Startpagina Groenten

Bij Heike en Peter Fehmel: Onze filosofie? Alles gebruiken, en niets weggooien”

Er is 350 ha nodig voor al de ambitie”s van de familie Fehmel. Vollegrondsgroenten zijn het belangrijkst, maar ook frambozen horen bij de business, waarbij bovendien niets verloren gaat. Heike maakte van haar hobby haar beroep en verwerkt ‘slecht’ fruit en groenten naar eigen maaksels.

Leestijd : 5 min

Als er één bedrijf is dat opvalt, is het dat van Fehmel. Het is een heus familiebedrijf, met ondernemers die van wanten weten. Voor een degelijke rondleiding is een auto nodig. Aan het roer staan Peter Fehmel, die gespecialiseerd was in moestuinieren, en Heike Fehmel, die hoofdhuishoudster was op het platteland. Heike kwam van een boerderij met 9 ha druiven, 8 ha boomgaarden en 9 ha wei voor vee. Het koppel trouwde in 1981. Samen met hun ouders Ruth en Heinz Fehmel baatten Peter en Heike Fehmel de boerderij in Mutterstadt uit.

Dat deden ze tot in 1996, want toen nam het koppel het bedrijf over. Toen al was het bedrijf al heel divers, met 35 ha aan vollegrondsteelt met aardappelen, uien, suikerbieten, granen en groenteteelt (sla, bloemkool, sluitkool, rabarber, radijs, rode bosradijs, bospeen, prei…).

Blijven evolueren

De eerste folietunnels werden geplaatst in 1995 voor 0,6 ha aan tomatenteelt. In 1999 kwam er nog extra kasbouw van 2 ha, en een overname zorgde voor een omvang tot 85 ha totale grootte. De vollegrondsteelt werd verminderd naar de teelten radijs, bosui, bospeen, Chinese kool voor winteropslag. In 2012 werden er meer serres gezet, namelijk voor 3,3 ha tomaten. Sinds 2011 kozen ze ook voor frambozenteelt onder folietunnel.

De frambozenteelt is belangrijk voor de familie Fehmel.
De frambozenteelt is belangrijk voor de familie Fehmel. - Foto: MV

Door de jaren heen is het bedrijf constant verder ontwikkeld en uitgebreid. Vandaag telt het 350 ha aan vollegrondsteelt met de gewassen radijs, bosuien, koolrabi, peterselie, dille, rabarber, veldsla, rode en witte sluitkool voor bewaring en Chinese kool 5 ha. Daarnaast is er een hoge tunnel met frambozen en minikomkommers en winterteelt radijs, en 35 ha hoge tunnel met een vaste teelt frambozen. In de winter houdt men zich bezig met de bereiding en vermarkting van bosuien uit Egypte en Marokko. Bovendien heeft het koppel 10 jaar een biologische boerderij met 25 ha open veld met kruiden, rabarber, bosuien, frambozen en 3 ha hoge tunnels.

Strakke planningen

De oogst loopt heel georganiseerd. De planning is heel strak. “De oogst van het seizoen buiten start vanaf 1 maart met winterbosuien. Die werden het jaar ervoor in augustus gezaaid. Vanaf 20 maart starten we met de oogst van radijs in de kas, en in april pas met de radijs die buiten staat. De koolrabi wordt geoogst vanaf mei en dat oogsten we tot begin november, de veldsla dan weer van november tot februari. Vanaf 25 mei start de frambozenoogst tot eind oktober.”

Door de jaren heen is het bedrijf constant verder ontwikkeld en uitgebreid.
Door de jaren heen is het bedrijf constant verder ontwikkeld en uitgebreid. - Foto: MV

Er is veel mankracht nodig om alles jaarrond gedaan te krijgen. Het bedrijf telt 50 vaste werkkrachten uit Roemenië, India, Polen en Duitsland. Daarnaast komen er zo’n 400 à 500 seizoenswerkers uit Roemenië en Servië. Peter en Heike hebben dan ook alles voorzien, zodat de mensen in alle comfort kunnen leven, naar de Duitse wetgeving. “Per 10 containers is er een keuken, en er zijn genoeg gemeenschappelijke douches”, klinkt het. Het koppel heeft ook verantwoordelijken aangesteld voor de arbeiders. “Elke arbeider heeft bovendien een chip, zodat de verantwoordelijken weten wie waar is.”

Een goede organisatie is een must

Het hoofdlandbouwbedrijf ligt in Mutterstadt. Het biologische bedrijf ligt er op 10 km van, in Lambsheim. De glasbouw is wel wat dichterbij, op 600 m. Tussen de 1 en 4 km van het hoofdlandbouwbedrijf bevinden zich de opslagplaatsen voor de machines en de apparatuur, en diverse magazijnen. En het meeste verre perceel? Dat is er een van 12 ha en ligt op 35 km afstand.

