Startpagina Gebouwen

Droogstaande koeien vergden een eigen plek

Wanneer je een nieuwe stal bouwt moet je heel wat keuzes maken. De familie Snels uit Hoogstraten wist goed wat hun wensen en vereisten waren bij de bouw van hun nieuwe stal. Er moest namelijk veel aandacht gaan naar een optimaal klimaat én naar dierenwelzijn. Wij gingen kijken.

Leestijd : 7 min

Het melkveebedrijf van de familie Snels groeide de voorbije 10 jaar fors uit. Beide zonen stapten immers mee in het bedrijf. De melkveestapel telt vandaag 700 koeien.

Van 40 naar 700 koeien

Paul (48) en Marleen (49) boeren hier al sinds 1992. “We namen het bedrijf toen over van mijn ouders”, vertelt Paul. “Het was een typisch gemengd bedrijf met een veertigtal koeien met een quotum van 200.000 l, ongeveer 60 witblauwe runderen en circa 25 ha land. Het vleesvee werd al snel omgezet in melkvee. Twee jaar na onze start kochten we 300.000 l quotum bij.”

In 2007 kwam de eerste grote uitbreiding met de bouw van een melkstal met een aanpalende wachtruimte. De stapel telde toen 130 koeien. Vier jaar later kwam er een ligboxenstal bij samen met 200 dieren. Paul: “In de nieuwe grote stal kwamen de melkkoeien, in de oude stal stond het jongvee en de droge koeien. In 2014 kwamen er opnieuw 200 dieren bij en werd die nieuwe stal uitgebreid met 200 ligboxen. Een deeltje werd voorbehouden als ingestrooide afkalfruimte.” In die periode stapte Ben (24) mee in het bedrijf. Zijn broer Tom (22) volgde in 2016, en Tom’s vriendin Isabelle Aertsen (21) in 2018.

Vorig jaar werd de (voorlopig) laatste uitbreiding gerealiseerd. “In de nieuwe stal worden de droogstaande koeien optimaal voorbereid voor het afkalven. Ze hebben er nu een grote ruimte met stro beschikbaar. In de andere helft plaatsen we opnieuw 200 ligboxen.”

Dit betekent een totale stapel van 650 melkkoeien met zo’n 60 droogstaande koeien. Alhoewel de dieren steeds in de stal verblijven, is er heel wat land nodig voor de ruwvoederwinning. Er wordt ongeveer 200 ha bewerkt, en er wordt ook maïs aangekocht.

Iedereen zijn taak

Ieder gezinslid richt zich op bepaalde taken op het bedrijf. Dat gebeurde ietwat organisch naarmate het bedrijf groeide. Iedereen heeft immers zijn specialisaties en vaardigheden. Zo’n geroutineerde ploeg komt goed uit op zo’n groot bedrijf.

Paul doet de algemene opvolging van het bedrijf. De mestadministratie en burenregelingen volgt hij samen met Isabelle op. Hij ontfermt zich over een deel van de melkbeurten en volgt de afgekalfde koeien op. Paul staat ook in voor de behandeling van de koeien. Ook Ben is dikwijls in de melkput te vinden, samen met één van de medewerkers. Hij staat in voor de opvolging van de vruchtbaarheid. Wekelijks worden koeien gescand voor de drachtcontrole. In samenwerking met Alta worden de koeien ‘gepunt’. Ben doet ook het graslandmanagement. Alle landwerkzaamheden doen ze zelf, behalve maïs zaaien, behandelen en hakselen.

Tom specialiseerde zich in de rantsoenen, dus het voederen, en de klauwverzorging. Tom: “Wij doen hier standaard driemaal per lactatie een klauwbehandeling. We werken immers liever preventief dan curatief!” Naast de opvolging van de administratie verzorgt Isabelle de kalfjes, helpt mee bij de kunstmatige inseminaties en springt ook bij, bij het melken. “Met de komst van Isabelle, kon ik heel wat uit handen geven”, vult Marleen aan. “We namen recent ook 2 vaste medewerkers in dienst. Dat is toch wel nodig om alle werkzaamheden, vooral tijdens het melken, rond te krijgen. Terwijl de koeien in de wachtruimte of de melkstal staan, worden de ligboxen immers netjes gemaakt en wordt er gevoederd.”

Melken is een dagtaak

“Die melkbeurten verlopen steeds van 4.45 uur tot 9 uur, zowel ‘s morgens als ’s avonds. Bij onze start was dat nog tweemaal 45 minuten per dag”, lacht Paul.

