Startpagina Groenten

2021 is Internationaal Jaar van Groenten en Fruit maar “eigenlijk vieren we dat elk jaar”

Het jaar 2021 werd uitgeroepen als het ‘Internationaal Jaar van Groenten en Fruit’. Ondertussen is 2021 al halfweg, en we merken dat de belangstelling in verse groenten en fruit zeker niet gedaald is. Mede door corona moesten velen noodgedwongen de horeca links laten liggen en thuis hun potje groenten en fruit klaarmaken. “Daarnaast zijn er in de laatste 20 jaar wel wat trends die duidelijk worden”, aldus Rik Decadt, directeur productie bij REO Veiling.

Leestijd : 7 min

Groenten en fruit zijn een cruciaal onderdeel van een gezond voedselpatroon. Dat is al jaren zo en dat zal zeker ook de komende jaren zo blijven. De Food and Agriculture Organization of the United Nations – kortweg het FAO – wil tijdens de coronapandemie het belang van groenten en fruit in een goed dieet benadrukken. Ze focussen daarbij ook op voedselveiligheid en gezondheid, innovatie en technologie, en op het vermijden van voedselverspilling.

De veilingen in België spelen een belangrijke rol in het voorzien van gezonde groenten en fruit en staan in nauw contact met de telers. Ondertussen is 2021 halfweg. Tijd om ons licht op te steken in één van de bekendste veilingen, de REO Veiling in Roeselare. Landbouwleven sprak er met Rik Decadt, directeur productie, over het coronajaar, de laatste trends en natuurlijk het Internationaal Jaar van Groenten en Fruit.

Is er veel veranderd doorheen het coronajaar?

RD: “In 2020 stonden groenten en fruit inderdaad meer in de belangstelling. We hebben in het algemeen geen dramatisch jaar achter de rug. Volgens mij heeft de consument het belang van groenten en fruit weer ingezien. Omdat de horeca dicht was, werden de groente- en fruitzaken plots weer belangrijk. Consumenten hebben weer zelf leren koken, omdat ze thuis moesten blijven. De retail heeft ongetwijfeld een zeer goed jaar gehad in verse groenten en fruit.

Enkel de groenten die richting horeca gaan, deden het niet goed. Dan gaat het bijvoorbeeld over de kiemen of de speciale groenten, zoals bepaalde slasoorten die op stokbroodjes liggen, of de iets exclusievere groenten.”

Het niet kunnen buitenshuis eten zorgde dus voor veel verandering.

Je moet weten dat buitenshuis eten voor corona verantwoordelijk is voor een groot aandeel van de consumptie van verse groenten en fruit. Dan gaat het niet altijd om de typische horeca, maar ook om scholen of grote bedrijfsrestaurants. Dat gaf een grote impact op het pakket van groenten en fruit dat normaal die richting uitgaat. Telers die zich de afgelopen jaren specialiseerden in zo'n horecateelten en er dus hun inkomen op baseerden, die waren het meest getroffen. Bepaalde retail speelde na enige tijd erop in om die groenten ook in hun gamma aan te bieden. Het was een moeilijke oefening om de horecagroenten te herlokaliseren.

Wat zijn de belangrijkste trends de laatste 20 jaar voor groenten en fruit?

Mensen willen in het groenterek meer diversiteit. Ze willen meerdere soorten groenten. Je hebt bepaalde consumenten die altijd iets anders willen. Het is voor ons daarom een uitdaging om continu nieuwe zaken te vinden. Wat ook belangrijk is, is versheid en nabijheid. Met nabijheid bedoel ik Belgisch en lokaal. In de supermarkten vind je ook steeds meer Belgische vlagjes terug. Zelfs hard discounters spelen daarop in. Dat was vroeger voor hen niet zo belangrijk, maar nu wel. Dat chauvinisme speelt in de andere landen ook, zeker in Frankrijk. Voor de Belgische producent is dat eigenlijk een nadeel. Wij produceren te veel om alles af te zetten op de Belgische markt. Wij moeten exporteren, terwijl ieder land eigenlijk chauvinistischer wordt.

