Startpagina Bijzondere groenten

Bataatteelt bij de familie Vandewalle: “Een schone vrucht met veel zorgen”

Bataat, beter bekend als zoete aardappel, is nog niet zo populair als de traditionele aardappel, maar lijkt ook niet meer weg te denken uit onze winkelrekken. De knollen worden nu stilaan ook meer geteeld in eigen land. De familie Vandewalle uit Zarren startte enkel weken geleden hun derde teeltjaar. “Het is een boeiende teelt. We leren elk jaar bij.”

Leestijd : 8 min

De familie Vandewalle teelt al 25 jaar groenten, voornamelijk bloemkool en courgettes, maar ook aardappelen. Gebruikelijk kweken ze in de winterperiodes ook nog oesterzwammen, maar omwille van de coronaperikelen werd een jaartje overgeslagen. Er was immers amper vraag naar deze groente. Hun 3 zonen, Frederique, Dominique en Philippe, werken deeltijds als zelfstandigen mee op het bedrijf van hun ouders.

De plantperiode van bataat is volop bezig wanneer we hen begin mei opzoeken. De eerste verbazing start al op het veld. Er worden immers geen kleine knollen gepoot. De stekjes bataat hebben veeleer iets weg van een klimoprank.

De familie Vandewalle verkoos om met slips te werken. De ‘slips’ bataat lijken heel sterk op stekken van klimop.
De familie Vandewalle verkoos om met slips te werken. De ‘slips’ bataat lijken heel sterk op stekken van klimop. - Foto: AV

Klaar voor nieuwe uitdaging

Bataat… tot voor enkele jaren was er in Vlaanderen amper ervaring met de teelt. Sinds de groente meer en meer aan bod komt in (superfood)recepten van populaire koks, liggen deze knollen ook in onze winkelrekken. “Wij zagen die evolutie ook volop gebeuren”, vertelt Frederique. “Die innovatieve bataatteelt leek dus wel iets voor ons. Het gewas zou bovendien passen op ons familiale bedrijf, zonder externe werkkrachten, en in onze teeltrotatie. Wij staan trouwens altijd wel open voor een uitdaging. Zo begonnen we indertijd immers ook met de oesterzwammen.”

Vanaf hun interesse was gewekt, begonnen de broers Vandewalle volop naar informatie te zoeken over de teelt. Dat opzoekingswerk gebeurde vooral online. “Bataat wordt in Europa voornamelijk in warmere landen, zoals Spanje, Portugal en het zuiden van Frankrijk, geteeld, maar ook in de Verenigde Staten en Canada. In die landen hebben ze dus veel ervaring”, legt Dominique uit. “Zo kwamen we te weten dat men in de Canadese regio Ontario – met een gelijkaardige breedteligging als België – bataat teelt onder plastic. Als het ginds zo lukt, waarom hier dan niet, dachten we.

We bekeken enorm veel filmpjes op YouTube om de teelt beter te leren kennen vooraleer we er ons aan waagden. We zaten dan ook met veel vragen: Hoe verkrijgen we plantmateriaal? Welke veldbewerkingen zijn nodig? Zijn er gewasbeschermingsmiddelen nodig en beschikbaar? En een erg belangrijke… is er een afzetmarkt voor onze knollen?”

De ondernemende broers namen contact op met het aardappelverwerkend bedrijf Clarebout Potatoes. Het succes van bataat was ook Clarebout niet ontgaan, want de knollen worden in de keuken meer en meer gebruikt ter vervanging van de traditionele aardappel. Het bedrijf plande ook om zelf met de bataatteelt aan de slag te gaan. “We berekenden op basis van al onze informatie onze kosten: het plantgoed, onderhoud van het gewas, de oogst… We hadden ons huiswerk goed gemaakt, want we sloten als een van de eersten een bataatcontract – een kilocontract – af met Clarebout.”

Slips of paperpots?

Drie jaar geleden startte de familie Vandewalle dus effectief met bataat. Op dat moment telde ons land zo’n 50 ha bataat bij een 30-tal telers. Dominique: “Wij zijn dat eerste jaar met 3 ha gestart, dus meer dan gemiddeld. De meeste collega’s teelden het gewas immers veel kleinschaliger. Het werd ineens een serieus leerjaar. We verschoten onder meer van het vele werk dat bataat met zich meebrengt.”

“Tijdens onze informatieronde kwamen we – vooral via de universiteit van Louisiana (VS) – te weten dat er 2 gangbare methoden zijn om bataat te planten”, gaat Frederique verder. “Bataat wordt geplant met ‘slips’ of in paperpots. Slips zijn stekken van de moederplant. Deze intensieve methode wordt vooral in de VS toegepast, waar veel goedkope werkkrachten ingezet kunnen worden. Bij de paperpots zit een gewortelde stek in een ‘zakje’ potgrond.”

