Startpagina Bedrijfsnieuws

Aveve wil de winst niet ten koste van de boer opvoeren

Groep Aveve lijkt na jaren van stilstand de weg omhoog weer te hebben gevonden. In 2017 steeg de omzet met 4% naar €1,4 miljard, terwijl de winst zowat een kwart toenam tot €21 miljoen. De winstmarge blijft flinterdun, geeft topman Eric Lauwers toe. “Als we als Groep Aveve het rendement van de boeren kunnen verhogen, volgt ons eigen rendement vanzelf.”

Leestijd : 8 min

G roep Aveve is in de Belgische landbouw alomtegenwoordig. Het bedrijf is de grootste leverancier van mengvoer in België, maar ook een grote distributeur van productiemiddelen als pesticiden, zaden en kunstmest en eigenaar van John Deere-importeur Cofabel. Naast de agrarische activiteiten beschikt Aveve over een netwerk van ruim 250 tuincentra.

Diervoeding is goed voor 50% van de totale omzet. De afzet van zaden, gewasbescherming en kunstmest is goed voor 35% omzet en de winkels voor 15%. Voor veel mensen is Aveve nog steeds onlosmakelijk verbonden met Boerenbond en hoewel Aveve door hen werd opgericht, is die band er vandaag alleen nog indirect. MRBB, de holding van de Boerenbond, is eigenaar van de Aveve, maar geeft hen volledige autonomie in het beleid.

Niet onbelangrijk: Aveve is eigendom van MRBB, het investeringsvehikel van Boerenbond, met afstand de grootste boerenorganisatie van Vlaanderen. De band met Boerenbond is er al vanaf het begin in 1901. In 1890 was de Boerenbond opgericht. Vanuit de boerengilden steeg de roep om een centraal geleide aankoopdienst, die uiteindelijk leidde tot de oprichting van de zogeheten Verbruikscommissie.

Omdat het voor verenigingen bij wet verboden is om handel te drijven, wordt de Verbruikscommissie in januari 1901 omgevormd tot de NV ‘Aan en Verkoopvennootschap van de Belgische Boerenbond’. In 1976 worden de aankoopafdelingen losgekoppeld van de Boerenbondstructuur en in 1990 volgt de omvorming van deze aankoopafdelingen tot de huidige klantenkringen van Aveve. Het bedrijf verlaat op zoek naar een eigen identiteit in de jaren ’80 de merknaam Boerenbond voor vooral voeders.

De onderneming zal in de jaren erna sterk in omvang toenemen, maar de winstgevendheid blijft achter. Twee jaar geleden besloot het bedrijf met een nieuwe topman afkomstig uit de bierwereld de jacht op een hogere winstmarge in te zetten.

U maakte de overstap van de bierwereld naar de agrarische sector. Wat zijn nu de grote verschillen?

“Mensen vinden het altijd gek, maar ik vind de verschillen niet zo groot. In beide gevallen bedien je ondernemers, want dat zijn boeren tegenwoordig. De landbouw is voor mij ook geen vreemde sector. Mijn vader was kruidenier en ging met voeding van deur tot deur.”

Groep Aveve is als een octopus in de agrarische sector en daarnaast onder meer eigenaar van zo’n 250 tuincentra. Waar ligt de meerwaarde van het combineren van zoveel verschillende activiteiten?

“Aveve is een totaalleverancier van de agrarische sector. Omdat Aveve op zoveel manieren in de landbouw actief is, heeft het enorm veel mensen met kennis gecapteerd. De diversiteit van activiteiten helpt ons om risico’s te beperken, maar biedt onze omvang ook meerwaarde voor onszelf, wat betreft bijvoorbeeld kennisontwikkeling en het beperken van de kosten van ondersteunende diensten. De klant profiteert daar indirect ook van.”

Aveve is (indirect) eigendom van Boerenbond. Wat voor invloed heeft de eigenaar op uw beleid? Stuurt men aan op lage prijzen voor landbouwers of beschouwt ze met een rendementseis Aveve als een financiële deelnemer?

