Startpagina Schapen

Diverse (nieuwe) regelgevingen uitgelegd

Enkele weken terug gingen de traditionele najaarsstudieavonden voor schapenhouders op 3 plaatsen in Vlaanderen door. Dit jaar werden deze gekoppeld aan een bedrijfsbezoek met demo’s. Dit initiatief wordt georganiseerd in samenwerking met het departement Landbouw en Visserij en het Praktijkcentrum voor Kleine Herkauwers (PCKH). We mochten er meer dan 250 geïnteresseerden verwelkomen. Er werden 4 onderwerpen behandeld.

Leestijd : 6 min

Eva Van Mael (DGZ) behandelde kort 3 thema’s. Vooreerst de nieuwe regelgeving in verband met identificatie en registratie van schapen, geiten en herten. Vanaf 21 april 2021 is de Europese ‘Animal Health Law’ of met andere woorden de ‘Dierengezondheidswet’ in voege.

Elektronische oormerken straks verplicht

Het belangrijkste aspect voor schapen- en geitenhouders is dat binnen afzienbare tijd (voorjaar 2022?) alle geboren dieren een elektronisch oormerk moeten krijgen in het linkeroor en een gewoon oormerk in het rechteroor, en dit ten laatste als ze 6 maand oud zijn en voordat ze op de openbare weg komen. Alleen slachtlammeren, die rechtstreeks van het bedrijf naar het slachthuis gaan (in binnen- of buitenland), mogen nog een blauw beslagoormerk krijgen. Tot hiertoe was er een uitzonderingsregeling voor België, waarbij nog gewone zalmkleurige oormerken konden gebruikt worden. Het Federaal Agentschap voor de Veiligheid van de Voedselketen (FAVV) heeft gemeend dat vanaf nu deze derogatievraag niet meer wenselijk is. Daarbij hebben we de syndicale bedenking dat voor de interne lamsvleesproducerende Vlaamse houderij het gebruik van elektronische oormerken een aanzienlijke meerkost betekent, zonder effectieve toegevoegde waarde.

Concreet mag de voorraad ‘klassieke’ zalmkleurige en groene elektronische oormerken voor eerste identificatie nog opgebruikt worden tot 1 jaar na de invoering van de nieuwe regelgeving. Nadien verdwijnen deze en zullen er nog enkel elektronische zalmkleurige oormerken zijn. Je kan dus het best geen te grote voorraad gewone oormerken meer aanleggen de komende maanden, want straks mogen ze niet meer gebruikt worden!

En voor de hertenhouders: in de toekomst verdwijnen de blauwe beslag-oormerken. Elk hert moet een identiek zalmkleurig oormerk in elk oor krijgen vooraleer het bedrijf te verlaten. Elektronische oormerken zijn hier niet verplicht.

Resistente wormen

Daarna gaf Eva Van Mael een kort verslag omtrent een Veepeilerproject in verband met nematodenresistentie in de schapen- en geitensector. Het betrof een elektronische enquête bij een negentigtal Belgische bedrijven, het merendeel (> 80%) met minder dan 50 vrouwelijke dieren, maar gemiddeld met meer dan 20 jaar ervaring in de houderij. Als reden voor het opruimen van dieren staat leeftijd op de eerste plaats en uierontsteking op plaats 2. Wat ziekten betreft, komen inwendige parasieten, rotkreupel en uierontsteking vooraan in de rangorde. 91% van de bedrijven gebruikt ontwormingsproducten en 72% ontwormt systematisch alle dieren. De helft van de ontwormingstoepassingen gebeurt bij aanvang en tijdens het weideseizoen. Meer dan 50% van de bevraagden heeft twijfels over de goede werking van (sommige ) ontwormingsmiddelen. Het aantal behandelingen per dier per jaar schommelt al naargelang het bedrijf tussen 0 en 5. De helft van de bedrijven liet ooit al een mestonderzoek doen, maar slechts 22% heeft laten nagaan of er van resistentie sprake is. Dit probleem verdient duidelijk meer aandacht!