Beide technieken hebben voor- en nadelen. Dominique: “De slips zijn goedkoper, maar arbeidsintensiever. Het planten kan niet machinaal en vergt veel handenarbeid. Eens er uitlopers zijn, verloopt de groei van de knollen wel mooi uniform, er is weinig kans op misvorming. De paperpots gebruikt men vooral in een koeler klimaat. Dat plantgoed is sterker, waardoor ze meestal een snellere groeistart hebben dan de slips. Er is dus minder gevaar op uitval. Daardoor zijn paperpots ook tweemaal zo duur. Het vliesje rond de wortels breekt normaal gezien snel af in de aarde, maar soms zou het toch de knolvorm beïnvloeden. Het planten kan machinaal gebeuren, waardoor ze ook geschikter zijn voor grotere arealen.”

Variatie van wit tot paars

Alhoewel je vandaag in de winkel vooral bataat met oranje vleeskleur aantreft, bestaat deze knol ook in andere kleurtjes. Naargelang het ras varieert de vleeskleur van wit tot rood-paars. Het Proefcentrum voor de Groenteteelt (PCG) en het Proefcentrum voor de Aardappelteelt (PCA) leggen sinds oktober 2017 proeven met bataat aan. De centra testen een twintigtal rassen in slips en paperpots, teelttechniek, gewasbescherming, bemesting en bewaring.

De familie Vandewalle koos voornamelijk voor het ras Orleans, met rood vel en oranje vruchtvlees. “Dat ras doet het in de proeven erg goed met slips. Het levert een groot aandeel vermarktbare – dus uniforme – knollen en een goede opbrengst. We realiseerden in ons eerste jaar een opbrengst van zo’n 40 ton/ha, onder meer omdat we geen herbicidebehandeling hadden uitgevoerd.”

Bataatknollen zijn dikwijls groter en langwerpiger dan aardappelknollen. De schil en ook het vruchtvlees van dit ras is rood.
Bataatknollen zijn dikwijls groter en langwerpiger dan aardappelknollen. De schil en ook het vruchtvlees van dit ras is rood. - Foto: DV

In december moet je al beslissen hoeveel en welk plantgoed je nodig hebt van je leverancier. “Alhoewel het contract met de afnemer pas in het voorjaar wordt afgerond, moeten we dus al weken vooraf het areaal bepalen. Dat is niet altijd evident. Door de coronapandemie was er bijvoorbeeld minder afzet in de horeca. Zoiets kun je niet op voorhand inschatten.”

Intensief eerste teeltjaar

De familie Vandewalle koos van bij aanvang voor slips. “We planten de slips in 2 rijen in brede verhoogde bedden van 90 cm. De teelt gebeurt onder biologisch afbreekbare plastic. Het is telkens dus nog een heel werkje om - voor het planten – plastic te leggen en de irrigatie aan te koppelen. Tussen de 2 rijen leggen we een T-tape druppelbevloeiing. De plastic folie zorgt ervoor dat de bodem opwarmt, maar deze is ook gunstig voor de waterhuishouding. Het vocht blijft beter in de bodem. Daarnaast belemmert het onkruidgroei. Tegen de oogst is de folie helemaal broos. Je merkt er niets meer van bij een volgende teelt.

De slips worden in 2 rijen in brede verhoogde bedden van 90 cm geplant. De teelt gebeurt onder biologisch afbreekbare plastic. In de bedden zit druppelirrigatie.
De slips worden in 2 rijen in brede verhoogde bedden van 90 cm geplant. De teelt gebeurt onder biologisch afbreekbare plastic. In de bedden zit druppelirrigatie. - Foto: DV

De slips worden, manueel, om de 30 cm in een gat in de folie geplant. In de plantperiode maken we lange dagen om de slips zo snel mogelijk te verwerken. We planten van 7 tot 21 uur, maar vooraf moeten de bedden ook al geïrrigeerd worden. De bodem moet nat genoeg zijn voor de slips, maar droog genoeg om de plastic folie vlot te kunnen leggen.”

In het eerste teeltjaar had de familie Vandewalle pech. “Elke avond moesten we ook nog vliesdoek leggen tegen vorstschade. We verloren uiteindelijk zo’n 20% van onze plantjes. We plantten toen eind april. Men adviseert om pas na de IJsheiligen (midden mei) te planten, maar dat is relatief laat. Begin mei, zoals dit jaar, is voor ons het ideale moment. We zijn trouwens steeds afhankelijk van het tijdstip van de levering van onze bestelling. Na levering moeten de slips snel geplant worden. ”

Het werd dus een echt leerjaar. “In dat eerste jaar draaiden we net break-even met de bataatteelt. Dat vonden we best wel een succes, we gingen er dus mee verder. Vorig jaar plantten we 6 ha en dit seizoen hebben we opnieuw uitgebreid.”