“Dit betekent dat we een flink deel van de dag (8 werkuren) met meerdere personen hiermee bezig zijn! We kozen in 2008 voor een 2 x 18 zij-aan-zij Rapid-Exit van Packo. Maar door de uitbreidingen van onze stapel werd die te klein. Gelukkig konden we dit melksysteem vergroten naar een versie van 2 x 20.” Overschakelen naar een robotsysteem was hier nooit een optie. “Dat is hier te beperkend.”

Vandaag melkt het bedrijf Snels 7,5 miljoen l per jaar, dus gemiddeld zo’n 10.000 l per koe per jaar of zo’n 32 l per koe per dag. Op het erf blinkt een gigantische melkkoeltank van 40.000 l. Ondanks dit volume komt de tankwagen van Laiterie des Ardennes om de anderhalve dag langs voor de melkophalingen. De dagproductie overschrijdt immers 20.000 l. “We produceren mooie kwaliteitsmelk, gemiddeld hebben we 42% vetgehalte en 35,5% eiwit en een celgetal van 130 à 160.000. We besteden dan ook veel aandacht aan het voeder maar ook aan de hygiëne tijdens het melken. We werken hier vooral preventief. Eerst schuimen (voordippen) we de tepels. Dat doen we bijkomend sinds 2015. Daarna drogen we met papier. Vervolgens voorstralen we voor de controle van de eerste melk. Dan hangen we pas het melkstel aan. Na de melkbeurt gebeurt het nadippen waardoor de spenen worden ‘afgesloten’ met een beschermende film.”

Dagelijk wordt bijna 8 uur gemolken.
Dagelijk wordt bijna 8 uur gemolken. - Foto: Snels

Droogstaande koeien vergen eigen plek

Naarmate het bedrijf groeide, ontstonden bijkomende noden. “We merkten dat de droogstaande koeien eigenlijk te weinig ruimte hadden”, vervolgt Paul het verhaal. “Die hoogdrachtige dieren moeten immers voldoende kunnen liggen. Omdat we beperkt waren in plaats, haalden we die koeien 6 weken voor het afkalven uit de groep. Ze kregen dan gedurende 2 weken een specifiek rantsoen, maar nadien moesten ze terug naar de grote groep. Slechts een paar dagen voor het kalven brachten we ze naar de stroruimte. Geen ideale omstandigheden dus!”

Er was dus nood aan een specifieke bijkomende stal. Die kwam er in 2018. Bart Janssen, verantwoordelijke verkoop en advies bij de ASD-Group en Vervaeke, begeleidde het gedeelte van de stalinrichting: “We bouwden deze nieuwe stal in samenspraak met de firma Michielsen metaalconstructies. We zorgden voor de volledige stalinrichting. Er ging hierbij veel aandacht naar het stalklimaat. Een optimaal klimaat verbetert immers het koecomfort en dus het dierenwelzijn.”

Optimaal stalklimaat

De breedte van de stal bedraagt zowat 38 m bij een lengte van 70 m, de nok reikt zo’n 10 m hoog. De zijkanten zijn aan weerszijden zoveel mogelijk open gehouden om voldoende comfort aan de dieren te garanderen. “De open zijkanten zijn uitgerust met regelbare afsluitgordijnen met klimaatsturing”, toont Bart Janssen. “Naargelang de ingestelde windsnelheid en temperatuur en bij regen, zal het gordijn volautomatisch naar boven of onder bewegen. Dit in combinatie met ventilatoren die zorgen voor de luchtverplaatsing en koeling in de stal zelf. Deze ventilatoren – die in de lengterichting hangen – schieten in actie vanaf 18 °C.” Koeien verkiezen een temperatuur tussen 10 en 15 °C. Vanaf 18 °C beginnen ze hittestress te vertonen en is extra verkoeling nodig.

De stal is uitgerust met regelbare afsluitgordijnen met klimaatsturing. De familie Snels koos voor witte transparante zeilen , toont Bart Janssen van ASD-Groep en Vervaeke.
De stal is uitgerust met regelbare afsluitgordijnen met klimaatsturing. De familie Snels koos voor witte transparante zeilen , toont Bart Janssen van ASD-Groep en Vervaeke. - Foto: AV

Het zeil blijft zoveel mogelijk open. Het sluit enkel bij harde stormwind en bij regen. We willen de boxen langs de open zijden enkel droog houden. Na de bui moet de verse lucht weer in de stal kunnen.”

Er werd hier gekozen voor een 98% gesloten zeil, dat wind en regen zal tegenhouden maar geen condensatie zal veroorzaken. “De familie Snels koos voor witte transparante zeilen. Dat geeft in gesloten toestand een lichter effect in de stal dan de groene of zwarte versies. Koeien hebben veel licht nodig voor een goede vruchtbaarheid.”

