Startpagina RULA

De juridische kant van een schadegeval in de landbouw

De landbouwsector zit vol gevaren. Zowel letterlijk als figuurlijk loert het gevaar om elke hoek. Hoewel voorkomen beter is dan genezen, is een goede kennis van het aansprakelijkheidsrecht ook een belangrijke meerwaarde voor een bedrijfsleider in de landbouwsector.

Leestijd : 5 min

Het werken met dieren en grote machines, dikwijls in stresserende omstandigheden, maakt dat een ongeval gauw is gebeurd. Daarnaast kan een kleine fout grote schade veroorzaken door de verwerking van landbouwproducten in de voedselketen.

Contract of niet?

Het aansprakelijkheidsrecht valt in 2 grote blokken uiteen. Enerzijds zijn er de aansprakelijkheden die voortvloeien uit een contractuele wanprestatie en anderzijds zijn er de aansprakelijkheden die los van enig contract kunnen opgelopen worden.

In geval van een contractuele wanprestatie is de aansprakelijkheid in eerste instantie het gevolg van wat de partijen overeengekomen zijn. Zo zal een melkveehouder die melk levert met een verboden substantie omdat hij verkeerdelijk de melk van een behandelde koe mee in de tank liet lopen, zonder al te veel discussie moeten opdraaien voor de schade die hij bij de melkerij veroorzaakt. De partijen kunnen in dat geval immers terugvallen op een overeenkomst waarin de kwaliteitsvoorwaarden voor de geleverde melk zijn vastgelegd.

Anders ligt het wanneer een schadegeval zich voordoet buiten de contractuele sfeer. Voor dergelijke buitencontractuele schadegevallen kan enkel worden teruggevallen op de wet. Cruciaal in deze zijn de bepalingen van artikel 1382 en volgende van het Burgerlijk Wetboek. De basisidee van de wet is dat eenieder die door zijn fout aan een ander schade veroorzaakt aansprakelijk wordt gesteld en de veroorzaakte schade moet vergoeden. Naast de algemene aansprakelijkheid voor fout worden in de wet ook specifiek de aansprakelijkheden voor zaken, dieren en gebouwen geregeld. Aan de hand van enkele praktijkvoorbeelden tonen we aan hoe en wanneer de aansprakelijkheid van de landbouwer in het gedrang kan komen.

Modder op de weg

Een klassiek voorbeeld van aansprakelijkheid in het kader van de uitbating van een landbouwbedrijf is het verkeersongeval dat veroorzaakt wordt door modder op de weg. In de rechtsleer en de rechtspraak wordt algemeen aanvaard dat slijk en modder die afkomstig zijn van de wielen van een landbouwvoertuig en die op de rijbaan achterblijven een fout uitmaken die tot aansprakelijkheid kan leiden. Modder op de weg valt immers onder het toepassingsgebied van art. 7.3. van het Wegverkeersreglement, omdat die modder het verkeer hindert en onveilig maakt. Het feit van het verkeer op die manier te hinderen of gevaarlijk te maken door op de openbare weg voorwerpen of stoffen achter te laten, maakt een overtreding en derhalve een onvoorzichtigheid uit in de zin van art. 1382 B.W., zelfs als dit feit het gevolg is van een nalatigheid. Wanneer na de oogstwerken de openbare weg niet of niet op afdoende wijze wordt gereinigd, zal bij een ongeval de landbouwer aansprakelijk zijn voor de veroorzaakte schade.

Wanneer na de oogstwerken de openbare weg niet of niet op afdoende wijze wordt gereinigd, zal bij een ongeval de landbouwer aansprakelijk zijn voor de veroorzaakte schade.
Wanneer na de oogstwerken de openbare weg niet of niet op afdoende wijze wordt gereinigd, zal bij een ongeval de landbouwer aansprakelijk zijn voor de veroorzaakte schade. - Foto: TD

Sproeischade op aanpalende percelen

Een bijzondere vorm van aansprakelijkheid die een landbouwer of loonwerker kan oplopen, is deze voor zogenaamde driftschade. Driftschade is schade aan een gewas door de drift van een sproeistof die ontstaat wanneer bij het spuiten van een gewas ook een ander niet te behandelen gewas geteisterd wordt. Dikwijls gaat het om aanpalende of naburige percelen waar een deel van de sproeistoffen overwaait.

Een rechter zal bij een geval van sproeischade de handelingen van de landbouwer aan wie de fout verweten wordt, aftoetsen aan de normale gedraging die mag verwacht worden van een zorgvuldige landbouwer of loonwerker. Zo zal rekening worden gehouden met het feit of een windstille periode werd afgewacht om te spuiten, of er voldoende afstand van de perceelsgrens werd bewaard, of rekening werd gehouden met de gevoeligheid van de aanpalende teelt, enzomeer.

Ongevallen in het verkeer

Ook in het verkeer zijn landbouwvoertuigen soms betrokken bij ongevallen. In de rechtspraak vallen vooral uitspraken op waarbij onvoldoende verlichte of zelfs onverlichte landbouwvoertuigen betrokken zijn.

