Plasdrasbeheer boost biodiversiteit in de Oudlandpolder
Zeven graslandpercelen in de Oudlandpolder werden dit voorjaar gedeeltelijk vernat via plasdraspompen. Zo krijgt de natuur extra kansen. De eerste resultaten van dit plasdrasbeheer zijn alvast veelbelovend, meldt de Vlaamse Landmaatschappij (VLM).

Dit voorjaar vernatte de VLM, in nauwe samenwerking met het Agentschap voor Natuur en Bos (ANB) en het Regionaal Landschap Houtland & Polders (RLHP), tijdelijk 7 graslandpercelen in de Oudlandpolder. “In totaal gaat het om 24,12 ha, waarbij telkens een deel van de percelen onder water werd gezet met behulp van plasdraspompen”, aldus VLM. “Dit plasdrasbeheer biedt extra kansen voor landbouw, aan weidevogels, bijzondere planten én watergebonden insecten. De eerste resultaten zijn veelbelovend: er werden opvallend veel soorten waargenomen, waaronder zeldzame broedvogels voor het landbouwgebied en bijzondere planten.”
Slim waterbeheer
Plasdraspompen brengen water uit een nabijgelegen gracht op de percelen, waardoor de lagere delen van het grasland tussen 20 maart en 22 juni tijdelijk onder water stonden. “Het grasland blijft langer nat, wat verdroging en verzilting tegengaat en de biodiversiteit versterkt. In tijden van klimaatverandering, met langere periodes van droogte, is dit van groot belang voor veel dier- en plantensoorten die zich moeilijker kunnen aanpassen aan die nieuwe omstandigheden.”

RLHP voerde op 3 percelen oppervlakkige graafwerken uit, waarbij bestaande greppeltjes werden hersteld. Op die manier komt het opgepompte water in de aaneengesloten greppels. “Zo wordt een ondiepe waterstructuur gerealiseerd die zoet water op het perceel vasthoudt, in tegenstelling tot de historische functie van afvoeren. Met deze inrichtingen die kaderen binnen het Blue Dealverhaal, bieden we een oplossing aan de klimaatproblematiek van nu en morgen met een positieve impact op natuur én landbouw.”
Meer vogels, meer leven
Uit tellingen blijkt dat het natte grasland veel verschillende vogelsoorten aantrekt. Zo werden onder andere kieviten, grutto’s, tureluurs, scholeksters en andere steltlopers gezien. Op sommige percelen broedden kluten (8 broedkoppels), kleine plevieren (3), grutto’s (11), tureluurs (7), scholeksters (5) en kieviten (23). “Kluut en kleine plevier zijn bijzonder, omdat deze soorten zelden tot broeden komen op graslanden in landbouwgebruik.”

Daarnaast werden er veel doortrekkende steltlopers waargenomen, zoals zwarte ruiter, bosruiter, Temmincks strandloper en krombekstrandloper. “Deze natte oases zijn in droge jaren levensnoodzakelijk voor vogels op doortrek naar het noorden. Ook graspiepers en veldleeuweriken profiteerden van de verlate maaidata; van de veldleeuwerik werd zelfs een nest gevonden.” De percelen werden verder gebruikt door verschillende eenden- en ganzensoorten, zangvogels, reigers en roofvogels.
Planten profiteren mee
Niet alleen vogels, maar ook planten profiteren van het plasdrasbeheer. De Oudlandpolder kent veel zilte invloeden en specifieke planten die aan deze situatie zijn aangepast, wat uniek is voor België. Op de natte delen van de percelen werden veel soorten gevonden kenmerkend voor zilte graslanden zoals melkkruid, zilte rus en zilte schijnspurrie. Op de drogere delen van het perceel werden soorten kenmerkend voor kamgraslanden gevonden zoals veldgerst, kamgras en knopig doornzaad. In totaal werden op sommige percelen meer dan 60 verschillende plantensoorten geteld. “Alle soorten zijn spontaan op de percelen gekomen; er werd niet ingezaaid. Dankzij de graafwerken en tijdelijke vernatting breiden sommige soorten zoals melkkruid zich sterk uit.”

Zilte planten bevatten bovendien veel mineralen (zoals natrium, calcium, magnesium, ijzer, zink en kalium), wat gunstig is voor het immuunsysteem, de spierfunctie, de vruchtbaarheid en de energievoorziening van melkvee.
Voordelen voor landbouwers
De inrichting van deze greppeltjes of depressies wordt samen met de landbouwer besproken. De graafwerken zelf worden uitgevoerd in regie van het Regionaal Landschap én worden financieel mee ondersteund. Landbouwers die deelnemen aan het plasdrasbeheer mogen hun percelen laten begrazen, maar het gebruik van chemische bestrijdingsmiddelen of kunstmest is niet toegestaan. Tijdens de vernatting in het voorjaar zijn landbouwwerkzaamheden niet toegelaten tussen 20 maart en 22 juni. In ruil ontvangen landbouwers een vergoeding van 1.414 euro per ha per jaar via de beheerovereenkomsten van VLM.
De beheerovereenkomsten lopen telkens 5 jaar. Daarna wordt samen met de landbouwer bekeken of het contract wordt verlengd. Momenteel staan er in West-Vlaanderen een zeventiental plasdraspompen en volgend jaar komen er nog een aantal bij.
Alle landbouwers met geschikte percelen in het beheergebied voor weidevogels komen in aanmerking voor een overeenkomst mits voldaan is aan enkele voorwaarden: het perceel ligt op een gunstige locatie, het kan water bergen en er is voldoende water in de naastgelegen gracht aanwezig. Geïnteresseerde landbouwers kunnen contact opnemen met de bedrijfsplanner of een medewerker van het Regionaal Landschap voor meer informatie.





