Startpagina Uw stem

Lezersbrief: Er wordt bestuurd met 2 snelheden: landbouw versus niet-landbouw

Een lezer reageert op het vergunningenbeleid van minister Demir en op de uitlatingen in de artikelreeks ‘De veefabrieken’ van journalist Ine Renson in ‘De Standaard’.

Leestijd : 5 min

Mevrouw Demir en mevrouw Renson,

Graag richt ik me tot u met deze brief omdat ik het beu ben dat er met 2 snelheden wordt bestuurd: landbouw versus niet-landbouw.

Binnen- of buitenland?

Wij produceren vandaag voor een wereldeconomie. Onze havens zijn daarvan het beste voorbeeld. Ook zijn er bepaalde sectoren binnen de Vlaamse landbouw die dat doen. Waarom wordt dit niet aanvaard van deze sectoren? Omdat we blijven zitten met de mest, terwijl het vlees naar het buitenland gaat? Oké, maar wat dan met de uitstoot van de chemische industrie en van de vliegtuigen die Zaventem gebruiken als tussenstop? Wat met de vele vrachtwagens die België gewoon doorkruisen?

We willen niet afhankelijk zijn van andere landen voor wat betreft onze energievoorziening, maar ons voedsel mag wel uit het buitenland komen?

Bent u al eens landbouwbedrijven gaan bezoeken in China of Zuid-Amerika? Kent u de lijst van de toegelaten gewasbeschermingsmiddelen in die landen? Om nog maar te zwijgen over het gebruik van genetisch gemodificeerde organismen (ggo’s), het gebrek aan dierenwelzijn en de milieu-impact van de landbouw in die landen. Maar zolang het hier maar niet stinkt, maakt dat allemaal niet uit zeker?

Het ene na het andere handelsakkoord wordt goedgekeurd. Er worden op die manier massaal veel goedkope landbouwproducten ingevoerd in Vlaanderen. En dat alles ten kostte van onze (streng gecontroleerde) land- en tuinbouw. Een beetje hypocriet, niet?

Schaalvergroting of verbreding?

U vindt dat er enkel ruimte moet zijn voor korte keten en kleinschalige landbouw in Vlaanderen. Ik kan u verzekeren dat we op die manier onze Vlaamse bevolking niet gaan voeden, het is zeker niet of-of maar én-én.

De landbouw is niet de enige sector die met deze spreidstand wordt geconfronteerd. Neem nu bijvoorbeeld de schoenenwinkels. Met het ontstaan van de Zalando’s van deze wereld was de schoenenwinkel in het dorp gedoemd om te verdwijnen. Maar dat is niet het geval. De ene winkel is mee ingestapt in een grotere keten (lees: schaalvergroting) en de andere is zich bijvoorbeeld gaan specialiseren orthopedische schoenen (lees: verbreding).

Maar waarom komt hier dan plots kritiek op als het over landbouw gaat?

Het laatste decennium hebben de meeste landbouwbedrijven een keuze gemaakt: schaalvergroting of verbreding. Is het ene beter dan het andere? Nee! Dit is bedrijfsspecifiek, bedrijfsleidersspecifiek en gestoeld op een weloverwogen ondernemingsplan.

Als het woord ‘schaalvergroting’ valt, dan denkt u waarschijnlijk aan de befaamde megastallen of veefabrieken zoals De Standaard het zo mooi verwoord.

Economisch optimum

Maar wat verstaat u onder een megastal? Laten we duidelijk stellen dat een nieuwe stal voor 50 koeien of 150 zeugen niet meer realistisch is in Vlaanderen. Komt dit door de grootheidswaanzin van de landbouwers? Nee, absoluut niet. Dat komt door u en mij. Door de consument in het algemeen.

Het verschil tussen nu en pakweg 20 jaar geleden is de toenemende macht van de tussenschakels in heel het agro-voedingscomplex. De rush naar de laagste prijs in de winkel en de hoogst mogelijke winst voor de aandeelhouders.

