Startpagina Akkerbouw

Vrije teeltkeuze blijft belangrijk

Een gemeenschappelijk kenmerk van de verschillende landbouwstreken in Vlaanderen zijn de vruchtbare landbouwbodems. Bij hun teeltkeuze houden land- en tuinbouwers rekening met de fysische karakteristieken van die bodem.

Leestijd : 4 min

In die zin vormen landbouwstreken met de verschillende bodemsoorten en drainageklassen bij wijze van spreken een soort van regionale atlas die richting geeft aan de teeltkeuze die landbouwers maken.

Minister Jo Brouns (cd&v), verantwoordelijk voor landbouw, verschilt van mening met commissielid Ludwig Vandenhove (Vooruit) wanneer die zegt dat de keuze voor een teelt nog altijd gebaseerd wordt op louter economische motieven. Met secundaire effecten op omgeving, milieu en klimaat wordt volgens Vandenhove onvoldoende of geen rekening gehouden. Hij is gewonnen voor een teeltenatlas, die zou kunnen sturen naar de juiste teelt, de juiste rotatie op de juiste plaats om de effecten op omgeving en natuur te minimaliseren.

Vrije teeltkeuze blijft belangrijk

Minister Brouns meent dat de aandacht voor een goede bodem- en waterkwaliteit en voor het ophouden en infiltreren van water als een belangrijke bijdrage in het klimaat- en natuurverhaal sterk is toegenomen.

De minister vindt vrije teeltkeuze nog steeds een belangrijk principe in het ondernemerschap van de landbouwer. Hij wil zich niet vastpinnen op een regionale teeltenatlas of op het loslaten van de vrije teeltkeuze.

Met het nieuwe gemeenschappelijk landbouwbeleid (GLB) en via de pre-ecoregelingen wil Brouns nog meer focussen op het stimuleren van milieuvriendelijke en klimaatrobuuste teelten of op het verhogen van het organischekoolstofgehalte in de bodem. In het kader van de conditionaliteit zal de landbouwer verplicht zijn om aan gewasrotatie te doen.

Peilgestuurde drainage

Het Vlaams Landbouwinvesteringsfonds stimuleert landbouwers om niet-productieve investeringen uit te voeren die ten goede komen van natuur- en waterbeheer en erosiebestrijding. Omvorming van klassieke naar peilgestuurde drainage, waardoor het waterbergend vermogen van de bodem kan worden verhoogd in de strijd tegen droogte, is daar een voorbeeld van.

Via de reguliere VLIF-investeringssteun worden land- en tuinbouwers gestimuleerd om hemelwater op te slaan en te gebruiken als alternatieve waterbron. Ook in het kader van de Blue Deal lopen er verschillende projecten.

Honderden waterzuiveringsstations sturen in Vlaanderen gezuiverd water de beken in. Momenteel wordt onderzocht of dat in het belendende landbouwareaal kan benut worden.

Minister Brouns wijst ook nog op het onderzoeksproject Peilimpact, dat wordt uitgevoerd door het Instituut voor Landbouw-, Visserij- en Voedingsonderzoek (ILVO). Deze studie onderzoekt het effect van verhoogde grondwaterstanden op gewasopbrengsten en geldt als een eerste stap naar een soort waterwegwijzer voor Vlaanderen.

Regionale teeltenatlas

Volksvertegenwoordiger Vandenhove zegt dat hij het jammer vindt dat de vrije teeltkeuze bijna heilig is. Hij geeft toe dat het voordelen heeft voor de ondernemer op zich, maar dat is volgens hem privébelang. Ondertussen – steeds volgens Vandenhove – worden een aantal andere elementen die van algemeen belang zijn, uit het oog verloren. Hij verwijst naar een recent dossier, dat door een aantal milieuorganisaties opgesteld werd. Natuurpunt, Bond Beter Leefmilieu en Word Wide Fund for Nature (WWF) pleiten daar voor een regionale teeltenatlas in het Vlaamse landbouwbeleid, afgestemd op de specifieke economische, ecologische en fysische voorwaarden in elke streek.

Marktmechanisme

Ook Arnout Coel (N-VA) is minder gewonnen voor een teeltenbeperking. Hij zegt dat men beter het marktmechanisme laat spelen. Daarbij kiest de landbouwer zelf welke teelt hij rendabel acht, met respect voor de ecologische beperkingen op de grond die hij ter beschikking heeft.

Commissievoorzitter Bart Dochy (cd&v) licht toe dat er 2 opties zijn. Ofwel kies je voor een systeem waarbij de overheid via decreten bepaalt waar wat al dan niet kan. In de vorige eeuw was er een experiment in een niet zo klein, deels in Europa gelegen land, waar men dat allemaal vanuit de overheid regelde. Na zoveel jaren bleek dat niet zo succesvol te zijn en bleek dat het beter was om enige vrijheid te geven aan ondernemers om hen zelf een aantal keuzes te laten maken. Het systeem dat in Europa is uitgebouwd, is er een waarbij de randvoorwaarden bepalen. Het zit vooral in de ecoconditionaliteit waarbinnen de landbouwsector moet werken.

Daarnaast is er een gedrevenheid vanuit de specifiek fysische situatie van de bodem. De bodemteelt is vooral een teelt die in de lichtere zandgronden in de zandstreek aanwezig is. Die gronden zijn beter geschikt dan bijvoorbeeld zware leemgrond. In de zwaarste poldergronden worden geen aardappelen geteeld. De landbouwers weten dat het niet evident is om die aardappelen uit de grond te halen op het moment dat ze dat willen.

Dochy: “In die zin zijn er randvoorwaarden en is er ondernemerschap. In Vlaanderen, in Europa hebben we gekozen voor het model om het ondernemerschap te stimuleren, maar om toch een kader te schetsen waarbinnen de teelten kunnen worden geteeld en waarbinnen de zaak kan worden georganiseerd.”

Minister Brouns beaamt dat landbouwers ondernemers zijn die ondernemen in een omgeving die wijzigt. Hij stelt dat men het erover eens is dat we gaan voor een klimaatbestendig landbouwbeleid.

Wat teeltvrijheid betreft, daar zijn de regels voor. Het gaat volgens de minister niet enkel over technologie, maar ook over agro-ecologische innovatie. Hij benadrukt dat de Vlaamse land- en tuinbouwer beseft in welke omgeving hij moet ondernemen.

Fons Jacobs

Lees ook in Akkerbouw

Bruine roest breidt uit in wintertarwe

Granen Waarnemingen in graanpercelen tonen een zekere uitbreiding van bruine roest, zo meldt het Landbouwcentrum Granen Vlaanderen (LCG). Septoria blijft uiteraard aanwezig en zal door het buiige weer verder moeten opgevolgd worden. Ook de gevoelige variëteiten voor gele roest moeten in het oog worden gehouden.
Meer artikelen bekijken