noordpool bereikte de op één na laagste ijsconcentratie ooit, terwijl het ijs op Antarctica dicht bij het gemiddelde lag rond zijn jaarlijkse minimum. Uit de voorlopige gegevens blijkt ook dat het gemiddelde zeeniveau blijft stijgen.

De concentraties van de broeikasgassen CO2, CH4 en N2O in de atmosfeer hebben hun hoogste niveau bereikt sinds in 2003 de satellietwaarnemingen startten. Uit een voorlopige analyse blijkt dat de concentratie CO2 iets minder snel is gestegen dan in de afgelopen jaren, terwijl die van CH4 sneller is toegenomen. Deze veranderingen zijn waarschijnlijk te wijten aan een lichte vermindering van de emissies door de Covid-19-pandemie en aan warme temperaturen die leiden tot verhoogde CO2- en CH4-fluxen met betrekking tot het land.

Hoogste jaartemperatuur voor Europa

In 2020 was de jaartemperatuur voor Europa de hoogste ooit gemeten. De 5 andere warmste jaren vonden allen plaats in de laatste 10 jaar. De winter en de herfst waren de warmste ooit, en dan is vooral de winter opmerkelijk met meer dan 3,4°C boven het gemiddelde van 1981-2010 en ongeveer 1,4 °C warmer dan de vorige warmste winter. De regio's met de grootste afwijkingen tijdens de winter en de herfst bevonden zich respectievelijk in het noordoosten en het oosten van Europa. Tijdens de winter waren de maximum- en minimumtemperaturen in Noordoost-Europa tot 6 °C en 9 °C warmer dan het gemiddelde van 1981-2010. De winter in Noordoost-Europa was uitzonderlijk warm, met gemiddelde temperaturen die bijna 1,9 °C hoger lagen dan het vorige record.

Tijdens de zomermaanden nam het aantal dagen met een hoog hittestressniveau in heel Europa toe. Het aantal winterdagen met koudestress is in de loop van de tijd in Noord-Europa afgenomen. In de zomer van 2020 was er maar in enkele regio's in West-, Midden- en Noord-Europa sprake van een maximaal hittestressniveau. Tijdens de winter reikte het gebied met ‘matige koudestress’ minder ver naar het zuiden en het westen dan gemiddeld, zowel voor de koudestressniveaus 's nachts als overdag.

Zomerhittegolven flauwer

De zomerhittegolven waren minder intens, minder wijdverspreid en van kortere duur dan in de voorbije jaren. Tijdens de zomer deden zich verscheidene perioden van zeer warm weer voor, die elke maand andere regio's troffen. In juni kenden Scandinavië en Oost-Europa een groot aantal ‘warme dagen’. In augustus voerde een hogedrukrug warme lucht aan vanuit Afrika, wat de oppervlaktetemperaturen opdreef en resulteerde in opmerkelijk warme nachttemperaturen in West-Europa. In Frankrijk werden verschillende maximumtemperatuurrecords voor de maand augustus gebroken; ook in andere delen van Europa werden hoge temperaturen waargenomen. Geen van de hittegolven in 2020 was zo intens, wijdverspreid of lang aanhoudend als de hittegolven van de voorgaande jaren. Begin november was het warm in Scandinavië, en de dagelijkse records voor maximumtemperaturen werden gebroken.

Gemiddelde neerslag, te weinig bodemvocht

In het algemeen is er geen significante langetermijntrend in de Europese neerslag. Hoewel de neerslaghoeveelheden gemiddeld waren voor het hele jaar, waren er grote verschillen tussen de regio's en tussen de verschillende perioden van het jaar. Zo viel er in februari meer neerslag dan gemiddeld, terwijl er in november minder neerslag viel dan gemiddeld. Storm Alex was de eerste storm van het Europese winterstormseizoen 2020-2021, in oktober, en bracht in korte tijd ongewoon veel neerslag. De storm brak vele eendaagse neerslagrecords in het Verenigd Koninkrijk, het noordwesten van Frankrijk en in de zuidelijke Alpen.

Een natter dan gemiddelde winter ging over in een droge lente in Noordwest-Europa, en vervolgens in heel West-continentaal Europa, waar aanhoudend droge omstandigheden heersten van de lente tot de herfst. In de zomer heersten natte omstandigheden in een strook van de Adriatische Zee tot de Baltische staten.

Als het over bodemvocht gaat, scoorde 2020 doorheen het hele jaar onder het gemiddelde, vergelijkbaar met 2019, en die waren de op één na laagste sinds 1979. In het grootste deel van Europa was er een tekort aan bodemvocht, vooral in Frankrijk en de buurt van de Zwarte Zee en de Kaspische Zee. In de lente was de bodemvochtigheid lager dan gemiddeld in een strook van het VK en Ierland tot de Kaspische Zee. In de zomer en de herfst bleef de bodemvochtigheid in West- en Midden-Europa onder het gemiddelde, terwijl de bodemvochtigheid in Oost- en Midden-Europa boven het gemiddelde lag. In de winter en het voorjaar waren de bodemvochtomstandigheden in Noordoost-Europa zelfs bovengemiddeld.

Marlies Vleugels

Lees ook in Klimaat

Meer artikelen bekijken