Startpagina Vleesvee

Schurft bij BWB: Als het kriebelt, moet je krabben

Schurft is een huidaandoening die voorkomt op drie kwart van alle vleesveebedrijven met Belgisch witblauwe runderen in Vlaanderen. Deze lastige huidziekte kan tot zware economische verliezen leiden.

Leestijd : 4 min

De ziekte karakteriseert zich door een huidontsteking met vochtige korsten, die bijna altijd op de rug gelokaliseerd is. Het dier ervaart intense jeuk en bij zichtbaar aangetaste dieren wordt vaak een verminderde dagelijkse groei gezien. In ernstige gevallen kan het zelfs voorkomen dat het dier overlijdt door een bijkomende bacteriële infectie. Samen met de kosten van de behandeling kan dit tot flinke economische verliezen voor de veehouder leiden.

Kleine beestjes, grote last

De typische schurft bij ons Belgisch vleesvee wordt veroorzaakt door de mijt Psoroptes ovis. Dit kleine beestje wordt maximaal 0,5 mm groot. Door in grote aantallen de huid van het rund te parasiteren en allergenen uit te scheiden, kunnen ze een ontstekingsreactie teweegbrengen. Terwijl andere huidparasieten bestreden worden door de afweerstoffen in het ontstekingsvocht, gebruiken deze mijten dat juist als voedingsbron. Daardoor kan het aantal mijten snel toenemen. Daarbovenop zijn Belgisch witblauwe runderen overgevoelig voor de uitgescheiden stoffen van de Psoroptes-mijten, waardoor de ontstekingsreactie heftiger is dan bij andere runderrassen en de letsels enorm uitgebreid kunnen worden.

Diagnose

Veelal gebeurt de diagnose op basis van de typische letsels. Het is echter aan te raden om je dierenarts verschillende huidafkrabsels van aangetaste dieren te laten onderzoeken vooraleer te behandelen. De mogelijkheid bestaat namelijk dat er nog andere huidparasieten aanwezig zijn, die een andere behandeling nodig hebben, of dat er toch iets anders aan de hand is dan een parasitaire infectie. Je dierenarts kan deze stalen opsturen naar een laboratorium of ze zelf bekijken onder de microscoop om te bepalen wat de oorzaak is van de klachten. Op basis van deze resultaten kan je dierenarts gericht een bestrijdingsplan opstellen.

Een schurftmijt, Psoroptes ovis, onder de microscoop.
Een schurftmijt, Psoroptes ovis, onder de microscoop. - Foto: UGent

Behandeling is vaak lastig

Behandeling van schurft is mogelijk, maar vaak lastig. Het strikt uitvoeren van de opeenvolgende behandelingen is essentieel om een goed resultaat te verkrijgen. Er zijn verschillende producten (acariciden) voorhanden die ingespoten of op de rug aangebracht kunnen worden. Het is belangrijk om te weten dat niet elk product dat op de rug aangebracht kan worden ook werkzaam is tegen Psoroptes -schurft. Het is ten zeerste aangeraden om voordien op de bijsluiter te kijken tegen welke huidparasieten het product werkzaam is.

Bij het uitvoeren van de behandeling zijn er enkele zaken cruciaal. Vooraleer men medicatie toedient, is het belangrijk om de korsten te verwijderen en de dieren te scheren, want dit maakt het lastiger voor de mijten om te overleven. Met uitzondering van de langwerkende producten, zoals de long acting moxidectineproducten, dienen alle behandelingen herhaald te worden na 7 tot 10 dagen. De producten werken namelijk niet tegen de eieren van de mijten, waardoor de uitgekomen mijtenlarven ook afgedood moeten worden vooraleer zij kunnen kweken. Verder dienen alle dieren die in contact staan met runderen met schurft behandeld te worden. Er is een verschil in gevoeligheid voor schurft tussen de dieren. Daardoor kunnen er dragers zonder letsel aanwezig zijn, die de gevoelige dieren opnieuw kunnen infecteren. Het is aan te raden om 7 dagen na de tweede behandeling of 14 dagen na het toedienen van een long acting acaricide huidafkrabsels door je dierenarts te laten nemen om te kijken of de behandeling voldoende gewerkt heeft.

Op de website van DGZ (www.dgz.be > media > fiche aanpak schurft) staat er een handig overzicht dat als leid-raad kan dienen voor de behandeling van schurft.

Resistentie

Het kan gebeuren dat een behandeling correct wordt uitgevoerd, maar toch onvoldoende resultaat geeft. Recent onderzoek van het Laboratorium voor Parasitologie van de faculteit Diergeneeskunde UGent heeft aangetoond dat op bepaalde bedrijven in België en Nederland resistente mijtenpopulaties aanwezig zijn. Deze mijten zijn minder gevoelig gebleken aan behandeling met de macrocyclische lactonen (alle inspuitbare producten tegen schurft), en kunnen een behandeling overleven. In de komende jaren zal er verder onderzoek uitgevoerd worden naar de verspreiding van de resistentie tegen deze producten in België. Naar het voorkomen van resistentie tegenover de andere geregistreerde producten voor schurft is nog geen onderzoek verricht.

Deze recente bevindingen hebben de bestrijding van schurft gecompliceerder gemaakt. Spijtig genoeg is er geen snelle diagnostische test voor resistentie beschikbaar. De enige manier om resistentie vast te stellen, is het bepalen van de vermindering van het aantal mijten na de behandeling. Hierbij worden vóór en na behandeling huidafkrabsels genomen, waarop het aantal mijten bepaald wordt. Uit deze tellingen kan het percentage afgedode mijten door de behandeling berekend worden. Voor een effectieve behandeling moet minstens 90% van de mijten gedood worden. Het is belangrijk om voldoende stalen te nemen per bedrijf om een betrouwbaar resultaat te krijgen. Dit aantal is echter bedrijfsafhankelijk. Omwille van het tijdrovende proces van het mijten tellen, kan men de tellingen laten uitvoeren door een gespecialiseerd laboratorium.

Indien er resistentie vermoed wordt op het bedrijf kan je in overleg met de dierenarts de mogelijkheden tot deze resistentiebepaling overwegen. De dierenarts kan een inschatting maken van het benodigde aantal stalen en de bijbehorende kosten in overleg met een gespecialiseerd laboratorium. Indien resistentie vastgesteld wordt, kan men ook met de dierenarts kijken naar alternatieve behandelingen die toepasbaar zijn op het bedrijf. Als er resistentie is tegen een van de macrocyclische lactonen, zijn de mijten ook resistent tegen alle andere producten uit deze familie. Daardoor wordt de keuze van mogelijke producten op het bedrijf beperkt.

Complexer dan voorheen

Het aanpakken van schurft was voor veel veehouders al een lastig verhaal met de nodige frustraties. Dat is door de ontwikkeling van resistentie tegen bepaalde producten complexer geworden. Daardoor is een correcte behandeling belangrijker dan ooit. Bekijk met de dierenarts de mogelijkheden indien men resistentie vermoedt.

Wouter van Mol, UGent

Lees ook in Vleesvee

Meer artikelen bekijken