Startpagina Akkerbouw

Pre-ecoregelingen als overgangsmaatregel naar nieuw GLB

Eind augustus organiseerde de Vlaamse overheid enkele webinars om de pre-ecoregelingen toe te lichten en te illustreren met enkele praktijkvoorbeelden. Met 200 à 300 deelnemers per webinar kunnen de pre-ecoregelingen op heel wat belangstelling rekenen bij de landbouwers.

Leestijd : 6 min

Normaal gezien moest een nieuw gemeenschappelijk landbouwbeleid (GLB) worden gestart op 1 januari 2021. Door vertraging bij het beslissingsproces moet dit uitgesteld worden.

Binnen dit nieuwe GLB zullen er al zeker ‘ecoregelingen’ worden uitgewerkt. Deze ondersteunen landbouwpraktijken die gunstig zijn voor het klimaat, het milieu, dierenwelzijn en die antimicrobiële resistentie aanpakken.

Vrijwillige steunmaatregelen

“In aanloop naar het nieuwe GLB werden ‘pre-ecoregelingen’ uitgewerkt”, zo legt ons Marleen Delanoy, voorlichter voedergewassen bij het departement Landbouw en Visserij van de Vlaamse overheid, uit. “Zo bereid je je al voor op de ‘ecoregelingen’ in het volgende GLB.”

De Vlaamse Regering gaf het systeem van de pre-ecoregelingen een principiële goedkeuring midden juli, maar deze is nog niet definitief. De webinars van eind augustus waren dan ook gebaseerd op de stand van zaken op dat moment. De website www.vlaanderen.be/landbouw/

pre-ecoregelingen, zal voortdurend geüpdatet worden met nieuwe info.

Omdat bepaalde maatregelen al ingezaaid moeten worden dit najaar vonden de medewerkers van de Vlaamse overheid het nodig om nu al info te verspreiden.

Eenjarige maatregelen

Pre-ecoregelingen zijn eenjarige maatregelen voor actieve landbouwers. Zij kunnen de subsidie aanvragen via de verzamelaanvraag 2022. Opgelet: er zijn verschillende subsidie- en perceelsvoorwaarden. In dit artikel staan we stil bij het wat en waarom van de verschillende pre-ecoregelingen. Alle voorwaarden toelichten zou ons in dit artikel te ver leiden. De landbouwer is niet verplicht om deze pre-ecoregelingen toe te passen. Hij kan hier vrijwillig voor kiezen om zijn steun te verhogen.

Grasland

Productief kruidenrijk grasland is één van de eerste op de lijst van pre-ecoregelingen. Dit is grasland ingezaaid met een mengsel van grassen, vlinderbloemigen en kruiden. Er zijn goede redenen om dit in te zaaien. Zo zorgen verschillende soorten, voor verschillende type wortels en meer droogteresistentie. De maatregel is positief naar biodiversiteit en landschap, ook kan er op kunstmest worden bespaard.

Het mengsel moet bestaan uit minimum 2 grassoorten en minimum 5 vlinderbloemigen en kruiden. In het mengsel mag het graszaad maximaal aan 30 kg/ha gedoseerd zijn. Vanaf dit najaar kunnen dergelijke mengsels uitgezaaid worden en ze moeten minstens tot eind 2022 aangehouden blijven.

Ecologisch beheerd grasland is een tweede pre-ecoregeling. Hieronder wordt verstaan een extensiever uitgebaat grasland zonder gewasbeschermingsmiddelen of kunstmest. Dit levert een lagere milieudruk op en een positieve bijdrage aan de biodiversiteit.

Milieu-, klimaat- en biodiversiteitsvriendelijke teelten

Omdat ze een positief effect hebben op het milieu, het klimaat of de biodiversiteit behoren het inzaaien van een eenjarige eiwitteelt, van diepwortelende maaigewassen of het telen van zomergraan of faunamengsels in beheersgebied akkervogelsoorten tot de pre-ecoregeling milieu-, klimaat- en biodiversiteitsvriendelijke teelten. Hiernaast kan de lokale eiwitvoorziening verhoogd worden en is er een positief effect op de bodemkwaliteit.

Voor de eiwitteelten wordt verwezen naar voedererwten, veldbonen, soja en quinoa. Ook droog geoogste erwten, Vicia-bonen en Phaseolus-bonen zijn eiwitteelten. Hiernaast kan een mengteelt van granen en vlinderbloemigen worden uitgezaaid. Pas hier wel op: er moet aandacht zijn om te voldoen aan minimale zaaidichtheden.

Marleen Delanoy merkt op dat een en ander vergelijkbaar is met de VLI-F-steun (teelt van vlinderbloemigen). Waar vroeger op meerjarige contracten werd ingezet, focust men nu op eenjarige maatregelen. Het doel hiervan is het verlagen van de drempel om sommige gewassen te gaan proberen. Reacties uit de praktijk leerden dat vele landbouwers het niet zagen zitten om zich aan een meerjarig contract te binden. Is de verbintenis maar voor één jaar, dan is de voorspelling dat meerdere landbouwers er warm voor lopen.

Uiteraard moeten voornoemde gewassen de hoofdteelt en niet de voorteelt vormen om te kunnen genieten van financiële steun. Ditzelfde geldt ook als we kiezen voor diepwortelende maaigewassen. Hieronder wordt verstaan het telen van koolzaad, gele mosterd, bladrammenas, hennep en Tagetes. Dit laatste gewas moet minstens 3 maanden aangehouden worden en daarna ondergewerkt. Gele mosterd en bladrammenas worden minimum 2 maanden aangehouden en dan ondergewerkt.

