Startpagina Melkvee

Mycoplasma bovis, een ongenode gast op tal van Belgische rundveebedrijven

Mycoplasma bovis is een bacterie die sinds de jaren 60 wereldwijd in opmars is. Ook België ontsnapt er niet aan: Veepeiler Rund en Arsia brachten namelijk aan het licht dat ongeveer een kwart van alle rundveebedrijven de voorbije jaren te maken kreeg met een mycoplasma-infectie. Het is dus zaak om mycoplasma snel te herkennen en, belangrijker nog, de kans op besmetting te verkleinen.

Leestijd : 4 min

Zoals de naam laat vermoeden – bovis is namelijk Latijn voor ‘van het rund’ – valt de kiem Mycoplasma bovis vooral runderen aan. Soms wordt hij ook teruggevonden bij kleine herkauwers en andere dieren.

Ernstige economische gevolgen

De economische impact van mycoplasma-infecties is bijzonder zwaar, in die mate zelfs dat de Nieuw-Zeelandse overheid in 2018 een eradicatieplan van 880 miljoen NZ dollar goedkeurde om alle besmette bedrijven op te sporen en te ruimen.

Ook in België noteerden we het afgelopen decennium een forse stijging van het aantal mycoplasma-infecties. Terwijl in 2009 slechts 1,5% van de Vlaamse melkveebedrijven positief testte bij PCR-tankmelkonderzoek en het probleem zich vooral leek te situeren in de vleeskalversector, bleek uit Veepeileronderzoek dat tussen 2014 en 2016 al 25-30% van de Vlaamse melk- en vleesveebedrijven antistoffen bezat. Dezelfde trend is ook in Wallonië zichtbaar: een kwart van de melkveebedrijven die Arsia in de periode 2012-2016 onderzocht, testte positief op tankmelk. De bacterie is dus actueler dan ooit.

Hoe herken je mycoplasma?

De symptomen van een mycoplasmabesmetting zijn erg uiteenlopend. Bij kalveren wordt vooral longontsteking gezien, vaak samengaand met oor- en gewrichtsontstekingen. Bij volwassen melkvee wordt vooral uierontsteking gevreesd, maar ook volwassen vleesvee blijft niet gespaard: uit seroma’s, ophoping van vocht als mogelijke complicatie na keizersnede, kon in een aantal gevallen M. bovis geïsoleerd worden. Andere ziektebeelden die eventueel kunnen wijzen op mycoplasma zijn abcessen, buik- en longvliesontstekingen, onvruchtbaarheid en abortus.

Algemeen heeft M. bovis de eigenschap om de immuniteit van het dier te onderdrukken en zo als het ware de deur open te zetten voor andere ziektekiemen.

Typisch voor een mycoplasmabesmetting is ook de ontwikkeling van chronische ontstekingen. Deze brengen geen duidelijke ziektesymptomen met zich mee, maar leiden wel tot een groeiachterstand, verminderde productie of verhoogd celgetal.

Niet alleen produceren de besmette dieren zelf minder vlees of melk; ze kunnen bovendien andere dieren op het bedrijf infecteren. Ook dieren zonder symptomen kunnen drager zijn van M. bovis en fungeren als besmettingsbron.

Valt mycoplasma te behandelen?

Mycoplasmabacteriën hebben geen celwand, wat ervoor zorgt dat ze resistent zijn tegenover verscheidene antibiotica. Dit, samen met het chronische verloop van M. bovis-infecties, maakt dat behandeling vaak erg teleurstellend is. Bij ernstige uierontsteking ten gevolge van M. bovis wordt behandeling met antibiotica zelfs volledig afgeraden en geldt het advies het dier te ruimen om verdere verliezen en infecties te beperken.

Daarom moet bij de bestrijding van M. bovis de focus liggen op de aanpassing van het management en bioveiligheid.

Hoe overdracht van dier op dier voorkomen?

Indien je op je bedrijf te maken hebt met een M. bovis-infectie, dan is het zaak om de overdracht tussen dieren zoveel mogelijk te verhinderen. Het grootste risico op besmetting van een jong kalf is via de opname van besmette melk en via contact met andere (oudere) kalveren of volwassen dieren die besmet zijn. Vermijd in elk geval om niet leverbare melk (zogenaamde ‘antibioticamelk’) aan kalveren te geven.

Wil je de kalveren behoeden voor besmetting, dan is het noodzakelijk om ze individueel te huisvesten. Geef elk kalf ook een vaste drinkemmer, en voer ze met kunstmelk of gepasteuriseerde melk in plaats van met verse melk. Veepeileronderzoek toonde aan dat biest zelden besmet is met M. bovis: slechts een kleine 2% van 368 bieststalen testte positief bij PCR-analyse, een teken dat dit waarschijnlijk slechts een beperkte infectiebron is voor het pasgeboren kalf, zelfs op bedrijven met actieve circulatie.

Vaccinatie blijft een moeilijk gegeven: er is geen commercieel beschikbaar vaccin erkend in België en de effecten van autovaccinatie op langere termijn en bij mogelijke insleep van andere stammen moet echter nog verder onderzocht worden.

Hoe besmetting vermijden?

Mycoplasma kan op verschillende manieren worden binnengebracht in het bedrijf. De belangrijkste bron is en blijft de aankoop van een dragerdier.

Wees op je hoede voor aankoop van dieren of contact met bedrijfsvreemde dieren,  niet-behandelde melk of colostrum van een ander bedrijf, passieve overdracht  via bedrijfsbezoekers, laarzen of kledij en gedeeld materiaal en KI-sperma.
Wees op je hoede voor aankoop van dieren of contact met bedrijfsvreemde dieren, niet-behandelde melk of colostrum van een ander bedrijf, passieve overdracht via bedrijfsbezoekers, laarzen of kledij en gedeeld materiaal en KI-sperma. - Beeld: DGZ

Als het even kan, koop dan geen dieren aan. Als een aankoop toch noodzakelijk is, laat dan zeker een aankooponderzoek uitvoeren: sinds 2020 maakt onderzoek naar mycoplasma deel uit van het aankoopprotocol (zie ook kader). Plaats de dieren ook voldoende lang in quarantaine en volg de algemene bioveiligheidsvoorschriften.

Naast aankoop zijn er nog meer risicobronnen zoals besmet materiaal, besmette melk (of biest) en besmet sperma die kunnen zorgen voor introductie van mycoplasma. Neem gepaste voorzorgen om besmetting te voorkomen (meer info over bioveiligheid en preventie op deze link ).

Linde Gille (Fac. Diergeneeskunde, Universiteit Luik), Julien Evrard (Arsia) en Jozefien Callens (DGZ)

Lees ook in Melkvee

Meer artikelen bekijken