Startpagina Mechanisatie

Aan het PCLT: Een goede opleiding is het doel, goede machines het middel

In april vorig jaar werd bekend dat Marc Ballekens de nieuwe directeur van het Praktijkcentrum voor Land- en tuinbouw in Roeselare (PCLT) werd. Ondertussen zijn de eerste vruchten van zijn aantreden hier zichtbaar.

Leestijd : 8 min

Marc Ballekens is niet onbekend in de landbouwwereld en heeft zeker feeling met akkerbouw en mechanisatie. Het afgelopen jaar nam hij uitgebreid de tijd om zijn medewerkers, opleidingen, leerkrachten en talrijke instanties te leren kennen, alvorens de toekomstige krijtlijnen uit te zetten. Dat het PCLT mooie vooruitzichten heeft, staat als een paal boven water.

LBL: “U komt uit de zaadwereld in de opleidingssector met zwaartepunt in mechanisatie terecht. Wat zijn de eerste verschillen die u zo ziet?”

MB: “De zadenmarkt is geen groeimarkt, de arealen en de markt zijn zowat stabiel. De opleidingssector is ook een grote markt en een waar groei in zit. Opleidingen in verband met veiligheid, ergonomie en brandstofverbruik zitten duidelijk in de lift en trekken steeds meer cursisten aan.

De zaadsector is een evolutie, de machinesector een revolutie. Plantengenetica laat zich niet zomaar leiden, op machineontwikkelingen heeft de mens meer en sneller vat.”

Is het opleidingsaanbod onder uw bewind op dezelfde wijze gestructureerd als voorheen of zijn er wijzigingen?

Dat is op de bekende manier van de laatste jaren via 3 grote afdelingen, namelijk land- en tuinbouw, groen en industrie. Met de eerste tak heeft het PCLT zijn bekendheid verworven, maar de andere 2 zijn ook flink uit de kluiten gewassen. Qua omzet zijn ze gelijkaardig. In totaal zijn er zo’n 170 opleidingen en deelopleidingen. In totaal worden bijna 14.000 uren praktijkles per jaar gegeven. Vermenigvuldig je dit met het aantal cursisten, dan kom je aan 100.000 opleidingsuren.

Is het G-rijbewijs een belangrijke opleiding?

Ja, eigenlijk wel. Ons sterk punt is dat we permanent een combinatie van tractor met kar beschikbaar hebben. Dat zorgt voor veel flexibiliteit als iemand last minute een opleiding nodig heeft. Het opleidingsmateriaal staat vertrekkensklaar bij wijze van spreken. De cursist krijgt bij ons nieuwe machines ter beschikking en hij of zij hoeft ook niet te schakelen. En een camera kan makkelijk aangekoppeld worden. Een andere troef is dat we een vrouwelijke lesgeefster hebben, iets dat sommige vrouwelijke toekomstige chauffeurs weten te waarderen. Ik denk dat we wellicht het grootste centrum in Vlaanderen zijn dat praktijkopleiding voor het G-rijbewijs geeft. Dit betreft proeven ter plaatse op het PCLT, alsook op de openbare weg. Een bijkomende troef: het rijexamen gaat door op dezelfde plaats als de opleiding. Dat maakt dat de cursist zijn examen doet op bekend terrein.

Hoeveel lesgevers telt het PCLT?

We hebben 106 lesgevers en praktijkdocenten. Het gaat hier vooral over freelancedocenten van wie sommigen een week voor het PCLT geëngageerd zijn, andere een half jaar. Hun verbintenis is dus zeer variabel en ook op hun maat.

Uw voorganger zijn verdienste is dat hij de landbouwopleidingen aan het PCLT terug in de aandacht bracht, nadat de focus hiervan wat weg was. Zet u deze lijn verder?

Heel zeker, ik ga op die ingeslagen weg verder en heb ondertussen veel gedaan om het landbouwmachinepark te vernieuwen. Ik wil elke praktijkwaardige innovatie het eerst in het PCLT zien verschijnen! Hiervoor gaan we samenwerken met enkele preferentiële machinedealers die een groot aanbod hebben en die veel professionalisme aan de dag leggen. Vroeger domineerde één merk zowat ons opleidingscentrum, nu is er een mooi kleurenpakket aan diverse merken. Voor een goede opleiding heb je de laatste nieuwe machines nodig. Een goede opleiding is ons doel, een goede machine het middel. We stappen af van het principe om machines aan te kopen, maar we gaan ze huren. Zo hebben we op een betaalbare manier toegang tot de laatste innovaties.

U geeft de landbouwmechanisatie terug zijn plaats die het verdient binnen het PCLT.