Een faunavriendelijke teelt als pre-ecoregel uit zich door het inzaaien van een hoofdteelt bestaande uit zomergraan of een faunamengsel in beheersgebied akkervogelsoorten. Er gelden enkele eisen aan dit faunamengsel qua samenstelling, maar ook qua dichtheid (50 tot 60 kg/ha) en er geldt ook een aanhoudingsplicht.

36-3312-COMBIPRE-ECO

Precisielandbouw

Het aspect precisielandbouw is opgenomen bij de pre-ecoregelingen omdat door de automatische aansturing van landbouwmachines via gps overlapping bij het toedienen van gewasbeschermingsmiddelen en meststoffen vermeden wordt. Zo is er een besparing in het gebruik hiervan én wordt een lagere milieu- en klimaatimpact gerealiseerd. Zeer belangrijk is de automatische aansturing van de machines door de gps, in vele gevallen door Isobus-aansluiting.

Zowel het gebruik van d-gps (lagere precisie) als rtk-gps (hoogste precisie) is mogelijk. De landbouwer moet er attent voor zijn om op zijn perceelsfiche de handeling bij te houden net als het gps-type, het merk en de uitvoerder. Zijn machine moet onmiddellijk ter beschikking zijn bij controle of facturen van de loonwerker moeten bijgehouden worden. Deze laatste moet dan de locatiegegevens en X- en Y-coördinaten vermelden op zijn factuur. Een andere mogelijkheid is het bijhouden van de ‘as-applied-kaarten’ of het maken en bijhouden van getagde foto’s. Het departement Landbouw & Visserij is hiervoor bezig met het maken van de LV-AgriLens-applicatie. Deze houdt bij waar en wanneer de foto is gemaakt.

Het steunbedrag dat de landbouw ontvangt om aan precisielandbouw te doen wordt bepaald door het feit of hij gebruikmaakt van d-gps of rtk-gps. Nog een factor die van invloed is, is het feit of enkel de gewasbescherming wordt uitgevoerd met gps of dat zowel gewasbescherming als bemesting wordt uitgevoerd met gps. Er is een degressieve vergoeding voorzien die afneemt met de toename van het aantal ha. Het steunbedrag per ha is het hoogst voor de eerste 20 ha. Voor de volgende hectares is het bedrag per ha lager. Dit is zo voorzien om zo veel mogelijk bedrijven mee te krijgen richting precisielandbouw.

Naast het spuiten en bemesten op basis van gps is tevens het plaats specifiek bekalken op basis van taakkaarten van steun voorzien via pre-ecoregelingen. Ter verduidelijking: gezien de maatregel gaat over bekalken is het vanzelfsprekend dat de taakkaart gebaseerd is op inzicht in de pH-variatie van het perceel. De taakkaart wordt daarom gebaseerd op een bodemscan naar pH-variatie. Veel toegepast is al de Veris Scan. Op basis van deze bodemscan naar pH-variatie aangevuld met bodemstalen op punten aangeduid door de scan, wordt een taakkaart gemaakt die toelaat om plaatsspecifiek te bekalken. . Zowel te lage als te hoge pH-waarden zijn immers problematisch voor een goede opname van nutriënten. Bekalken is een maatregel die voor een relatief snelle bodemverbetering zorgt.

Om aan de subsidievoorwaarden te voldoen komen enkel de bedoelde taakkaarten vanaf half september in aanmerking. Vergeet ook niet alle documenten hieromtrent bij te houden tot 2033. Denk aan de perceelsfiche waarin de uitgevoerde bekalking wordt opgenomen, met vermelding van het gps-type, het merk en de uitvoerder of aan facturen van het loonwerk met al de voornoemde gegevens.

Verhogen organische koolstofgehalte bouwland

Een laatste pre-ecoregeling gaat over het verhogen van het organisch koolstofgehalte van bouwland. Er wordt op deze maatregel ingezet omdat het belangrijk is om het organischekoolstofgehalte van de Vlaamse bodems te verhogen. Nu is dat gehalte suboptimaal tot zeer laag. Een hoog gehalte aan organische stof zorgt ervoor dat de bodems beter weerbaar zijn tegen erosie, een betere waterhuishouding kennen en vruchtbaarder zijn. Tevens zijn de bodems beter gewapend tegen droogte of wateroverlast.

Enkele pre-ecoregelingen kunnen gecombineerd worden. Momenteel is er nog geen duidelijkheid, maar er wordt aan gedacht om een maximaal subsidiebedrag te bepalen om aftopping van de steun te bekomen.

Een laatste advies aan de landbouwers is om alle facturen, documenten of andere bewijzen minimum 10 jaar bij te houden.

We herhalen wat we aan het begin van dit artikel schreven: de huidige info is onder voorbehoud tot goedkeuring van de Vlaamse regering.

Tim Decoster

Lees ook in Akkerbouw

Correct rekenen met dierlijke mest

Maïs Op heel wat percelen in Vlaanderen wordt een groot deel van de bemesting ingevuld met dierlijke mest. Gebruik van dierlijke mest vraagt een beredeneerde aanpak. Hoe kies ik de juiste mestsoort? Hoeveel dien ik wanneer toe? Op welke manier? De variabele samenstelling van dierlijke mest en inschatten hoeveel of wanneer de aanwezige nutriënten vrijkomen, zijn belangrijke aandachtspunten.
Meer artikelen bekijken