Startpagina Melkvee

Nieuwe wetgeving IBR-bestrijding start op 24 mei

De nieuwe IBR-wetgeving die samen met de rundveesector ontwikkeld werd, ook bekend als het zogenaamde mini-KB IBR, gaat van start vanaf zondag 24 mei 2020.

Leestijd : 2 min

Met het mini-KB neemt de sector verdere stappen die noodzakelijk zijn om het IBR-virus volledig uit te roeien en maatregelen om het verlies van het IBR-vrije statuut te beperken.

DGZ zette de belangrijkste wijzigingen die op 24 mei van kracht worden op een rijtje.

1. Voor alle bedrijven (uitgenomen I2-afmest) en voor elk verhandeld rund (ongeacht rechtstreeks/onrechtstreeks) wordt een tweede bloedonderzoek verplicht, dit 28 tot 50 dagen na aankomstdatum.

2. Runderen bestemd voor vrije bedrijven (I3/I4) mogen tijdens het in de handel brengen niet in contact komen met runderen van een lager statuut (I2 of I2D).

3. Op I2-bedrijven komt er een wijziging van de wettelijk bepaalde maximumleeftijd van vaccinatie: uiterlijk 6 maanden (in plaats van 10 maanden) bij primovaccinatie, uiterlijk 12 maanden (in plaats van 16 maanden) bij rappel/hyperimmunisatie.

Let wel: op bepaalde bedrijven is vroeger vaccineren aangewezen, bespreek vaccinatie met je bedrijfsdierenarts.

4. DGZ én de bedrijfsdierenartsen blijven begeleiding bieden voor de resterende probleembedrijven.

5. Op vrije bedrijven waar een risico vastgesteld is (bijvoorbeeld aankoop van een IBR-drager) of waar er een vermoeden is van een risico (bijvoorbeeld verkoop van een IBR-drager) zal DGZ met de bedrijfsdierenarts extra onderzoeken bepalen om zo snel mogelijk de infectiestatus van de vrije bedrijven na te gaan.

6. Als een bedrijf zijn IBR-vrij-statuut verliest door insleep of omdat er een klinische IBR-uitbraak vastgesteld wordt, is het verplicht een risicoanalyse uit te voeren en kunnen contactbedrijven (weideloop, prijskampen, andere) mogelijk een opvolgingstest opgelegd krijgen.

Tijdens de komende weken gaat DGZ dieper in op iedere maatregel.

Lees ook in Melkvee

Meer artikelen bekijken