“Boerenbond heeft geen invloed op hoe Aveve geleid wordt. Onze aandeelhouder is MRBB en dat is inderdaad verbonden aan Boerenbond. Ik weet dat soms gedacht wordt dat Boerenbond overal haar invloed laat gelden, maar wij krijgen als Aveve de nodige vrijheidsgraden om beslissingen te nemen. Mij is verteld dat ik de koers bepaal. Natuurlijk, als het niet goed gaat, kan men ingrijpen, maar in principe is mijn missie simpel en eenduidig: maak van Aveve één bedrijf. Help boeren groeien, en groei zo met ze mee. Daar staan we elke dag voor op.”

Uw rol staat dus los van de belangen van de landbouw zoals gedefinieerd door Boerenbond?

“Ons lot is verbonden met het welzijn van de landbouw. We hebben natuurlijk van de aandeelhouder richtlijnen meegekregen, maar winstmaximalisatie is geen doel op zich. Zoals ook vaak bij familiebedrijven staat voor ons de lange termijn centraal. Tegelijk heeft Aveve ook zeker geen doelstelling om prijzen voor landbouwers bewust laag te houden. Maar onze positie is niet zo sterk dat we prijzen kunnen bepalen, en het zou niet in ons belang zijn om zo duur te worden dat landbouwers eronder lijden. Doel is dat wij en zij een behoorlijk rendement halen.”

U verdeelt John Deere, levert zaden, gewasbeschermingsmiddelen, meststoffen en mengvoer, maar ook speciaalvoer en additieven – en bent dan ook nog eigendom van Boerenbond. Heeft u geen ongezonde machtspositie in de Belgische landbouw?

“Nee, want de werkmaatschappijen van Aveve hebben een gemiddeld marktaandeel ergens tussen 20% en 30%. Het grootste deel van onze omzet, ongeveer de helft, zit in veevoer. Het verrast mensen nog wel eens, maar we zijn met veevoer wel de grootste in de Belgische markt, maar toch maar goed voor een marktaandeel van 20%.”

U maakte in 2017 een bescheiden winst van 21 miljoen euro. Bent u hiermee tevreden?

“De winst moet omhoog want een winstmarge van 1,5% is op de langere termijn niet voldoende; niet wanneer je naar de toekomst toe belangrijke veranderingen ziet en dus investeringen wil doen. Winst maak je met sales over omzet en ook hier mikken we dus op groei. Tussen de jaren 2005 en 2012 groeide de omzet steeds met 10% per jaar, om daarna tussen 2012 en 2016 stil te vallen. Dus wisselen we het geweer van schouder. Het afgelopen jaar is de omzet weer gegroeid en die lijn willen we voortzetten.”

Hoe voert u de winst op?

“Het uitgangspunt is dat we meer rendement voor boeren leveren, waardoor we vanzelf zullen groeien. De klant stond al centraal, maar wordt nu nog meer en op alle niveaus centraal gesteld. Elke werknemer van Aveve moet zich elke dag afvragen: hoe help ik de klant het beste? We zetten daarbij vol in op innovatie. Aveve is meer dan een dozenschuiver. Daarnaast moet Aveve de kracht van de groep veel meer benutten. Het bedrijf is te veel een holdinghoudstermaatschappij geworden, maar dat was nooit de bedoeling.”

Wat is voor Aveve een gezonde winstmarge? Een verdubbeling of verdrievoudiging van het huidige percentage?

“Dat lijkt me toch erg ambitieus. Ik ga geen cijfers noemen, maar het zal wel omhoog moeten om het bedrijf zich duurzaam te laten ontwikkelen. Ik heb er vertrouwen in dat het gaat lukken.”

Kunt u dat laatste uitleggen?

“De groep is jarenlang sterk gegroeid maar vooral door bedrijven over te nemen. Na de overnames werd te weinig gewerkt aan het behalen van synergie. Om een voorbeeld te geven: er waren toen ik binnenkwam 31 uitzendbureaus die met ons werkten. Nu nog 2. Niet alleen is dat administratief eenvoudiger en dus goedkoper; we zijn als bedrijf voor die uitzendbureaus ook relatief belangrijker als klant en krijgen dus betere service. Ook op het gebied van bijvoorbeeld IT en boekhoudsystemen werkten de werkmaatschappijen te veel als eilandjes. Er werden ook jaarlijks binnen de groep 100.000 facturen verstuurd, bijvoorbeeld voor het gebruik van een vergaderzaal in een andere werkmaatschappij…”

Dat is zo in veel bedrijven, om de kosten inzichtelijk te maken.

