Startpagina Actueel

KWS uit kritiek op officiële maïsproeven

KWS Benelux is misnoegd over de proefveldwerking voor maïs in 2018. “Ondanks de abnormale droogte werden de maïspercelen van CIPF en LCV niet beregend. Ze werden bovendien te laat geoogst. Het leverde waardeloze cijfers op voor de telers, maar toch werden de resultaten gepubliceerd”, stelt directeur Jan Bakker boos.

Leestijd : 3 min

Jaarlijks worden heel wat maïsrassen in veldproeven getest door diverse Vlaamse onderzoeksinstellingen. Het VARMABEL-netwerk verenigt de maïsrassenproeven uitgevoerd door het CIPF en het LCV. In het moeilijke teeltjaar 2018 waren de resultaten van de maïsrassen allesbehalve rooskleurig. Volgens KWS-topman Jan Bakker heeft dit grotendeels te maken met een slechte aanpak binnen de proefveldwerking. “Wat de praktijk ervaart, zien we niet in de rassenlijstcijfers. Dit betekent dat de proefveldwerking niet in orde is.”

Beregenen was noodzakelijk

Het teeltjaar 2018 zal bij menig teler lang blijven nazinderen. Door de droogte lag de opbrengst van de maïs op de meeste plaatsen (meer dan) de helft lager dan gebruikelijk. Boeren die konden beregenen, wat wel een extra kost betekende van €1000 tot €1200, realiseerden wel topresultaten in korrelmaïs.

“Boer heeft niets aan fake news”

De maïsproeven werden niet beregend en werden bovendien veel te laat geoogst. Korrelmaïsproeven te laat oogsten maakt ze waardeloos voor selectie en rassenproeven. Volgens Jan Bakker hebben goede korrelmaïsproeven meer dan 10 ton droge stof korrelopbrengst. Anders leden ze droogteschade en hebben ze geen voorspellende waarde voor het volgende jaar. Ook als het gemiddelde drogestofgehalte boven 72% zit, mag je de resultaten weggooien want de relatie vroegrijpheid en drogestofgehalte van de korrel is compleet weg. Goede silomaïsproeven moeten meer dan 20 ton drogestofopbrengst hebben. “Wordt niet voldaan deze vereisten dan hebben de cijfers geen waarde”, stelt Bakker. “De VARMABEL korrelmaïscijfers 2017 en 2018 vormen hierdoor geen basis voor een correcte rassenkeuze. Ook de silomaïsproeven van VARMABEL hebben een veel te lage opbrengst door te veel droogteschade.

Legering correct beoordelen

Bakker heeft ook bedenkingen bij de interpretatie van de legering in de rassenproeven. “De vorige jaren zagen we veel legering: zowel zomerlegering als stengelbreuk. Enkele (regionale) stormen veroorzaakten veel legering. De maïsstengels die op dat moment al ‘dood’ waren, waar alle suikers waren opgevreten door fusarium, braken af. En dat is normaal. Wanneer een storm echter legering veroorzaakt bij gezonde maïs dan is dat rasgebonden. Wortelontwikkeling is immers een raseigenschap. Zomerlegering of wortelzwakte wordt vaak verkeerd geëvalueerd.

Bij de beoordeling van de legering in het VARMABEL-netwerk kregen rassen die omlagen zowat dezelfde waarden als rassen die nergens omlagen. Rassen die een gemiddelde score van 7 of zelfs 8,5 kregen kunnen volledig plat gelegen hebben. Hier heeft een boer niets aan!” Jan Bakker raadt dus aan niet teveel waarde te hechten aan de gepubliceerde cijfers voor legering.

Varen met verkeerd kompas

“Door deze resultaten toch te publiceren vaart de boer op een verkeerd kompas”, zegt Bakker onomwonden. “We zijn hier héél ontevreden over. De landbouwers krijgen immers waardeloze informatie voorgeschoteld.” Bakker gaf in dat kader trouwens ook de landbouwpers een veeg uit de pan: “Is het niet jullie doelstelling om de boerderij te laten floreren? Moeten jullie niet informatie brengen waar de doelgroep beter van wordt …?” Hij raadt de telers dan ook aan om bij hun rassenkeuze de focus te leggen op korrelopbrengst en om zich goed te informeren. “Vergeet foute proeven. Zelfs al komen de cijfers van een officiële instelling, je bent niet zeker van de correctheid.”

AV

Lees ook in Actueel

Meer artikelen bekijken