Zo oordeelde de rechtbank van eerste aanleg te Ieper dat drie vierde van de verantwoordelijkheid van een ongeval bij de bestuurder kwam te liggen van wie de kar onverlicht was, terwijl elke weggebruiker in principe zijn snelheid zo dient te regelen volgens zijn gezichtsveld dat hij zelfs voor een niet-verlichte hindernis tot stilstand kan komen. De rechter oordeelde dat het echter volstrekt onverantwoord was om bij duisternis met een onverlichte aanhangwagen te rijden.

In een ander geval waarbij een aanrijding tussen een onverlichte geparkeerde tractor met oplegger en een voertuig dat de rijbaan volgt, werd beoordeeld, achtte de rechtbank de eigenaar van de geparkeerde tractor eveneens voor drie vierde aansprakelijk.

Allemaal beestjes

Artikel 1385 van het Burgerlijk Wetboek stelt een onweerlegbaar vermoeden van fout in voor de houder van een dier, wanneer dat dier schade veroorzaakt. De eigenaar kan slechts ontsnappen aan zijn aansprakelijkheid als hij bewijst dat de schade uitsluitend door overmacht of door toedoen van een derde werd veroorzaakt.

Door het hof van beroep te Bergen werd in 2015 een veehouder veroordeeld tot een schadevergoeding, omdat 2 van zijn koeien ontsnapt waren uit de weide en vervolgens werden gegrepen door een trein, wat schade heeft veroorzaakt voor de NMBS. De veehouder beweerde dat de dieren ontsnapt waren door een gat in de omheining dat door een derde was gemaakt. Het hof van beroep achtte het niet bewezen dat de dieren langs die weg uit de weide waren ontsnapt en veroordeelde de veehouder.

Voor het hof van beroep te Brussel werd een veearts aansprakelijk gesteld voor de schade die een helper bij een keizersnede opliep. Op het einde van de ingreep liet de veearts toe dat de touwen rond de koe werden gelost, waarbij het dier een zware stamp gaf aan één van de helpers van de betrokken landbouwer. De veearts had volgens de rechter het meesterschap over het dier en werd aansprakelijk geacht op grond van art. 1385 B.W.

Preventie helpt

Het spreekt voor zich dat het vermijden van een schadegeval de beste preventie is om aansprakelijkheden te ontlopen. De preventie kan daarbij bestaan uit het nemen van bepaalde veiligheidsmaatregelen (zie eerder in dit nummer), maar kan evengoed bestaan uit het uitsluiten van aansprakelijkheden door zogenaamde uitsluitingsclausules, ook wel exoneratiebedingen genoemd.

Veelvoorkomend zijn de bordjes die op publiek toegankelijke plaatsen worden uitgehangen, waarbij elke verantwoordelijkheid voor gebeurlijke ongevallen wordt afgewezen. Ook het plaatsen van verkeersborden die modder op de weg signaleren tijdens de oogstwerkzaamheden is daar een voorbeeld van. Hoewel dergelijke waarschuwingsborden niet 100% sluitend zijn, kunnen zij soms aanleiding geven tot verdeling van de aansprakelijkheid de schadelijder geacht wordt een risico te hebben aanvaard. Ook kan het aanpassen van bepaalde contracten om aansprakelijkheden uit te sluiten een manier zijn om de risico’s voor het eigen bedrijf te verminderen.

Controleer je verzekeringspolis

Omdat een aansprakelijkheid natuurlijk nooit volledig valt uit te sluiten, ook niet ondanks de meeste voorzichtigheid en de beste preventie, verdient het aanbeveling om van tijd tot tijd de eigen verzekering voor aansprakelijkheid na te kijken.

Heel wat bedrijven beschikken over een zogenaamde polis BA-exploitatie, wat staat voor de verzekering van het risico op burgerrechtelijke aansprakelijkheid door de uitbating van het bedrijf. Het is aan te raden in deze polis na te kijken welke de uitsluitingen zijn, omdat men voor deze situaties niet verzekerd is. Eventueel kan met de verzekeraar of een andere verzekeraar een bijkomend verzekeringsproduct worden afgesloten. Ook is het aangewezen om naast de polis BA-exploitatie de verschillende verzekeringspolissen voor de landbouwvoertuigen te controleren en een verzekering rechtsbijstand te overwegen.

Jan Opsommer

Lees ook in RULA

Steunpunt Levend Erfgoed: “We ijveren ervoor om ons levend erfgoed in stand te houden”

RULA Kleinvee Onder de algemene term ‘kleinvee’ zitten heel wat diersoorten en -rassen verscholen. In de professionele landbouw is al een hele rist te bewonderen, maar in de niet-professionele veehouderij is het gamma nog veel ruimer. Sommige authentieke rassen staan vandaag echter onder druk. Het Steunpunt Levend Erfgoed (SLE) tracht dit levend erfgoed in stand te houden. Voorzitter Jan Martens vertelt ons waarom.
Meer artikelen bekijken