Het opgerolde windzeil hangt aan de buitenzijde van de stal, onderaan de open zone. Wanneer het zeil sluit, wordt het dus van onder naar boven opgetrokken tot de gewenste hoogte. Op die manier kan de buitenlucht nog langs de bovenzijde ervan de stal binnenkomen. Bart: “De lucht komt op die manier nog ver in de stal zonder dat er tocht valt op de koeien.” Ervoor zit nog een vast vogelafweerscherm met grote gaten. “Vogels willen we liever niet in de stal”, zegt Paul. “Ze kunnen ziektes meebrengen. In de oudere stal hebben we soms last van een vlucht spreeuwen en die krijg je niet zomaar buiten. Daarom kozen we hier voor een extra afweer.”

“Doordat dit vogelgaas aan de buitenkant gemonteerd is, blijft dit altijd door de regen op een natuurlijke manier netjes. Het is volledig in orde inzake de laatste veiligheidsnormen omtrent automatische rolgordijnen. De draaiende rol is onderaan volledig afgeschermd, zeker bij automatische systemen is dit van groot belang”, verduidelijkt Bart.

In de halfopen nok zitten lichtplaten, de noordzijde ervan werd opengelaten. Langs hier gebeurt immers de afvoer van warme stallucht. De rest van de stal is volledig geïsoleerd.

Ook in de grote stal heerst er een goed stalklimaat. Aan de oudste stal, met momenteel veel jongvee, grenst de wachtruimte van de melkstal. Omdat die tijdens het melken vol met koeien staat, is er enkel daar een minder goede luchtcirculatie.

Beter totaalplaatje

Sinds de nieuwe stal, verhuizen de droogstaande koeien dus 6 weken voor het kalven naar de nieuwe stal waar ze een ander rantsoen krijgen, de laatste 2 weken verblijven ze in de grote open stroruimte. “We zien het verschil met vroeger”, zegt Ben. “De koeien kalven gemakkelijker, ze hebben minder kalfziekte, het is er hygiënischer en de dieren zijn minder stijf.” Die gunstigere omstandigheden uiten zich in een hogere productie. “Het is een totaalplaatje”, vult Tom aan. “De opvolging van de kunstmatige inseminatie gebeurt nauwgezetter, de rantsoenen worden nog meer van nabij opgevolgd en de huisvesting is diervriendelijker. We proberen zo arbeidsefficiënt mogelijk te werken en alles gebeurt met vaste protocollen.”

In de nieuwe stal gaat er veel aandcht naar koecomfort, vooral voor de droogstaande dieren. Ze beschikken nu over een ruime strostal.
In de nieuwe stal gaat er veel aandcht naar koecomfort, vooral voor de droogstaande dieren. Ze beschikken nu over een ruime strostal. - Foto: AV

In de nieuwbouw liggen de lacterende koeien in diepstrooiselboxen. Ben: “Met onze knikmops strooien we die in met de gedroogde dikkemestfractie. Sinds ongeveer een jaar gebruiken we een vijzelpers waarmee we de mest scheiden in een dunne en een dikke fractie. De gedroogde dikke fractie heeft een drogestofgehalte van 32% en kan veilig gebruikt worden als strooisel. Het vergt wel wat extra werk om de ligboxen tweemaal per dag te rijven en eenmaal per week met die dikkemestfractie in te strooien. In de andere stal liggen matrassen in de boxen. De boxen in de nieuwe stal geven de koeien ook meer beweegruimte om recht te staan en we hebben ook veel en grote drinkbakken geplaatst. Het belang van drinkwater wordt dikwijls onderschat! We reinigen de drinkbakken tweemaal per week om een goede waterkwaliteit voor onze koeien te behouden.”

De gedroogde dikke fractie heeft een drogestofgehalte van 32% en kan veilig gebruikt worden als strooisel.
De gedroogde dikke fractie heeft een drogestofgehalte van 32% en kan veilig gebruikt worden als strooisel. - Foto: AV

Anne Vandenbosch

Lees ook in Gebouwen

In een serrestal krijg je het gevoel dat je buiten staat

Gebouwen Bram Maes (37) plaatste bijna 2 jaar geleden een gloednieuwe serrestal voor 180 koeien op zijn bedrijf in Bellem-Aalter. De belangrijkste redenen daarvoor waren licht en lucht. De nieuwe diepstrooiselboxen worden gevuld door een instrooirobot met dikke fractie.
Meer artikelen bekijken