Wat leerde men in de autopsiezaal bij DGZ in 2020? Er werden 180 dieren gelijkschouwd, waarvan twee derde schapen. Over alle leeftijden heen ziet men als doodsoorzaak vooral parasitaire infestatie, pneumonie, enterotoxaemie en enteritis/septis (dit vooral bij jonge lammeren). Bij oudere dieren ziet men ook vrij frequent vergiftiging als doodsoorzaak optreden.

Dierenwelzijn van schapen op de weide

Vervolgens had Bert Driessen (RCC-Belgium) het over dierenwelzijn van schapen op de weide. Deze thematiek kadert in een initiatief van het PCKH, om stappen te zetten richting een protocol Dierenwelzijn. Omdat er geregeld klachten zijn omtrent processen-verbaal en inbeslagnames van dieren, hetzij door de politie, hetzij door de dienst Dierenwelzijn, en omdat het niet altijd duidelijk is waarom dit gebeurt, is vanuit het PCKH het initiatief genomen om voor de veehouder een code van goede praktijken op het vlak van dierenwelzijn uit te werken en beschikbaar te stellen. Een eerste stap hierin betreft hoe het welzijn van schapen op de wei garanderen.

Het aantal klachten omtrent dierenwelzijn neemt hand over hand toe en in 5 jaar tijd is het aantal inbeslagnames van kleine herkauwers gestegen met 92% tot 549 dieren in 2020.

Een belangrijke vraag is hoe en in welke mate dierenwelzijn meetbaar is. Welke indicatoren kan men gebruiken? De Farm Welfare Council heeft in 1993 de 5 vrijheden gekoppeld aan welzijn gedefinieerd :

- vrij van honger, dorst of onjuiste voeding;

- vrij van thermaal en fysiek ongerief;

- vrij van pijn, verwonding of ziekte;

- vrij van angst en chronische stress;

- vrij om soorteigen gedrag te uiten.

Vanuit deze begrippen moet de stap gezet worden naar welzijnscriteria en vervolgens naar indicatoren; deze moeten betrouwbaar, haalbaar en herhaalbaar zijn in de praktijk. De basisprincipes van goede voeding, goede huisvesting, goede gezondheid en gepast gedrag worden vertaald in een twaalftal welzijnscriteria (Welfare Quality 2004). Hierna behandelt Bert Driessen dan een twintigtal concrete indicatoren van welzijn.

Het sterftepercentage van jonge en oudere dieren kan administratief nagezien worden, maar richtcijfers geven is moeilijk, omdat leeftijd, productiviteit en tijdstip van het jaar (bijvoorbeeld geboorteseizoen) hier een rol spelen. De lichaamsconditie hangt af van het aantal zogende lammeren (dus het moment in het jaar) en van de leeftijd. Bij de vacht kan men de zuiverheid, de kwaliteit en het al of niet bevuild zijn met mest beoordelen. Wat de ogen betreft, kan de kleur van het slijmvlies aangeven of er wormbesmetting met als gevolg bloedarmoede is, maar ook traanvloei is een welzijnsindicator voor oogaandoeningen. Er zijn nogal eens ongemakken aan de poten : hier zijn klauwlengte en al of niet aanwezigheid van rotkreupel van belang. Hijgen wijst op hittestress of een ademhalingsaandoening. Staartamputatie is gereglementeerd en mag enkel bij ooien, maar de vulva moet bedekt blijven. Voor castratie moeten ook de nodige regels in acht genomen worden.

Daarnaast is er de wondvoorkoming en -verzorging in het algemeen. Zowel bij verwondingen als bij uierontsteking is het kunnen aantonen dat men actie ondernomen heeft om de dieren te verzorgen belangrijk, idem uiteraard bij kreupelheid of myasis. Een schaap is een groepsdier, dus een schaap alleen in een wei is geen goed idee. Uitzonderingen hier zijn dekrammen of zieke dieren. Anderzijds zonderen dieren zich van nature af tijdens het geboorteproces.