De export van groenten en fruit is de laatste 20 jaar hetzelfde gebleven.
De export van groenten en fruit is de laatste 20 jaar hetzelfde gebleven. - Foto: LBL

In het fruit merken we dat rood zachtfruit, zoals frambozen en rode bessen, heel erg opkomt. Vroeger vond de consument een doosje frambozen te duur, en nu zie je dat meer mensen meenemen: kinderen eten dat graag en het komt meer op tafel. De verkoop van frambozen is bijna vertienvoudigd op de veiling. In het algemeen is er de laatste jaren een switch in de soort verpakkingen. We gaan naar minder plastic, en verpakken meer in papier en karton. Wat we ook zien, is dat de porties verminderen omdat de gezinnen kleiner worden. Dat wordt opgelost door kleinere porties in verpakkingen, ofwel door meer in bulk te verkopen. Zo kan de consument net kopen wat hij nodig heeft, en is er minder voedselverspilling. We merken immers dat de consument daar gevoelig aan is. Vijf jaar geleden zouden we nog zeggen dat gemaksvoeding – convenience – het belangrijkste is voor de toekomst. Dat is nog wel zo, maar nu wil de consument vooral niet te veel aankopen.

Hoe zat het de laatste jaren met de export?

De export van groenten en fruit is de laatste 20 jaar hetzelfde gebleven. We produceren van bepaalde groenten meer, maar de gemiddelde consumptie van verse groenten en fruit per hoofd bleef ten opzichte van 5 jaar geleden in België ongeveer dezelfde. We dienen bijgevolg ook meer te exporteren. Er is wel wat verschuiving in wat wordt geëxporteerd: sommige groenten worden in België wat meer gegeten dan andere.

Zijn er veel nieuwigheden bijgekomen?

We krijgen van de retail meer en meer de vraag om bepaalde groenten die vroeger traditioneel uit het buitenland kwamen, ook in België te telen. Hoe lokaler, hoe duurzamer, denken ze. Dan gaat het bijvoorbeeld om zoete aardappel of verse look. We zijn ook bezig met proeven om gember te telen in Vlaanderen. Dat proces gebeurt met vallen en opstaan. Zoete aardappel is nu een groot verhaal geworden, maar is erg klein begonnen.

Werd het speciale jaar gevierd?

We zijn altijd bezig, we vieren dat het hele jaar door over alle jaren. Wat we het hele jaar doen, is de producent achter het product heel regelmatig in de kijker te zetten. We doen daarbij aan story telling : het is veilig en gezond, authentiek, hangt vast aan een familiekarakter... dat spreekt mensen aan. We doen dat niet altijd met producten die we goed kennen, maar ook met minder bekende producten zoals struikbonen.

We zorgen er ook voor dat de media de REO Veiling en haar producenten bezoeken om een verhaal te maken. We stonden onlangs in Nest met een verhaal over struikbonen die op kleinschalige manier worden geteeld. We zijn een grote coöperatie, maar samen vertegenwoordigen we al die verschillende producenten.

Hoe promoten jullie gezonde voeding bij de consument?

De producent is de beste ambassadeur van zijn product. We zorgen er daarom voor dat hij goed in beeld komt gedurende onze uitgewerkte promotiecampagnes. Daarnaast wordt sterk ingezet op seizoensgebonden koken met verse groenten en fruit van bij ons. Vanuit die optiek stellen we graag originele recepten ter beschikking van zowel consumenten als winkelhouders. De receptuur geeft niet alleen leerrijke informatie over het product aan de consument, maar inspireert hem ook om ermee aan de slag te gaan in de eigen keuken. In de zomermaanden verandert het eetpatroon van de consument. De winterse hartige maaltijden ruimen plaats voor frisse gerechten die snel geconsumeerd kunnen worden. Bij verse groenten en fruit is dit niet anders. Vooral lichte serregroenten en slaatjes zijn nu razend populair. Daarom start niet toevallig deze zomer een samenwerking met Libelle. In drie nummers van het wekelijks vrouwenblad komen bijzondere recepten met typische zomerproducten van de REO Veiling. Deze recepten krijgen een herkenbaar gezicht met de publicatie van foto’s van telers van REO-producten die als ingrediënten worden gebruikt in de voorgestelde recepten. Op die manier maken we aan de consumenten duidelijk dat de REO-producenten naast veel zorg voor een onberispelijke productkwaliteit ook veel tijd en moeite besteden aan een smaakvolle presentatievan hun lokaal geteelde groenten en fruit in een attractieve verpakking. Dit getuigt niet alleen van een sterke gedrevenheid en een grote flexibiliteit, maar ook van een oprechte fierheid en waardering voor hun kwaliteitsproducten.