Klopt! Het PCLT is de bakermat van de landbouwmechanisatieopleidingen in Vlaanderen. Het imago dat we hier van oudsher hebben, wil ik in de toekomst versterken met een serie nieuwe opleidingen. Landbouwmechanieker is een prioritair knelpuntberoep geworden. Daar spelen we op in met een nieuw aanbod, bestaande uit een basiscursus die ’s winters op 15 dagen vooral op zaterdag gevolgd kan worden. Het jaar nadien is er een vervolmakingscursus van 15 dagen. De eerste cursisten van de basisopleiding hebben de voorbije winter het PCLT verlaten. We hebben ook een aanbod specialisatiecursussen op punt gesteld voor sterk gespecialiseerde profielen. Zo zijn er 5 nieuwe cursussen recent gelanceerd: elektriciteit op landbouwvoertuigen, elektronica op landbouwvoertuigen, werken aan de commonraildieselmotor, emissietechnologie en luchtremsystemen bij landbouwvoertuigen en hun aanhangers. Dit zijn echt ‘high-level’ cursussen voor wie reeds een basiskennis heeft en al enige tijd aan de slag is in machinewerkplaatsen. Die gaan deels op het PCLT door, deels op een praktijkbedrijf.

Digitale leervormen kunnen ondersteunen, maar fysiek lesgeven zal altijd de hoofdzaak blijven van opleidingen aan het PCLT.
Digitale leervormen kunnen ondersteunen, maar fysiek lesgeven zal altijd de hoofdzaak blijven van opleidingen aan het PCLT. - Foto: TD

Samenwerkingen

Hoe is de verwantschap tussen het PCLT en de ernaast gelegen landbouwschool VABI?

Wij zitten op dezelfde locatie, maar zijn niet dezelfde organisatie. We hebben verschillende doelstellingen: VABI is een school, PCLT een opleidingscentrum. De band tussen ons is wel heel goed, we vormen een goed nabuurschap en versterken elkaar. Zo kan VABI voor hun opleidingen gebruikmaken van een volledig vernieuwd machinepark van het PCLT. Wij kunnen gebruikmaken van de kweekvijver aan leraars die VABI rijk is. We werken uiteraard voor een verschillende doelgroep. De mensen die hier een praktijkopleiding volgen, kunnen dit vanaf 18 jaar tot zolang ze willen. Belangrijk daarin is dat we als Algemeen Centrum erkend zijn door de Vlaamse overheid en dat we ons uiteraard niet enkel concentreren op landbouwmechanisatie, maar dat ook starterscursussen en fytolicentie belangrijke opleidingen zijn in ons pakket.

Is er ook zo een goede samenwerking met Inagro?

Ja. Sommigen denken dat wij concurrenten zijn, maar dat is helemaal niet zo! Inagro is een gerenommeerd onderzoekscentrum, wij een praktijkgericht opleidingscentrum. We werken nu al goed samen en gaan dit intensifiëren. Inagro werkt aan hoogtechnologische toepassingen in de landbouw, ook in de mechanisatie. Het is de taak van het PCLT om deze innovaties te laten implementeren in de praktijk.

Kan u dat eens met een voorbeeld illustreren?

Geen probleem: Inagro bouwt samen met bedrijven aan innovaties die binnen enkele jaren op de markt komen. Zo wordt gewerkt aan robots en aan dronetechnologie. Wel, het PCLT heeft niet de ambitie om robots te ontwikkelen, maar wel om de landbouwer op te leiden om met die robot te werken. Inagro en PCLT zijn complementair aan elkaar. Een bekend voorbeeld is het gps-gebruik, dat vandaag financieel wordt ondersteund via de pre-ecoregelingen van het departement Landbouw & Visserij van de Vlaamse overheid. We weten echter dat er heel veel landbouwers zijn die niet alle toeters en bellen (of functionaliteiten) van hun gps-systeem beheren. Daarin staat het PCLT hen bij met opleidingen.

Digitalisering

De coronacrisis heeft een impact gehad op leervormen, waaronder afstandsonderwijs. Welke (digitale) evoluties zijn er op het PCLT gekomen?

Het afstandsonderwijs heeft een kwantumsprong gemaakt in de 2 achter ons liggende coronajaren die er anders misschien niet gekomen was. Dat is iets positiefs dat we van de coronacrisis overhouden, maar afstandsonderwijs mag niet overdreven worden. Het is een prima middel om zonder veel verplaatsingen een correcte kennisoverdracht mogelijk te maken, maar het leidt tot vervreemding van de cursist met de lesgever en met het PCLT. We hebben ondertussen ervaren dat de digitale kennisoverdracht duidelijk minder sterk is dan fysiek lesgeven. Dat zien we heel eenvoudig aan examenresultaten. Dat maakt dat een gulden middenweg met fysiek lesgeven in combinatie met de digitale weg het meest aangewezen lijkt voor de toekomst. Het handelskenmerk van het PCLT is dat het een praktijkcentrum is. Dat willen we zo houden! Fysiek lesgeven bij en rond de machine zal dus steeds dominant zijn.

