Startpagina Groenten

Korte Keten Kop 2021: Recht van ‘t Veld veroverde hart van Vlaanderen

Mensen vinden alsmaar meer hun groenten, fruit, en zelfs verwerkte producten in de rekken van hoevewinkels. Dat is ook het geval bij Linda Van Dessel en haar man Raf Storms. Zij baten de boerderij met hoevewinkel Recht van ’t Veld uit. “Of zoals wij het wel eens noemen: van het land tot bij de klant!” Met bijna één derde van de stemmen werd Linda verkozen tot

dé Korte Keten Kop 2021.

Leestijd : 7 min

O ok dit jaar organiseerden de Vlaamse provincies, de Vlaamse overheid, Steunpunt Korte Keten en het Vlaams Centrum voor Agro- en Visserijmarketing (VLAM) de Week van de Korte Keten in mei. De bedoeling van de campagne is om het rechtstreeks aanschaffen van producten bij de land- en tuinbouwer bekender te maken. Met succes, want de bevolking vindt de weg steeds gemakkelijker naar de landbouwer. Elk jaar stijgt het aantal hoeveproducenten in de provincie Antwerpen. In totaal zijn er zo’n 167 hoeveproducenten.

Net als vorig jaar werd ook in 2021 een boegbeeld verkozen. Op 14 mei viel het verdict. Voor de provincie Antwerpen werd dit jaar Linda Van Dessel Korte Keten Kop 2021. Zij baat samen met haar man Raf Storms het tuinbouwbedrijf met hoevewinkel Recht van ’t Veld uit in Duffel, dat het koppel 8 jaar geleden oprichtte.

“Ook traditionele landbouw mag er zijn”

Van de 3.631 stemmen kon Linda er 1.153 achter haar naam zetten. “We hadden het er al eens over gehad om ons in te schrijven, en in een ‘zot moment’ hebben we dat ook gedaan. We kregen een mooie trofee, en die krijgt natuurlijk zijn plaats in de hoevewinkel. Ook de promotie voor onze hoevewinkel is mooi”, geeft ze enthousiast mee.

Maar het belangrijkste vindt ze nog dat de algemene bevolking terug voeling krijgt met de landbouwsector. “Met onze deelname willen we aantonen dat naast de biologische landbouw ook de traditionele landbouw er mag zijn en een hoevewinkel kan hebben”, vult haar man Raf aan. “Onze werkwijze is ook bijna biologisch te noemen: we gebruiken enkel een beetje kunstmest, en we bespuiten zo min mogelijk.. Enkel bij de aardappelen is eenmaal behandelen tegen onkruid nodig.”

Hoeve uitbreiden

De geschiedenis van het tuinbouwbedrijf gaat terug tot in 1984, toen het koppel in het huwelijksbootje trad. In 1985 werd het tuinbouwbedrijf opgericht. “We waren echt een typisch Mechels tuinbouwbedrijf, met 4 hoofdteelten: chrysanten, prei, vroege bloemkolen en vollegrondstomaten in de serre. We namen het bedrijf over van Linda’s vader”, vertelt Raf. “In het begin bewerkten we zo’n 2 ha, maar dat groeide uiteindelijk tot een teeltoppervlakte van 11 ha. Een serieuze uitbreiding die ons een beetje te veel werd. We stopten daarom met de tomaat in de serre, deels omdat de tomatenteelt op substraat opkwam en de markt wat inpalmde. Ik deed die vollegrondstomatenteelt echter zo graag dat we er enkele jaren erna toch weer mee zijn gestart.”

Na een korte stop koos het tuinbouwerskoppel weer resoluut voor de  vollegrondstomatenteelt.
Na een korte stop koos het tuinbouwerskoppel weer resoluut voor de vollegrondstomatenteelt. - Foto: MV

Momenteel teelt het koppel een heel gamma aan gewassen, buiten en in de serre. Buiten staan aardappel, zoete aardappel, bloemkool, witte en rode kool en de chrysanten waar ze al zo lang voor bekend zijn. “Mijn vader startte ermee en wij hebben dat gewoon voortgezet. Hij startte met traditionele chrysanten die van zo’n goede kwaliteit zijn dat we zelfs klanten hebben die er voor de laatste 40 jaar jaarlijks voor terugkomen!”, vertelt Linda trots.