Is er nog een manier waarop jullie gezonde producten promoten?

Met onze kwaliteitsmerken Tomabel en Fine Fleur zijn we ook tenuesponsor van Knack Volley Roeselare. De spelers van Knack Volley bewezen tijdens het afgelopen seizoen dat gezonde voeding en hard trainen broodnodig zijn om aan topsport te doen en topprestaties te leveren. Maar die verse groenten telen is ook topsport! De land- en tuinbouwers van de REO Veiling bewijzen dit dag in dag uit, op het veld maar ook in de serre. We hebben onlangs een promotiefilmpje gemaakt dat expliciet de link legt tussen topsport en de duurzame teelt van gezonde voeding.

Voedselverspilling vermijden is ook één van de pijlers.

Met onze voedselbanken zorgen we voor een goede verdeling van de voeding onder kansarmen. Alle overschotten worden in principe door de voedselbanken opgehaald. Mensen die geen frigo hebben, mogen die groenten voor een dag bij ons bewaren, zodat het nog verser bij de consument geraakt.

Hoe werken jullie aan een duurzame voedselketen?

We zorgen ervoor dat het voedsel op een duurzame manier tot bij de consument komt. Dat betekent onder andere efficiënt transport. We investeerden in nachtverladingen, zodat we ook 's nachts kunnen laden. Dan is er minder verkeer en zijn de producten sneller weg. Dikwijls is het product nog niet verkocht en wordt het al opgeladen ’s nachts. Zo spelen we korter op de bal.

Op welke manier ondersteunen jullie de teler?

We zijn altijd op zoek naar telers die openstaan voor iets nieuws, omdat we diversiteit in het gamma willen garanderen. Als het een volledig nieuwe teelt is, zorgen we dat er wat prijszekerheid is en dat die prijs niet volatiel is. Ook zorgen we voor voldoende begeleiding vanuit proeftuinen en TACO. En ten slotte is er de dagelijkse ondersteuning: we helpen de boer zo goed als mogelijk in het kader van milieuvriendelijkheid, IPM, en dergelijke. We laten onze telers zeker niet aan hun lot over.

Welke plannen zijn er nog voor de toekomst?

We werken continu aan nieuwe niches, trends, technologieën en innovatie. We vinden duurzaamheid heel belangrijk. We willen evolueren naar teelten die minder afhankelijk zijn van arbeidskrachten en automatisatie en robotisatie kan hierbij helpen. Zo zijn we bijvoorbeeld in samenwerking met Inagro bezig aan het project Hydro-leek, waarbij we zoeken naar manieren om prei op water te telen, en die prei met behulp van robotisatie te planten en te oogsten.

Marlies Vleugels

Lees ook in Groenten

Vergelijking tussen zaai-, winter- en plantuien

Groenten De uienteelt groeit aan belang in België. Tijdens de studienamiddag ‘Uien telen in een veranderend klimaat’ van het Agentschap Landbouw en Zeevisserij (ALZ) en Proefcentrum Groenteteelt (PCG) deden verschillende presentaties het verschil tussen zaai-, winter- en plantuien uit de doeken, zodat landbouwers een geïnformeerde keuze kunnen maken, met de steeds extremere weersomstandigheden in het achterhoofd.
Meer artikelen bekijken