Startpagina Akkerbouw

Minder hectares en late start voor aardappeljaar 2021

Nu het poten van de oogst 2021 bijna klaar is, lijkt het heel goed mogelijk dat het totale aardappelareaal binnen de Northwestern European Potato Growers (NEPG) landen (EU-04 met België, Nederland, Frankrijk en Duitsland) 3 tot 5 % lager zal uitvallen dan vorig jaar.

Leestijd : 3 min

Het lager uitgeplant areaal is absoluut een historische gebeurtenis (de laatste keer dat het areaal terugliep was in 2014), omdat het areaal gewoonlijk jaar na jaar toeneemt gedurende de laatste 20 jaar. En in die periode hebben de verwerkers de bestaande capaciteit uitgebreid of nieuwe fabrieken gebouwd.

Het herhaalde advies van de NEPG vorige zomer om een kleiner areaal te poten en de moeilijke situatie op de vrije markt na de oogst 2020, hebben enig effect.

Koud en droog weer sinds half april

Hoewel de winter 20-21 natter was dan de voorgaande 3-4 jaren, is het weer sinds half april kouder en droger. Tussen half februari en april werden de vroege aardappelen geplant. Een deel van de hoofdoogst werd eind maart tot begin april gepoot, maar de hoofdmoot werd vanaf de derde week van april geplant. Dit verliep voorspoedig en onder goede maar koude omstandigheden.

Ter voorkoming van vorstschade is in de vroege productiegebieden in West-Duitsland volop beregend, terwijl in België en Duitsland de vroege aardappelen rond 6 april nog met een laag sneeuw bedekt werden. De groeivertraging in de vroege bedraagt ongeveer 2 weken. En het overwegend droge weer kan ook invloed hebben als het nog enige weken zo blijft.

Aan het eind van de eerste meiweek werd het geplante areaal van de hoofdoogst geschat op meer dan 95%. Het koude weer met soms nachtvorst sinds de derde week van april heeft de noodzaak snel te poten vertraagd.

Goede bodem in de markt voor de oude oogst

De vrije markt kent een positieve stemming, omdat de verwerkers een opleving verwachten of in ieder geval een hogere vraag in de komende weken en maanden. Niet alleen op de markt binnen het NEPG gebied, maar ook voor export naar andere Europese landen en buiten de EU.

Telers hebben vertrouwen in de markt omdat de vroege aardappelen later geoogst zullen worden terwijl de hoofdoogst trager zal opkomen. Het koude weer sinds begin april helpt om het product in de bewaring in goede kwaliteit te houden. (minder kieming als aan het eind van de winter eerst verwacht werd). Er is ook een lagere vrij te verkopen voorraad dan in de laatste jaren.

Vooruitblik

Telers zijn zich ervan bewust dat de aardappelteelt kwetsbaar en onzeker is. Aan de ene kant zijn de productiekosten de laatste 2 seizoenen sterk gestegen, de opbrengsten stagneren de laatste 4 jaar en het bewaren van aardappelen is duurder en moeilijker.

Aan de andere kant ligt de hele sector onder het vergrootglas als men kijkt naar watervervuiling, erosie en het gebruik van gewasbeschermingsmiddelen. Aardappeltelers moeten zich hiervan bewust zijn, laten zien dat zij zich inspannen dit te beheersen en daar beter over communiceren.

Zij rekenen ook op onderzoek dat hen op korte termijn voorziet van rassen en teelttechnieken die beter aangepast zijn aan de milieu beperkingen (Phytophtora, klimaatverandering) en maatschappelijke verwachtingen.

NEPG

Lees ook in Akkerbouw

Meer artikelen bekijken