Royal A-ware zet in op duurzame aanpak doorheen de hele keten

Jan Anker, CEO van Royal A-ware, en Luc Van Hoe, directeur Melkzaken, zijn trots op het succesvolle traject dat het zuivelbedrijf sinds eind 2020 in Vlaanderen heeft afgelegd. De fundamenten werden toen gelegd met de aankoop van de melkpoederfabriek in Aalter. Sinds 1 juli 2021 wordt ook effectief melk opgehaald bij Vlaamse melkveehouders. In 2022 werd de fabriek van de Hollebeekhoeve in Kruibeke gekocht en kwam ook zuivelaar Olympia in Herfelingen voor 100% in handen van Royal A-ware. “We hebben een mooi parcours afgelegd. We moderniseerden onze productiesites en optimaliseerden onze diensten. We zijn dan ook voor de lange termijn naar Vlaanderen gekomen”, stelt Jan Anker. “Waar we bij onze opstart in Aalter – goed 2,5 jaar geleden – nog deels melk van FrieslandCampina verwerkten, is dit nu 100% Belgische Royal A-ware-melk!”

Vertrouwen groeit verder

“De relatie met onze melkleveraars loopt schitterend”, vervolgt Luc Van Hoe. De leveraars van Royal A-ware België bevinden zich voornamelijk in Oost- en West-Vlaanderen, en in Antwerpen. “De melkveehouders kregen al snel vertrouwen in onze aanpak en dat is sinds de start alleen nog maar gegroeid. En ja, er is nog ruimte voor verdere ontwikkeling en dus voor geïnteresseerde melkleveraars. Het was mijn opdracht om een goede basis voor A-ware te leggen in Vlaanderen, en dat is gelukt dankzij de zeer goede melkveehouders – echte vakmannen en ondernemers – die voor ons kozen. We hebben intussen wel bewezen hoe we werken. We doen wat we zeggen. Die consequente aanpak wordt gewaardeerd. Intussen zitten we in een volgende fase. We maken werk van doorontwikkeling.”

Duurzaam overlegmodel

Jan Anker: “Een gezonde sterke keten is er eentje die groeit. Dat kan enkel met een goede wederzijdse communicatie, zowel naar onze melkveehouders als naar onze klanten, en met een correct aandeel voor elke partner in het totaalverhaal. Die aanpak zit in ons DNA!

In Nederland werken we al jaren met een ‘klankbordgroep’, bestaande uit een groep van onze melkveehouders. Als bedrijf nemen we wel de finale beslissingen, maar pas na overleg over de inhoud met de klankbordgroep. In België starten we nu ook zo’n groep. Die manier van werken vergt wel meer tijd, maar zo blijven we dicht bij onze basis staan.”

Royal A-ware hanteert verschillende melkstromen naast elkaar. “We bieden onze leveraars een menu aan mogelijkheden aan”, legt Van Hoe uit. “Ze kiezen aan de hand van lastenboeken welke melk ze willen en kunnen leveren. Indien aan bepaalde criteria voldaan wordt, dan krijgt men daar een meerprijs voor. Die extra’s worden uit de keten betaald, want we hebben sowieso een afnemer voor deze specifieke melk. Wij zoeken immers producten voor onze afnemers, niet andersom. Voor ons is dat de enige juiste weg, het past in onze duurzame aanpak. Wij werken van consument tot koe.”

Nieuwe duurzaamheidsstrategie

En zo belanden we als vanzelf bij de vernieuwde duurzaamheidsstrategie van de zuivelverwerker. “Royal A-ware is de eerste zuivelonderneming in de Benelux met FLAG (Forest, Landuse & agriculture)-doelstelling onder SBTi”, zegt Luc Van Hoe trots. Het Science Based Target initiative (SBTi) is een internationaal initiatief dat bedrijven stimuleert om reductiestrategieën te ontwikkelen in lijn met het klimaatakkoord van Parijs. “Werken aan duurzaamheid is voor ons bedrijf niet nieuw. Er liggen al meer dan 10 jaar zonnepanelen op onze sites en we bouwden een gasloze fabriek in Nederland. Onze nieuwe doelstelling is om in 2025 minimum 80% hernieuwbare energie in te zetten. Daarnaast willen we tegen 2030 de emissie van broeikasgassen in de productieprocessen met 80% reduceren en bij de melkveehouders met 30% (tegenover 2021).”

Jan Anker: “Als familiebedrijf denken wij niet in jaren, maar in generaties, net zoals onze melkveehouders doen. Dat is ook het vertrekpunt van onze duurzaamheidsstrategie. Duurzaamheid is voor Royal A-ware duurzaam ondernemen in de keten, waarbij alle schakels blijvend voordeel hebben: melkveehouders kunnen blijven boeren, klanten blijven voor ons kiezen en medewerkers blijven zich thuis voelen en kunnen zich ontwikkelen. We willen op termijn een gezond familiebedrijf blijven én ons ondertussen inzetten voor het verminderen van de impact op onze omgeving. Onze verbintenis onder SBTi onderstreept onze serieuze ambities.”

‘Net zero’-ketens

Als onderdeel van het SBTi-commitment streeft Royal A-ware ook naar ‘net zero’-ketens. Van Hoe: “We willen tegen 2050 de emissies van broeikasgassen in de zuivelketen van koe tot verpakt product met minimaal 90% terugbrengen ten opzichte van 2021. De eventuele resterende emissies worden, waar mogelijk, gecompenseerd via vastlegging van koolstof in de bodem door onze melkveehouders.”

Een andere duurzaamheidsdoelstelling is om zuivelproducten met een zo hoog mogelijke voedingswaarde en tegelijkertijd een zo laag mogelijke impact van de productie op mens, dier en milieu te produceren. “We gingen daarvoor al bijvoorbeeld in zee met Unilever in het kader van het caring dairy-programma. De lastenboeken hiervoor gaan verder dan bijvoorbeeld voor weidemelk en dan wat wettelijk nodig is, onder meer met vereisten rond biodiversiteit. Maar meer vereisten betekent voor ons dat de boer een hogere premie krijgt. Die financiële middelen moeten uit de keten komen. Met andere woorden: de boer moet ervoor beloond worden. Ook dàt is voor ons duurzaamheid en we slagen daar op dit moment goed in.”

Duurzaam ondernemen

“Ondanks alle huidige bedreigingen voor de sector in onze contreien is hier alles aanwezig om een stabiele melkveehouderij te hebben”, meent Jan Anker. Volgens de CEO heeft een goede ondernemer hier zéker nog een toekomst. “Er bestaan steeds kansen, maar de melkveehouders zullen op een duurzame manier moeten ondernemen. Royal A-ware wil hierbij helpen, maar... je kunt geen ecologische duurzaamheid realiseren zonder economische duurzaamheid. Je moet als ondernemer wel weten waar je aan toe bent!”

Anne Vandenbosch