In de serre vinden we allerhande tomatensoorten terug, maar ook komkommers, aubergines, paprika’s en pepers. Op het veld staan boerenkool, bonen, spruiten, pompoen, rode biet en courgettes. “In het begin probeerden we ook wat meer speciale groenten, zoals sluimererwten, maar daar zijn we mee gestopt”, aldus Linda. “De hoevewinkel startten ze iets later op. “Op 1 juli dit jaar hebben we onze hoevewinkel 8 jaar. En ook die startte klein en groeide gestaag.”

Corona boostte hoevewinkel

Initieel verkocht het tuinderskoppel enkel wat ze zelf kweekten, maar daar kwam langzaamaan verandering in. Het gamma in de winkelrekken breidde uit op vraag van de klant. “Als je spaghettisaus wil maken kom je er niet met uien en tomaten, dus zorgden we ook voor een heel diverse set aan groenten.”

Tijdens de coronapandemie kreeg de winkel daarbovenop een enorme boost. De groentewinkel in het dorp ging dicht en ook de markt mocht niet meer. De plaatselijke bevolking zocht dus plaatsen waar ze nog eten konden kopen. En dat was dus onder andere bij Recht van ‘t Veld: zij boden zuivel, vlees, groenten en fruit aan. Enkel brood kon je niet in de rekken vinden. “Opeens kregen we enorm veel volk over de vloer! Met momenten was de rij buiten erg lang”, herinnert Raf zich. Op dat moment was de nabijheid van onze kinderen erg welkom. “We hebben veel hulp gehad van onze kinderen, want die hoorden in onze bubbel. We hebben ook extra werkkrachten aangenomen. We besloten om de openingsuren aan te passen. Normaal zijn we open vanaf 14 uur, maar toen konden we opengaan om 9 of 10 uur”, vult Linda haar man aan.

De aardappelen en de uien waren tijdens corona het meest gegeerd. “We hebben er echt op moeten toezien dat mensen niet hamsterden in het begin. Gelukkig konden we onze winkel van extra aardappelen en uien voorzien, met dank aan andere landbouwers. Al onze leveranciers hebben trouwens heel hard gewerkt om aan te kunnen vullen”, vertelde Linda. “We moesten ook goed toezien dat mensen zo weinig dingen aanraakten, dus we bedienden ze met 3 mensen om coronaproof te kunnen werken.”

Hoevewinkel verbindt landbouwers

Het koppel gaat er prat op dat ze alles in de hoevewinkel zelf uitprobeerden en kennen. “Allereerst verkopen we niet alleen onze eigen producten en die van onze familie, we praten ook met elke landbouwer die ons producten leverde en proefden ook. Pas als we het verhaal kennen achter het product, hoe het geproduceerd werd en hoe het smaakt, kunnen we beslissen of we erachter staan en verkopen we het”, vertelt Linda. “Om de consument van een divers gamma te voorzien, kopen we ook aan van veiling BelOrta. Belgische producten hebben onze voorkeur, maar het kan zijn dat sommige producten van Nederlandse oorsprong zijn. Dat begrijpen onze klanten nog. Andere landen dan Nederland vermijden we, want dat wordt al minder begrepen.”

Er liggen heel wat producten van Vlaamse producenten in de rekken. Samenwerken is cruciaal!
Er liggen heel wat producten van Vlaamse producenten in de rekken. Samenwerken is cruciaal! - Foto: MV

Als we de rekken bekijken, lijken op het eerste zicht alle Vlaamse producenten samen te komen in de winkel. “Ik moet oppassen dat we niemand vergeten want we werken met wel wat mensen samen”, lacht ze. De lijst is inderdaad lang. ’t Zwarthof voorziet de winkel van varkens-, rund- en lamsvlees. De Wollekes leveren naast lamsvlees en schapenproducten, zoals hoeve-ijs van de melk, ook kippenvlees aan. Verder ligt er ook nog hoeve-ijs in de diepvries van de Schuttershoeve. De Meirhoeve zorgt dan weer voor kaas, De Kriekelaarhoeve voor zuivelproducten. Fruitbedrijf Gomand en fruitbedrijf Wens zorgen dan weer voor appels, waar ze ook sap van laten maken. Gert Vets zorgt nog voor het zomerfruit. Verse blauwe bessen komt dan weer van de blauwbessentelers Schrijnwerkers. “Als we vlaaien maken met blauwe bessen, mag je er van aan dat die direct verkocht zijn!” vertelt Lnda enthousiast. Het gamma wordt vervolledigd met producten die je niet van een landbouwer verwacht: tomatenpuree van Tompuur, pasta’s en geperste oliën van Migino, koolzaadproducten van Hof ter Vrijlegem en honing afkomstig van verschillende groentegewassen en fruitbloesems, zoals prei, koolzaad, kers… van Torflinghof. “Heel speciaal, zeker de honing van preizaden. Die is het meest lopend van allemaal”, geeft ze aan.

