Startpagina Covid 19

Gore (Febev): ‘Werkgevers staan machteloos wanneer werknemers ziek terugkomen uit vakantie’

Door coronabesmettingen van werknemers van het slachthuis Westvlees in Staden moesten 225 werknemers in quarantaine. De voorbije weken kregen ook enkele buitenlandse slachthuizen te maken met (zware) corona-uitbraken. Michael Gore, gedelegeerd bestuurder van de federatie van het Belgisch vlees Febev, roept intussen op tot een betere samenwerking tussen huisartsen en bedrijfsartsen.

Leestijd : 4 min

Gisteren moesten in het West-Vlaamse Westrozebeke (Staden) meer dan 200 personeelsleden van slachthuis Westvlees in quarantaine na de vaststelling van verschillende coronabesmettingen. De betrokken werkenemers moeten minimaal een week thuisblijven en worden allen getest op Covid-19.

Covid-19-uitbraken in internationale vleessector

Het gaat al om de zoveelste uitbraak in een slachthuis of vleesverwerkend bedrijf. Eerder kampten namelijk ook Duitsland, Nederland, Oostenrijk, Frankrijk en het Verenigd Koninkrijk met uitbraken in soortgelijke bedrijven.

Vooral Duitsland kwam in het nieuws als gevolg van coronabesmettingen in vleesverwerkende bedrijven. Het meest sprekende geval is dat van de Duitse vleesverwerker Tönnies, die zijn hoofdkantoor in Rheda-Wiedenbrück bijna 4 weken lang moest sluiten nadat ongeveer 1.400 van de 6.000 werknemers besmet bleken te zijn met Covid-19. De massale uitbraak in de slachterij - één van de grootste van Duitsland en marktleider bij de verwerking van varkens - zorgde voor een politieke discussie over een reorganisatie van de vleessector. Daarvoor waren er in Duitsland ook al uitbraken geweest in onder andere een fabriek van Westfleisch in Coesfeld, waar bijna 300 werknemers positief testten, en in een slachthuis in de zuidwestelijke Duitse stad Birkenfeld, met ook hier honderden besmettingen.

In Oostenrijk werden eveneens coronagevallen vastgesteld in verschillende vleesverwerkende bedrijven. Dat gebeurde onder andere in een slachthuis in Eggenburg, bij de grens met Tsjechië. In een slachthuis in Ringsted van de Deense vleesverwerker Danish Crown bleken eind juli nog werknemers besmet te zijn en het Verenigd Koninkrijk en de Verenigde Staten ontsnapten evenmin aan de uitbrakengolf. In Nederland waren er onder meer uitbraken in het slachthuis Van Rooi Meat in Helmond en in een vleesverwerkingsbedrijf van slachter en vleesverwerker Vion in Groenlo.

Ongunstige omstandigheden

Dat er in zovele slachthuizen en vleesverwerkende bedrijven coronaclusters opdoken, heeft volgens experts en critici voor een deel te maken met de povere werk- en leefomstandigheden van de werknemers. Dat zijn veelal goedkope Oost-Europese arbeidsmigranten, die vaak met veel mensen in een relatief kleine ruimte wonen, sanitair delen en samen in busjes naar het werk pendelen. Op de werkvloer zelf zou het door de aard van het werk bovendien erg moeilijk zijn om afstand te houden.

De Britse epidemioloog Calum Semple wees eerder al op een andere factor die mogelijk bijdraagt tot de situatie. Zo is het in slachthuizen vaak koel en donker, wat deze bedrijven tot een ideale plaats maakt voor het virus om te gedijen. Na de uitbraak in het Duitse bedrijf Tönnies had het federaal voedselagentschap FAVV nog gezegd dat de omstandigheden in de Belgische slachthuizen niet te vergelijken zijn met Duitsland. Het probleem in slachthuizen in het buitenland situeert zich niet zozeer in de bedrijven zelf, maar in de manier waarop de transport- en leefomstandigheden (zoals huisvesting) is georganiseerd, luidde het toen.

Meer samenwerking met huisartsen nodig

Michael Gore, gedelegeerd bestuurder van Febev, reageerde intussen op Radio 1 op de besmettingen bij Westvlees. “Febev handelde in het midden van de lockdown al proactief. We werkten een volledig draaiboek uit voor onze leden en we namen naargelang er meer kennis over het virus beschikbaar kwam nog bijkomende maatregelen. Het is een opsteker dat onze vleesverwerkende sector – in tegenstelling tot in andere landen – tot vandaag niet besmet raakte.”

Gore wijst erop dat sinds de lockdown, waarbij werknemers enkel woon-werkverkeer deden en slechts essentiële verplaatsingen mochten doen, de situatie helemaal veranderde. “Dit betekent dat de risico’s vandaag helemaal anders zijn. Als werkgever is het moeilijk om na te gaan hoe het gesteld is met de gezondheid van de werknemers. De werkgever mag bijvoorbeeld niet vragen aan een werknemer of hij Covid-positief is of niet. Zelfs al wil een werkgever al zijn medewerkers systematisch laten testen, dan kan een werknemer dit weigeren in het kader van de privacywetgeving.”

Zo’n testing zou volgens Sciensano trouwens enkel nuttig zijn bij herhaalde testing. Bovendien zou de werkgever volledig opdraaien voor de kosten ervan. Gore pleit daarom voor een betere coördinatie tussen huisartsen en bedrijfsartsen, met een betere uitwisseling van gegevens.

“Vandaag worden we ook geconfronteerd met heel wat mensen die van vakantie terugkomen. Bij terugkeer uit bepaalde zones wordt geadviseerd om zich te laten testen, maar dit is allemaal op basis van de goede wil van de burger... Als werkgevers hebben wij hier geen vat op. Wij hebben heel weinig instrumenten om de risico’s maximaal te beperken, behalve door de gebruikelijke hygiëne- en afstandsmaatregelen toe te passen.

Ik doe dan ook een oproep aan elke burger om zijn verantwoordelijkheid te nemen om bij de minste symptomen de arts te contacteren en zich te laten testen. Ik vraag ook om volop mee te werken met de werkgevers om uitbraken te voorkomen.”

Belga/Anne Vandenbosch

Lees ook in Covid 19

Meer artikelen bekijken