Startpagina Aardappelen

Wie het klimaat en ecologische voetafdruk zo belangrijk vindt, wil die meer betalen?

Vleesvee en aardappelen, of omgekeerd. Piet Vandermersch (55) zet in op beiden. “Wie het altijd maar heeft over die ecologische voetafdruk of over het veranderende klimaat moet ook handelen in geweten: koop lokaal! En betaal daar dan ook iets meer voor.” Maar burgers zijn vaak geen consumenten, of is het omgekeerd? “Vergeet niet dat we in Vlaanderen boeren in onze lochting.”

Leestijd : 8 min

Piet Vandermersch uit Ledegem herinnert het zich nog goed. Toen hij in 2005 voor de eerste keer in de provincieraad van West-Vlaanderen zetelde, zaten er 6, 7 landbouwers in dat bestuursorgaan. Of mensen die tenminste nog banden hadden met de agrovoedingsector. “Nu ben ik nog de enige landbouwer. Maar als ik zeg ‘njet’ is het een ‘njet’. Elke keer sla ik op tafel. En mijn fractie (OVLD) volgt mij, in het belang van onze landbouw.”

Niks anders geweten

Hij weet waarover hij spreekt als vijfde generatie op het ouderlijk bedrijf. Vroeger werden de witblauwe runderen op het bedrijf niet louter alleen gekweekt voor het vlees, ze werden lange tijd ook nog gemolken. En daarnaast werden nog wat nijverheidsgewassen geteeld, zoals onder meer vlas en cichorei. Bijna 30 jaar geleden nam Piet het bedrijf van zijn ouders over. “Ik kende niks anders als kind. Ik groeide er tussen op en wilde later ook niks anders doen. Ik heb ook niets anders overwogen.”

Naast de witblauwe runderen werden nog wat zwartbonte melkkoeien gehouden. “In 2005 zijn we gestopt met het melkvee en beslisten we door het openen van een hoeveslagerij in verdere landbouwverbreding te voorzien. We hadden geen zin om toen nog meer te gaan investeren in een melkquotum. Het ging toen echter ook niet zo bijster goed in het vleesvee, zodat de opbrengsten van de hoeveslagerij voor een broodnodige meerwaarde zorgden.”

En blijven zorgen, zeker in coronatijden. Alleen de vrouwelijke runderen gaan weg voor consumptie. Om de 2 à 3 weken wordt een rund in de slachthuis van Beerst geslacht en wordt het vlees particulier verkocht: aan enkele restaurants in de buurt, maar de overgrote meerderheid wordt via de webshop en de hoevewinkel afgezet. “Het klopt dat ook wij door de coronacrisis beter hebben gewerkt in de korte keten. Vraag is echter of het een boost zal blijven. Ik weet het ook niet. We stellen vast dat nu nog meer mensen de weg naar onze winkel hebben gevonden en dat is uiteraard veelbelovend”, zegt Piet, die hoopt dat ook andere consumenten zullen volgen. “Maar zo lang mensen bijvoorbeeld goedkoop Argentijns vlees in de winkels vinden, blijft het een moeilijk verhaal.”

Witblauwe vleesras

Op het bedrijf zitten 100 à 120 runderen. De vrouwelijke worden geslacht, wat er met de mannelijke gebeurt, hangt af van de marktprijs. “Het ene jaar verkopen we stierkalveren, het andere jaar mesten we die af.” Piet weet niet anders dan van witblauw. “Het blijft voor mij het voornaamste en het belangrijkste ras van vleesvee in ons land. Je merkt dat de mentaliteit door de jaren heen wijzigt. Vroeger hadden we hier meer het rode ras: West-Vlaams, beetje vettig, grover van structuur, ander vlees. Daar tegenover is het witblauwe ras fijn van structuur en magerder vlees.

Piet Vandermersch besteedt veel aandacht aan de fokkerij en aan de juiste keuze van witblauwe stieren.
Piet Vandermersch besteedt veel aandacht aan de fokkerij en aan de juiste keuze van witblauwe stieren. - Foto: LV

Vele jaren stond witblauw voluit in de kijker, nu gaat er weer meer interesse naar de wat vetrijkere rassen. Dat witblauw is een machtig ras. Maar we promoten het te weinig. We zijn veel te weinig trots op ons Belgisch rund. In Frankrijk reageert men bijvoorbeeld veel chauvinistischer op hun producten van eigen terroir. Wij, Belgen, voeren maar in. Daar liggen sommige partijen aan de basis van. Zoals door de invoer van goedkoop, Argentijns vlees die dan hier aan dumpingprijzen wordt verkocht en schreeuwerig op de voorpagina staat van de reclamefolders van de grote retailers. Nochtans is ons witblauw ras van superkwaliteit, een heel sterk exportproduct, maar we zijn er veel te weinig trots op. En dat is zo ontzettend jammer”, klaagt Piet.

