Startpagina Actueel

Koningin Mathilde in gesprek met landbouwersvrouwen

Dinsdag 13 juni bracht Hare Majesteit Koningin Mathilde een bezoek aan twee landbouwbedrijven in de provincie Namen. Het waren bedrijven waar landbouwersvrouwen bijzonder actief zijn. Haar doel: zich informeren over de moeilijkheden van het beroep, over de sector in het algemeen en over het sociaal statuut van de landbouwersvrouwen in het bijzonder.

Leestijd : 4 min

Het eerste bezoek bracht de Koningin aan de Ferme de Coux in Maillen (deelgemeente van Assesse, centraal gelegen in de provincie Namen). Het is een bedrijf dat akkerbouw combineert met het opfokken en afmesten van Belgisch Witblauw vee. De Koningin werd op dit bedrijf verwelkomd door de uitbaters Caroline en Yves Herbiet-Jaspart en door een delegatie van de Vereniging van Waalse landbouwersvrouwen (UAW). Met hen had Koningin Mathilde het o.m. over het statuut van de vrouwen in de landbouw.

Een wens van de Koningin

Marianne Streel, voorzitster van de UAW, legde het doel van het bezoek uit: “De Koningin stond erop om vrouwen te ontmoeten die een zelfstandig statuut hebben en dus volop betrokken zijn in het landbouwbedrijf. Met hen heeft de Koningin het gehad over verschillende onderwerpen: de crisis waarmee de landbouwsector te maken heeft, het leven en de plaats van de vrouw in het landbouwbedrijf, de uitdagingen voor de sector, zoals duurzaamheid en het leefmilieu, maar ook de vrijwillige steun die door de vereniging van landbouwersvrouwen wordt verleend aan landbouwfamilies die het moeilijk hebben. Het gesprek verliep in een positieve en constructieve sfeer. De dag was gewijd aan alle vrouwen in de Waalse landbouwbedrijven, in solidariteit met de gehele sector.”

Caroline, landbouwster in hoofdberoep

Gastvrouw op het eerste bedrijf was, zoals reeds aangegeven, Caroline Herbiet-Jaspart. Ze werkte gedurende 15 jaar als apothekersassistente, maar heeft in augustus 2016 die activiteit stopgezet toen haar man Yves het familiebedrijf overnam. “Dat was de gelegenheid om een tweede arbeidskracht, die op het bedrijf absoluut noodzakelijk was, aan te werven. Het heeft ons eveneens de mogelijkheid geboden om onze activiteiten te diversifiëren, o.m. door de verkoop van vleespakketten op het bedrijf.”

Caroline is op die manier sedert 1 april van dit jaar landbouwster in hoofdberoep geworden, nadat ze daartoe alle nodige administratieve stappen had gezet. “Op het bedrijf sta ik hoofdzakelijk in voor de zorgen aan de kalveren, ‘ morgens en ’s avonds, de drachtige koeien en daarnaast ook de gehele administratie van het bedrijf.”

“Tijdens het gehele bezoek aan het bedrijf en ook tijdens het lange onderhoud waaraan ik mocht deelnemen, samen met de delegatie van de UAW, toonde de Koningin zich zeer geïnteresseerd in het statuut van de landbouwersvrouwen dat de jongste tijd zeer sterk is geëvolueerd. Ook had ze veel belangstelling voor het reilen en zeilen op het landbouwbedrijf en voor de administratieve lasten die op de bedrijven wegen… Kortom zij was geïnteresseerd in alles waarmee de moderne landbouw elke dag te maken heeft, met zijn positieve kanten, maar ook met zijn moeilijkheden en bronnen van zorg.”

Combinatie van akkerbouw en veehouderij

Het bedrijf van Yves en Caroline Herbiet-Jaspart is een gemengd bedrijf waar akkerbouw wordt gecombineerd met de opfok en het afmesten van Belgisch Witblauw vee. De akkerbouw omvat naast suikerbieten, ook maïs en tarwe en ook een beetje raaigras dat in de voeding van het vee wordt gebruikt. Daarnaast wordt sedert een aantal jaren ook industriële hennep geteeld. “Ik was één van de oprichters van de coöperatie Belchanvre en ben daar op vandaag nog steeds aandeelhouder van. Met twee andere collega’s beheren we samen het geheel van de oogst van de hennep van de coöperatie.”

Wat de veehouderij betreft, worden de kalveren allemaal opgefokt met kunstmelkpoeder. Nadien krijgen ze een krachtvoer dat op het bedrijf wordt samengesteld met de eigen gewonnen granen. De stiertjes en de vaarsjes worden vervolgens gescheiden. De stiertjes worden afgemest en dat is ook het geval met de reformekoeien. De stieren krijgen tot de leeftijd van 17 maanden een rantsoen dat bestaat uit kuilvoeder . Dat kuilvoeder bestaat uit maïs, gras en pulp. Dat wordt aangevuld met granen. Voor het einde van de mestperiode wordt daar een krachtvoer aan toegevoegd. De stieren worden afgezet op een ouderdom van 20 tot 23 maanden, terwijl de vaarzen op het bedrijf blijven als fokvaars. Enkel de fokvaarzen en de drachtige koeien komen op de weide. De jonge vaarzen verblijven in een stal waar ze een buitenbeloop ter beschikking hebben.

“Ik streef ernaar om een eerste kalving te bekomen rond de 24 maanden. De bevruchting gebeurt via kunstmatige inseminatie tijdens de winter en met stieren tijdens de zomer. Wij streven ernaar om grote en dikke dieren te selecteren”, zo legde Yves uit.

Naar M.d.N.

Lees ook in Actueel

Reageer snel op onkruiden in bietenpercelen

Bieten Het Bieteninstituut (KBIVB) waarschuwt om snel te reageren op de aanwezigheid van onkruiden in suikerbietvelden. Verder bemerken ze dat we opnieuw met een late uitzaai van bieten kampen.
Meer artikelen bekijken