Het hoofdlandbouwbedrijf ligt in Mutterstadt.
Het hoofdlandbouwbedrijf ligt in Mutterstadt. - Foto: Fehmel

Het bedrijf staat daarom ook het liefst in voor zijn eigen transport. En dat zijn er heel wat: 2 vrachtwagens, 7 bestelwagens, 6 pick-ups, 7 minibussen, 3 off-road-jeeps, 40 tractoren van 35 - 240 pk en ten slotte nog 30 transportaanhangers 8-16 ton laadvermogen. Ook qua personeel is er geen tekort. Eigenaars Heike en Peter hebben personeel voor de productie, de verkoop, accounting, administratie en zelfs een specialist voor certificatie, documentatie en controleprocedures. Peter en zoon Fehmel baten bovendien het marketingbedrijf FeSa uit. “De naam FeSa is een woordsamenstelling van Fehmel en Saal. Toen het marketingbedrijf werd opgericht, was Monika Saal ook eigenaar. Haar man liet na zijn overlijden een boerderij van 42 ha na.” Ze verzorgen dus de eigen marketing, met groothandel en leveren direct aan foodretailers.

Ondanks de grootsheid van het bedrijf voelen Peter en Heike nog de nood om zich te bewijzen in de markt. “De levensmiddelenhandel/foodretail heeft een sleutelfunctie. We vragen ons af of de merken zoals ‘uit de regio’ en biologische productie zullen blijven werken. En of de detailhandel ons trouw blijft, en zo ja, aan welke prijs. De hoge normen en lonen in Duitsland maken het voor ons bijna onmogelijk om te concurreren”, klinkt het.

Von Heike

Heike Fehmel heeft ook bewezen dat ze ondernemersbloed heeft. Ze creëerde het merk ‘Von Heike’. “Goede smaak is geen kwestie van perfect fruit of perfecte groenten. Wat te krom of te eigenaardig is voor de handel, kan elders gebruikt worden. Alles kan gebruikt worden, ik gooi niets weg. Ik maak mijn eigen specialiteiten zonder kunstmatige toevoegingen en verwerk alles met de hand”, legt ze uit. “Ik startte met de eigen tomaten die niet verkocht konden worden doordat er een klein probleem mee was. Daarna verwerkte ik ook andere groenten om aan een goede hoeveelheid te komen. Een van de producten is bijvoorbeeld tomatensaus. Daarvoor hou ik de tomaten zelfs bij in bigbags die ik invries. Als ik deze wil gebruiken, ontdooi ik ze.”

Heike Fehmel koopt voor haar producten alleen uit de omgeving, zowel van groente- en fruitproducenten evenals regionale groothandelaars. “Dit garandeert de beste kwaliteit en is beter voor het milieu. Dan kan het bijvoorbeeld gaan om paletten aardbeien die niet meer verkocht kunnen worden, en die verwerk ik dan tot bijvoorbeeld marmelade. Of het zijn bessen, want die moeten snel verwerkt worden. En courgettes die te groot zijn geworden, die verwerk ik ook. Die worden versneden en gegrild, en worden verkocht als antipasti. Eigenlijk is het ‘food waste’ dat ik aankoop, dus het kost me niet veel. Er kruipt wel veel werk in.”

“Fijne reacties”

Heike: “Mijn hobby van het maken en het bewaren van eigen producten – meestal tweede keuze of uit eigen tuin – vulde de privékelder. Een boerderijwinkel in Mutterstadt bood aan om de potten met de juiste etiketten te verkopen. Ook begonnen er bestellingen binnen te lopen van particulieren. Het startte ongeveer 30 jaar geleden, en ik ben er nooit mee gestopt.”

Vandaag brengt Heike ongeveer 140 artikelen op de markt. Veel producten hebben dezelfde inhoud, maar zijn te verkrijgen in verschillende verpakkingsmaten. Jaarlijks produceert ze ongeveer 300.000 eenheden. Die worden verkocht op 2 markten per jaar: Boerenmarkt Speyer en Martinsmarkt Erpolzheim. Ze gaan ook van de hand via de webwinkel, boerderijwinkels, slagerijen, plattelandswinkels, wijnbouwcoöperaties enzomeer, maar ook in de levensmiddelendetailhandel, voornamelijk regionaal. “Ik krijg er heel fijne reacties op. Het zijn producten die populair zijn als cadeau, maar die ook populair zijn bij consumenten die willen weten waar hun eten vandaan komt, die duurzaamheid en gezonde voeding hoog in het vaandel dragen en die geen toegevoegde smaakstoffen en toevoegingen willen.”

Marlies Vleugels

Lees ook in Groenten

Vergelijking tussen zaai-, winter- en plantuien

Groenten De uienteelt groeit aan belang in België. Tijdens de studienamiddag ‘Uien telen in een veranderend klimaat’ van het Agentschap Landbouw en Zeevisserij (ALZ) en Proefcentrum Groenteteelt (PCG) deden verschillende presentaties het verschil tussen zaai-, winter- en plantuien uit de doeken, zodat landbouwers een geïnformeerde keuze kunnen maken, met de steeds extremere weersomstandigheden in het achterhoofd.
Meer artikelen bekijken