Dat er zoiets bestaat als afnemende meeropbrengsten, dat weten we allemaal, maar er is ook steeds een economisch optimum. Iedere sector mag hier blijkbaar naar streven, behalve de landbouw.

De Standaard spreekt over de megabedrijven en concludeert dat het niet anders kan dan dat er vreemd kapitaal mee gemoeid is. Dit is echter de realiteit vandaag de dag in de landbouwsector. Deze miljoenen worden geïnvesteerd door een gewoon landbouwersgezin, zonder inmenging van een externe kapitaalverstrekker.

U verwart wellicht met de integratie die op bepaalde bedrijven bestaat. Dit is een manier om risico af te dekken dat al decennialang van toepassing is in bepaalde sectoren en dat beperkt zich maar tot een minderheid van de actieve landbouwbedrijven.

Discussie mét de sector

Dat er een discussie moet gevoerd worden over de omvang van bepaalde exploitaties, daar geef ik u gelijk in. Maar die discussie moet mét de sector gevoerd worden en niet óver de sector heen. Die discussie moet ook aan tafel besproken worden, en niet in de media. En al zeker niet door mensen die ‘totaal’ geen notie hebben van hoe de Vlaamse landbouwsector vandaag werkt.

Mevrouw Renson heeft het ook over de Nederlandse invloed in de Belgische landbouw. Eerst en vooral wil ik u geruststellen dat er geen stormloop is van Nederlandse landbouwers op Belgische bedrijven.

Er wordt vanuit Nederland inderdaad op sommige bedrijven voeder geleverd, maar dat is slechts het gevolg van de wereldeconomie waar we in werken. Heeft u dan ook problemen met de Albert Heyns, Jumbo’s en Bol.com’s van deze wereld?

‘Wij’ zijn het probleem!

Een probleem los je maar op door de oorzaak aan te pakken. En die oorzaak ligt bij ons. Wij zijn de boosdoeners van de slechte toestand van ons klimaat en ons water. En wij zijn met veel.

Wij reizen onbeperkt de wereld rond, willen gans het jaar door de grootste keuze hebben op vlak van groenten en fruit, bestellen massaal online en verwachten dat die producten ook zo snel mogelijk bij ons worden afgeleverd. Zelfs wereldberoemde DJ’s wordt het vergeven dat ze jaarlijks tonnen CO2 produceren door hun vele vliegtuigreizen, zolang ze maar enkele bomen planten in Zambia. Kan het nog gekker?

Maar toch is het volgens jullie de Vlaamse land- en tuinbouw die het allemaal om zeep helpt hier. Zolang dat wij maar niets moeten veranderen aan onze levensstijl maakt het allemaal niets uit, zo blijkt. Tuurlijk, want met het aanpakken van het echte probleem wint u geen stemmen of verkoopt u geen kranten. Het is namelijk zeer pijnlijk om te beseffen dat de enige dader van de slechte toestand van ons klimaat gewoon de mens is. Niet de landbouw- of transportsector, maar gewoon u en ik.

Ik zou u dit veel liever live willen vertellen, en ook nog zoveel meer. Met redelijkheid en respect voor elkaars ideeën. Een open dialoog.

In afwachting van dat gesprek wil ik u vragen om voorzichtig te zijn met uw uitspraken. Voor jullie is het ‘maar’ een woord op het scherm of ‘maar’ een handtekening onder een weigering van een vergunning, maar jullie beseffen niet welke gevolgen díe handtekening of dát woord hebben op bedrijven. Op de mensen achter die bedrijven. Op de gezinnen achter die bedrijven.

Ik zie de gezinnen achter die bedrijven wel. Ik zie de wanhoop tezamen met de tranen in de ogen van volwassen mannen en vrouwen (én hun kinderen!). Landbouwers in hart en nieren. En niet omdat zij de grootste willen zijn, maar gewoon omdat zij zo optimaal mogelijk, in functie van al de opgelegde eisen, hun bedrijf willen kunnen voortzetten en doorgeven aan hun kinderen, hun toekomst!

C.C.

Lees ook in Uw stem

Meer artikelen bekijken