Nee, ondanks de gewijzigde mentaliteit gaat de West-Vlaming zeker niet veranderen van ras. “Er zijn vleesveehouders die gestopt zijn, of minder dieren houden. Er wordt overgeschakeld of gekruist, maar ik blijf bij het witblauw stamboek. Ik koop dan ook stieren aan bij topkweker Luc Sanders in Gistel. Ik ga voor kwaliteit, en dat is voor mij het witblauw. Ook restaurants zouden dat nog duidelijker kunnen afficheren of op hun menukaarten zetten in hun restaurants. Ik laat het rund slachten en een zelfstandige slager versnijdt het. Daarna verpakken we alles vacuüm en wordt het via onze hoevewinkel verkocht. Het vlees wordt ook verkocht op een lokaalmarkt in Roeselare, enkele kilometers verderop.”

Aardappelen bijvoederen

Het voeder voor het vleesvee bestaat voornamelijk uit perspulp maïs en voordroog, maar door de crisis in de sector ook uit aardappelen. “Aardappelen zijn uiteraard een heel goed voeder, maar die zet je normaal niet om aan runderen te geven. Maar het is nu zo. We krijgen ook een schaarste van gras door de droogte. Je merkt dat aan de silo’s die minder groot zijn. We zullen dus ook vrij vroeg moeten bijvoederen, wat uiteraard de kostprijs weer verhoogt. Die aardappelen komen nu dus goed van pas.”

Af en toe klinkt er al eens kritiek op de keizersnede bij het kalven van witblauwe runderen. “Je kan dan de vergelijking doortrekken met de mens. In kader van dierenwelzijn is het toch ook belangrijk om de pijn te verzachten en niet voor nodeloos leed te zorgen? In geen tijd ben je ook weer vertrokken. Er zijn alleen maar nadelen om geen keizersnede toe te passen. Witblauw is nu eenmaal een dik ras, waarom zou je die toepassing dan in vraag moeten stellen?”

Kurkdroog weer

Naast het vleesvee wordt de akkerbouwtak op het landbouwbedrijf van Piet Vandermersch alsmaar belangrijker. Het gaat vandaag om ongeveer 19 ha aardappelen, 12 ha grasland, 6 ha suikerbieten, 12 ha maïs, 5 ha suikerbonen, 6 ha tarwe en 6 ha vlas. Het is voor het vierde jaar op rij uitzonderlijk droog. Midden West-Vlaanderen kende vorig jaar de grootste droogtecijfers. “Ik heb een waterput van 3 miljoen l maar als je 7 ha aardappelen 40 l geeft, ben je al vlug door je voorraad. Ik ben dan ook heel tevreden dat de provincieraad van West-Vlaanderen meer dan ooit inzet op de aanleg van bufferbekkens. Vroeger duurde zo’n procedure wel 7 à 8 jaar. Als een landbouwer nu grond ter beschikking stelt, neemt de provincie een groot deel van de kosten op zich. Zo zijn de termijnen van het doorlopen van procedure en realisatie sterk ingekort.”

Aardappelen worden onder meer verkocht via automaten.
Aardappelen worden onder meer verkocht via automaten. - Foto: LV

Het is natuurlijk geen toeval dat het 4 jaar na elkaar kurkdroog is. “Die bufferbekkens zijn uitstekend om veel water op te vangen en daarna in te zetten om je akkers te beregenen. Tja, de aardappelen zijn een grote ramp. Ik had het geluk dat mijn aardappelen voor het grootste deel net voor de coronacrisis al de deur uit waren. Zonder corona zouden er op de markt te kort zijn geweest.

En plots gingen ze van 150 euro naar 10 euro/ton. Ook de vroege aardappelen zullen door de droogte de verhoopte opbrengsten niet halen.”