Wat de omgevingsfactoren betreft, moeten we in eerste orde en ten allen tijde aan voldoende en vers drinkwater denken (= dagelijkse controle van de drinkbakken!). En gezien de klimaatevoluties is zorgen voor schaduw en beschutting ook een noodzaak. Bomen, struiken in de omgeving of andere schuilmogelijkheden in de wei zijn essentieel. Wat ten slotte de veilige huisvesting betreft, zijn prikkeldraden te vermijden, maar ook scherpe voorwerpen. Giftige planten en honden kunnen de dieren ernstig schaden, zo niet doden. We laten hier de dreiging van de wolf nog even ter zijde, want daar moeten dan streekgebonden zeer specifieke beschermingsacties tegen ondernomen worden.

Voederbomen voor kleine herkauwers

Na de pauze had Jan Valckx (Wim Govaerts en co) het over het nut van voederbomen. Het project wordt vanuit de biohoek gelanceerd en wordt uitgewerkt op 4 pilootbedrijven. Positieve elementen gekoppeld aan bomen zijn: zorgen voor schaduw, het bestrijden van wormen via de tannines of het aanbrengen van sporenelementen en mineralen, die de weerstand van de dieren verhogen. Ook het aspect methaanonderdrukking bij herkauwers komt hier in beeld en dit is wel zeer relevant. Vervolgens wordt dieper ingegaan op de juiste boomkeuze voor een bepaalde diersoort en op hoe bedrijfsbomenplannen worden uitgewerkt en uitgevoerd. Er wordt werk gemaakt van ‘voederbomen op maat van het bedrijf’ met aandacht voor de mineralenstatus bij het vee, voor de juiste boomkeuze, voor de gezondheidsaspecten en de ecologische aspecten. (www.wimgovaertsenco.be/

voederbomen)

Niet-productieve investeringen

In een laatste deel behandelde Jan Eskens (departement Landbouw en Visserij) de regelgeving in verband met niet-productieve investeringen, gericht op milieu en klimaatdoelstellingen. Concreet werden de mogelijkheden voor financiering van kleine landschapselementen besproken. De voorwaarden en de procedure worden overlopen. Het moet onder andere om een minimumbedrag van 1000 euro gaan. Er wordt ook gewerkt met driemaandelijkse blokperiodes voor de aanvragen. Zie voor meer info: https:// lv.vlaanderen.be/nl/subsidies/ vlif-steun/niet-productieve- investeringssteun.

De verschillende modaliteiten voor de aanplant en afscherming van de kleine landschapselementen worden toegelicht, evenals de lijst van het plantgoed en het technisch verantwoordingsadvies.

En zeker interessant voor de schapenhouders in Antwerpen en Limburg: deze NPI-regeling laat ook toe om de kosten voor het wolfwerend maken van de bestaande afsluitingen in het wolvengebied voor 100% terugbetaald te krijgen. Dit is echter een regeling voor landbouwbedrijven met meer dan 50 officieel aangemelde moederdieren(ooien) of 30 runderen… Finaal wordt ook nog verwezen naar de 8 demoprojecten die aansluiten bij deze NPI-regeling.

Besluit

Deze studieavonden brachten erg gevarieerde onderwerpen aan bod. De belangstelling was niet tegenstaande de blijvende coronadruk toch erg hoog. Hopelijk heeft eenieder toch zijn gading gevonden en kon zich bij de terugreis de vraag stellen : ‘Meester, wat hebben we vandaag bijgeleerd?’ Hopelijk toch een en ander, dat is althans de bedoeling!

André Calus

Lees ook in Schapen

Franse schapenhouderij op weg naar meer duurzaamheid

Schapen In Frankrijk is de schapenhouderij zowel qua vlees- als melkproductie heel wat belangrijker dan in Vlaanderen. Door het Idele , het Institut de l’Elevage, met zetel in Parijs, wordt dan ook nogal wat onderzoek gedaan in verband met schapenhouderij. Tijdens een webinar op 14 december 2023 werden de eerste Franse resultaten voorgesteld van het project ‘Green Sheep’.
Meer artikelen bekijken