Sterk staan met familie

Linda en Raf staan er duidelijk niet alleen voor. In heel de straat woont haar familie dicht bij elkaar. “Mijn moeder was gestorven net voor ik de Korte Keten Kop 2021 won. Dat was een emotionele week, maar ik stond er dus gelukkig niet alleen voor met de kinderen aan onze zijde”, geeft ze mee. Haar broers Louis en Robert en haar zus Maria wonen ook in de straat en elk heeft zijn eigen bedrijf met eigen specialisaties. “We telen elk wat anders, dus zo kunnen we onze klanten een gevarieerd en vers gamma aanbieden.” Ook bij de kinderen is de tuindersmicrobe overgesprongen. “Greta, de dochter van mijn broer, teelt bloemkool, groene en witte selder. Dat komt dus ook bij ons in de rekken te liggen.”

Linda en Raf staan er niet alleen voor, in heel de straat woont haar familie dicht bij  elkaar.
Linda en Raf staan er niet alleen voor, in heel de straat woont haar familie dicht bij elkaar. - Foto: Recht van ‘t Veld

Ook de kinderen van Linda en Raf, Sanne en Nicky, hebben hun taak in het bedrijf: zij doen alles wat te maken heeft met computerwerk en de media. Zo kunnen geïnteresseerden Recht van ’t Veld bereiken via hun Facebook en hun site. Zo komt wekelijks het groentepakket online te staan. “Ik maak de pakketten klaar. Mijn dochters zorgen ervoor dat het online komt. Van die online dingen heb ik weinig kaas gegeten”, lacht ze.

Bijna een buurderij?

In de winkel worden producten van zo veel collega-land- en tuinbouwers verkocht. En dan blijkt dat de afzet van Recht van ’t Veld voor een tijd ook via buurderijen in en rond het Antwerpse verliep. Recht van ’t Veld maakte deel uit van de buurderijen Roma, maar ook die in Merksem, Deurne, Wommelgem en Lier. “Onze schoonste jaren waren bij onze eerste buurderij, aan de Roma in Antwerpen. Dat was voor ons een echte vuurdoop. We leerden er ook veel collega-land- en tuinbouwers kennen die nu ook via onze winkel verkopen”, vertelt Linda. Uiteindelijk stopte het koppel de samenwerking. “Het was tijdrovend om alles mooi klaar te zetten en we konden het niet meer combineren met onze eigen winkel en activiteiten. Bovendien moesten we 20% van de prijs van het product afgeven aan de buurderij en dat vonden we veel. Dat maakt het product in de buurderij ook veel duurder dan een vergelijkbaar product in de supermarkt, en dat maakt het concurrentieel moeilijk voor de buurderij”, vertelt Raf.

De winkel is op dit moment goed voor 80% van de inkomsten. Slechts 20% wordt verkocht via de veiling. “In het begin was dat andersom”, geeft Raf mee. Vorig jaar verkocht het koppel zelfs niets aan de veiling. “In het voorjaar hadden we door corona geen tijd gehad om onze bloemkool af te dekken en hadden we te maken met koolvlieg. Tja, dan is het zo hé”, vertelt Raf. “Met alle respect voor de veilingen – we hebben ze nodig – maar daar worden alle producten van alle producenten samen gezet en verkocht. Daar is de teler als individu verdwenen. Als we via de winkel verkopen, zien we het respect van de klanten voor net óns product. Dat is het fijne aan onze job: we brengen het voedsel van het land naar de klant.”

Marlies Vleugels

Lees ook in Groenten

Vergelijking tussen zaai-, winter- en plantuien

Groenten De uienteelt groeit aan belang in België. Tijdens de studienamiddag ‘Uien telen in een veranderend klimaat’ van het Agentschap Landbouw en Zeevisserij (ALZ) en Proefcentrum Groenteteelt (PCG) deden verschillende presentaties het verschil tussen zaai-, winter- en plantuien uit de doeken, zodat landbouwers een geïnformeerde keuze kunnen maken, met de steeds extremere weersomstandigheden in het achterhoofd.
Meer artikelen bekijken