Sterke aardappelketen

Nochtans wordt zwaar geïnvesteerd in de aardappelsector, niet het minst in West-Vlaanderen door de grote frietfabrieken en aardappelverwerkers. “De aardappelindustrie overklast in de kustprovincie ondertussen de groente-industrie. Die grote aardappelverwerkers zijn ook heel belangrijk voor de tewerkstelling in de regio. Het gaat om de hele keten, niet alleen om de aardappelboer. Maar dat geloven ze niet altijd in Brussel. Ik heb de indruk dat het daar soms ver-van-mijn-bed is. De realiteit op het veld is vaak anders dan wat van achter een bureau in Brussel wordt beslist, zowel federaal als Vlaams. Ja, ik ben nog graag boer, heel zeker. Maar wat met de opvolging? Twee van de 3 zonen vertonen wel interesse. We zien wel wat de toekomst brengt.”

In de aardappelen gaat het om massaproductie: 70% onder contract, 30% vrije markt. “Wij proberen het bij 50% te behouden. De contractteelten hebben de voorbije jaren te veel aan belang gewonnen. Maar ik begrijp dat natuurlijk allemaal wel, want die fabrieken moeten ook voldoende tonnages hebben om hun fabrieken te laten draaien en hun contracten te kunnen nakomen. Ik ben blij dat er nog wat vrije markt is, dat je nog wat kunt speculeren.

En de verstandhouding met de aardappelfabrieken is intussen op dat vlak ook wel beter geworden. Een Open VLD’er pleit natuurlijk meer voor de vrije markt, maar je moet daar realistisch in zijn. Het is leuk als je eens een bonus krijgt, maar elke medaille heeft ook een andere kant. Dan moet je daar ook mee kunnen leven. Dat zijn de risico’s van een liberaal marktgebeuren. Het wederzijds respect is er, en dat is goed. Boeren en verwerkers hebben elkaar nodig, ook in de aardappelsector”, zegt Piet .

Boeren in de ‘lochting’

En dan nog dit: klimaat, milieu, perceptie. “De groene dictatuur is soms lastig. Van bepaalde kanten krijgt de landbouwer onterecht een pak slaag. Er zit al een gevoelige rem op de gewasbescherming, de beheerovereenkomsten, de aandacht voor biodiversiteit... Politici gaan vaak mee in dat verhaal, het verhaal van de massa. Zo geraken we er niet. Het is vaak roeien tegen de groene stroom in. Maar de landbouwer is net de behoeder en beheerder van de natuur.

Waarom zou hij dat niet als een goede huisvader doen? Doet hij dat niet, dan snijdt hij in zijn eigen vel. Hij is de eerste die de gevolgen van het klimaat ondervindt en hij is ook de eerste die oplossingen gebruikt om op verschillende vragen een afdoend en efficiënt antwoord te bieden. Het mag allemaal niet te extreem worden. Er moet toch nog kunnen worden geboerd.

Weet je, veel kinderen denken dat de kaas en de melk uit de fabriek komt. Men kent de landbouw niet meer. Men beseft niet meer welk werk en welke inzet dat allemaal kost. En dan verdubbelt men nog de prijs in de winkel, maar de boer blijft met te weinig achter. En dat verbetert niet. Vergeet niet dat we in Vlaanderen boeren. Dat is boeren in onze ‘lochting’ (moestuin). Je kunt dit niet vergelijken met landbouw in bijvoorbeeld Roemenië of Polen. Of in Frankrijk, je moet zover nog niet gaan. We proberen het goed te doen. De evolutie gaat verder. We kunnen alleen maar hopen dat zij die zweren bij het klimaat en die ecologische voetafdruk dan ook lokaal zullen kopen. En daar een meerprijs willen voor betalen. En dat die dan vooral in de portemonnee van de boer terecht komt. Het is de enige manier om onze sterke landbouw boven water te houden. En hiervoor blijf ik ook politiek strijden.”

Lieven Vancoillie

Lees ook in Aardappelen

Hoe presteerden de chipsrassen in 2023?

Aardappelen Vorig jaar was een opmerkelijk teeltjaar voor aardappelen. Toch slaagde het Landbouwcentrum Aardappelen (LCA) er opnieuw in om de prestaties van chipsrassen in Vlaanderen op te volgen. Binnen deze rassenproeven wordt de variëteit VR808 als referentie beschouwd.
Meer artikelen bekijken