“Ja, maar als je gaat uitrekenen hoeveel administratie en dus uren werk daarin gaan zitten bij een groot bedrijf als Aveve, dan moet je daarmee stoppen… die energie en die uren moet Aveve aan de klant besteden. Nog een voorbeeld: Aveve telde 79 vennootschappen. Nu nog 49. Het uitgangspunt moet altijd zijn: tijd en aandacht naar de klanten.”

Groep Aveve moet één bedrijf worden. Maar dat is lastig, want de divisies hebben verschillende rollen te spelen.

“Uiteindelijk hebben ze gemeen dat ze meer rendement voor de landbouwer willen brengen. Ons doel is de kracht van de groep combineren met de kracht van de werkmaatschappijen. De groep is groot en sterk als een containerschip en de werkmaatschappijen zo snel en wendbaar als een speedboot. De groep richt zich op alle ondersteunende diensten. Zo kan de HR op groepsniveau talent spotten en op de juiste plek zetten, misschien wel bij een andere werkmaatschappij. De werkmaatschappijen richten zich op directe dienstverlening en commercie.”

U noemde al de focus op innovatie. Waar zet Aveve op in?

“Als je in de toekomst een rol van betekenis wil spelen, moet je actief zijn in data. Daarvoor is samenwerking binnen de groep maar ook met externe partijen heel belangrijk. Daarnaast verschilt het per werkmaatschappij waar we ons op richten. Zo gebruikt ons zadenbedrijf in Landen drones voor het in kaart brengen van ziekten en agronomische kwaliteiten. Bijzonder trots ben ik ook op het mobiele gotensysteem van onze dochteronderneming Hortiplan. Het wordt gebruikt voor bladgewassen en kruiden en kan een belangrijke rol spelen in de stadslandbouw. Het wordt gebruikt door LUFA Farms, een groot Canadees bedrijf dat serres op daken bouwt.”

In buurland Nederland vonden een serie grote fusies plaats, waardoor Agrifirm, ForFarmers en De Heus qua omzet Groep Aveve ver achter zich laten. Kijkt u zelf naar fusiemogelijkheden; volumes zijn in een wereld van dunne marges toch belangrijk?

“Aveve wil zeker groeien en het is correct dat de marges in het veevoer dun zijn. Organische groei is voor ons op dit moment het uitgangspunt, maar we houden onze ogen open voor overnames. Daarbij kijkt Aveve naar de landen waar het nu al actief is, dus België, Nederland, Frankrijk en Duitsland, en eerder naar enkele grote overnames dan naar een serie kleine overnames.”

Als veevoerbedrijf voelt u de klappen die veehouders voelen doordreunen. Moet u in de praktijk vaak “bank spelen” voor veehouders; door ze toch te leveren terwijl de betalingen achterlopen?

“Ons beleid is dat we dat niet doen. We zijn geen bank en hebben niet de ambitie om een bank te worden. Ik zag hetzelfde in de bierwereld, waar cafés de brouwerij ook vaak het werkkapitaal lieten opbrengen. Zo werkt het wat mij betreft niet. Ik heb er een einde aan gemaakt bij mijn vorige werkgever en ik zeg niet dat ons voerbedrijf nooit meer een regeling met een klant treft, maar we zijn er toch strenger op dan voorheen. Uiteindelijk is dat ook eerlijker naar bedrijven toe die wel voldoen aan de betalingen.”

U bent distributeur van landbouwproductiemiddelen zoals meststoffen, gewasbeschermingsmiddelen en zaden. Bij deze toeleveranciers van boeren is een hausse aan fusies plaatsgevonden. Is dit een bedreiging voor u als distributeur maar ook uw eindklant, de landbouwer?

“België is toch wel een specifiek land waarin internationaal niet zulke grote teelten, zoals prei en witloof, wel groot zijn. Met onze specifieke kennis van de Belgische landbouw hebben we een meerwaarde. Natuurlijk, als die bedrijven groter worden, dan bouwen ze ook zelf meer kennis op. Het is dus voor ons belangrijk om elke dag te verbeteren, zodat we voor hen meerwaarde blijven houden.”

JCB

Lees ook in Bedrijfsnieuws

Meer artikelen bekijken