Bataat is geen aardappel

Eens geplant vergt de bataatteelt toch nog wel wat zorgen. “De eerste wortelscheuten zijn de toekomstige knollen. Bij slips kunnen deze van bij aanvang in alle vrijheid ontwikkelen”, beschrijft Dominique. “Bovengronds groeien de ranken van de bataat steeds verder uit, tegen het midden van de zomer zijn de rijen gesloten. Tot dan schoffelen we het onkruid tussen de bedden weg. Onkruid dat in de plantgaten verschijnt, moeten we ook manueel verwijderen. Onkruidbestrijdingsmiddelen inzetten, is immers niet evident. Zoals aangehaald, behoort de bataat niet tot de aardappelfamilie, maar wel tot de familie van klimop én akkerwinde. Je moet dus vroeg genoeg behandelen om het jonge gewas niet te raken, want dat zorgt voor groeivertraging of zelfs uitval.” De broers testen dit seizoen op de helft van hun areaal een herbicidebehandeling uit. “We zullen het (eventuele) opbrengstverlies afwegen tegenover de verminderde arbeidsuren voor de onkruidbestrijding.”

Bovengronds groeien de ranken van de bataat steeds verder uit, tegen het midden van de zomer zijn de rijen gesloten.
Bovengronds groeien de ranken van de bataat steeds verder uit, tegen het midden van de zomer zijn de rijen gesloten. - Foto: DV

De teelt vergt natuurlijk voldoende vocht. Alhoewel de broers Vandewalle voor een goed irrigatiesysteem in de bedden kozen, kan het nog tegenzitten... “Vorig jaar kregen we hier in de regio tijdens de droogteperiode een captatieverbod opgelegd. Een spijtige zaak aangezien wij een waterzuinige druppelbevloeiing gebruiken. Het had een negatief effect op onze opbrengst. We oogsten slechts 30-35 ton/ha, tegenover 40 ton in ons eerste jaar.”

Delicate vrucht bij de oogst

De oogst van bataat kan vanaf midden augustus, maar moet zeker gebeuren voor de eerste vorst. “Een vroege oogst geeft natuurlijk minder kilo’s, maar tweemaal onder 0 °C mag je ook niet riskeren”, stelt Dominique. “Sowieso vergt de oogst een goede planning met de fabriek. Enige tijd voor de oogst klepelen we met een klepelmaaier het loof weg, zodat dit kan verdorren. We moeten manueel de irrigatietape verwijderen. Dat is best ook wel een klus, want hier ligt toch 7.000 m T-tape per ha.”

Bataten zijn bovendien kwetsbare vruchten. Daarmee moet je rekening houden bij het oogsten. “Bataten voor de industrie kunnen machinaal geoogst worden door een loonwerker. Voor de directe verkoop ga je het best voorzichter te werk. Bataten zijn langwerpig, het vel raakt snel beschadigd. Het is dan zaak om de vruchten binnen de 48 uur tot friet of puree te verwerken. Onbeschadigde knollen kun je wel tot juni bewaren, na klimatisatie op 28 tot 30 °C en een relatieve vochtigheid van 80%.

De oogst van bataat voor de industrie gebeurt met een aangepaste aardappelrooier.
De oogst van bataat voor de industrie gebeurt met een aangepaste aardappelrooier. - Foto: DV

Wij oogstten voor het eerst zelf bataat op 31 oktober 2019. De knollen voor de eigen afzet oogsten we vooral op de zijkanten van de percelen. We zetten nu onze oude omgebouwde AVR-aardappelrooier in. Voor de winkelverkoop mikken we op mooie vruchten van zo’n 200 g. Voor de industrie heeft de knolgrootte minder belang, ze kunnen zelfs tot een kilo of meer wegen. Wij triëren de knollen nog voor ze naar de fabriek gaan om tarrakosten te vermijden. De kleine of rotte knollen gaan ertussenuit.”

De bataatoogst valt hier net voor de oogst van de tweede vrucht bloemkool. “Dat is een ideale timing. Net voor de bataten oogsten we onze late aardappelen en de laatste courgetten.”

Tevreden over keuze

Dominique en Frederique zijn tevreden over hun keuze. “Pionieren vergt heel wat opzoekwerk en uitdokteren, maar dat ligt ons wel”, lachen de broers. “Gezien het succes van bataat in de keuken, zal de teelt in ons land zeker nog uitbreiden. Omschakelen van aardappelen naar bataat gebeurt echter niet in een vingerknip. Het is, zoals aangehaald, een totaal ander gewas met een eigen aanpak. Er valt nog veel te leren. Dat merken we trouwens ook bij passanten. De meeste mensen herkennen niet wat op het veld staat, tenzij het collega’s zijn... die komen al eens vergelijken met de stand van hun eigen teelt.”

Anne Vandenbosch

Lees ook in Bijzondere groenten

Koen Tierens (de Plukheyde): “Wij combineren oude kennis met nieuwe technieken en afzet”

Bijzondere groenten Ooit was hij secretaris en consulent bloemisterij en snijbloemen bij AVBS (de beroepsvereniging voor de Vlaamse sierteelt en groenvoorziening), maar nu is Koen Tierens al 5 jaar bezig met zijn eigen CSA-bedrijf de Plukheyde in Kampenhout. “Ik heb meer dan 150 gewassen staan. Ik teel 70% wat mensen willen, maar bij die andere 30% doe ik mijn zin en verras ik mensen met iets dat ze niet kennen.”
Meer artikelen bekijken