Werken jullie ook met e-learning- programma’s?

Ja, maar dit zit vooralsnog in ons opleidingsgamma voor de industrie. Hier rond Roeselare is het een groenteregio, waarin heel wat nationaliteiten werken bij land- en tuinbouwers. Onder andere voor hen hebben we een goede Nederlandstalige, Franstalige en Engelstalige heftruckopleiding uitgewerkt. Hiermee wordt een nieuwe trend blootgelegd, namelijk meertalige opleidingspakketten. Zowel binnen de landbouw als industrie wordt immers hoe langer hoe meer met buitenlandse arbeidskrachten gewerkt.

We zitten in een periode met extreem hoge brandstofprijzen. Is dat een onderwerp waarmee het PCLT bezig is?

Ja! We zijn zelfs gepokt en gemazeld in deze thematiek. In het verleden heeft het PCLT reeds meerdere demonstraties verzorgd rond reductie van het brandstofverbruik, onder andere op de Werktuigendagen. We hebben de kennis in huis om het brandstofverbruik bij tractorwerk met 25 à 30% te doen dalen. Het is gelinkt aan hoe we rijden, aan hoe de rechtervoet het gaspedaal bedient, én met minder slip door een juiste bandenspanning en met voldoende frontgewicht.

Brandstofbesparing is een heel actueel onderwerp en daar weet het PCLT goed op in te spelen met opleidingen en demo’s.
Brandstofbesparing is een heel actueel onderwerp en daar weet het PCLT goed op in te spelen met opleidingen en demo’s. - Foto: PCLT

Voor Bridgestone, één van ’s werelds grootste bandenfabrikanten, hebben we de voorbije jaren samen demonstraties mogen organiseren in Italië. Voor de nazomer staat er terug een project op stapel dat naast België nog Zuid-Europa zal aandoen. Ook met Corteva hebben we een partnerschap, niet over brandstofbesparing, maar wel over het correct verdelen van microgranulaat in de aardappelrug tijdens het poten van aardappelen.

Toekomst

We horen geruchten dat er bouwplannen zijn bij het PCLT. Klopt dat?

Het is zo dat de Vives-hogeschool al lang bouwplannen had op onze campus. We hebben een oud dossier terug van onder het stof gehaald en het ziet ernaar uit dat we binnenkort zullen overgaan tot het realiseren van een nieuw gebouw voor landbouwmechanica, waar de Vives-hogeschool de belangrijkste gebruiker van zal zijn.

Terug een meerwaarde door samenwerking, net zoals de band met VABI en Inagro?

Inderdaad, beide partijen versterken elkaar terug in dit verhaal. De praktijkcompetentie van het PCLT en het machinepark kunnen bijdragen tot het praktijkelement van de professionele opleiding die aan de Vives-hogeschool wordt gedoceerd. Deze school heeft een schat aan competentie die ons verder op weg kan helpen naar meer innovatie. Bovendien is de Vives-hogeschool voor het PCLT een zeer competente bron voor nieuwe freelancedocenten bij het PCLT.

Ik heb het gevoel dat de opleidingen in de afdeling‘Groen’ enorm succesvol zijn. Hoe verklaart u dat?

Er is een grote vraag van openbare besturen, tuinaanleggers, tuinarchitecten, ontwikkelaars van stadsprojecten naar deze opleidingen. De groene sector kent ook een grote revolutie inzake machines. Er wordt hier maximaal naar accuaangedreven toestellen gestreefd. Daarom heb ik dit jaar tabula rasa gemaakt met ons machineaanbod en deze revolutie gevolgd. Zowel werktuigen met brandstofmotoren als met accu zitten echter nog in het opleidingsaanbod.

Bij uw aantreden een jaar terug was er onmiddellijk sprake van om de grenzen te verleggen richting de agrovoeding. Hoever staat het hier- mee?

Dat was een vraag die al leefde bij onze raad van bestuur voor mijn komst en die we gaan uitwerken in de toekomst. Er zijn andere zaken die prioritair zijn en die we eerst gaan uitwerken alvorens we nieuwe markten gaan aanboren.

Dekt de naam ‘PCLT’ de vlag nog wel, gezien het succes van de industriële en groenopleidingen?

Een terechte opmerking, die ons ook niet ontgaan is en die noopt tot enig denkwerk. Enerzijds willen we absoluut trouw blijven aan onze naam en aan onze roots, die effectief de land- en tuinbouw is en die dat ook zal blijven. Anderzijds kunnen we er niet omheen dat we een veel gevraagde partner zijn voor de wereld van de tuinaanleggers, alsook voor de (agro)industrie. Misschien dient een nieuwe naam zich wel aan. Binnen enkele jaren bestaat het PCLT 60 jaar. Dat kan een goed momentum zijn om een nieuwe naam te lanceren.

Tim Decoster

Lees ook in Mechanisatie

Meer artikelen bekijken