Startpagina Uw stem

Opinie: Wie het wetenschappelijk kader verdacht maakt, voedt het populisme

In het huidige debat over de hergoedkeuring van glyfosaat bevinden we ons op het cruciale punt waar wetenschap botst met ideologie. Zo stelt Werner De Prins, hoofd van Bayer Benelux, in onderstaand opiniestuk.

Leestijd : 4 min

Vertrouwt u de wetenschap? Meer specifiek: vertrouwt u de wetenschappers die de veiligheid van ons drinkwater, babyvoeding of geneesmiddelen garanderen? Het lijkt absurd, maar dat is exact de vraag die sommigen vandaag opwerpen.

Stemming over glyfosaat

Voor 15 december moet de Europese Unie (EU) een beslissing nemen over een verlengde markttoelating van de onkruidverdelger glyfosaat. Tijdens een eerste stemming op 13 oktober werd ondanks een meerderheid (18 landen die 55% van de EU-bevolking vertegenwoordigen) geen gekwalificeerde meerderheid bekomen (minimum 15 landen, die minimum 65% van de EU-bevolking vertegenwoordigen). Drie landen hebben tegen gestemd. Deze 3 vertegenwoordigen 3% van de Europese bevolking. Zes landen, die circa 42% van de EU-bevolking vertegenwoordigen, hebben zich onthouden.

Zoals voorzien in de Europese regelgeving vraagt Europa voorafgaand aan deze stemming aan verschillende wetenschappelijke instanties om deze stof te evalueren op basis van ernstige en gerespecteerde wetenschappelijke studies en inzichten. De bevoegde wetenschappelijke instanties zoals het Europese Voedselagentschap (EFSA) en het Europees Agentschap voor Chemische Stoffen (ECHA) – dezelfde instanties die ook over babyvoeding of drinkwater gaan – gaven ondertussen al hun groen licht. Op basis van hun wetenschappelijk onderbouwd advies stelde de Europese Commissie dan ook voor om de licentie van glyfosaat te verlengen.

Het belang van wetenschappelijk advies

Dit voorstel tot verlenging zorgt bij bepaalde mensen en organisaties echter voor controverse. Daarbij trekt men de betrouwbaarheid van de wetenschap in twijfel. Uitgerekend die houding is bijzonder verontrustend. Neem nu de klimaatproblematiek: het is de wetenschap die de ernst van het klimaatprobleem heeft aangetoond. Onder andere ngo’s hebben terecht mee aan de kar getrokken om het klimaatprobleem hoog op de politieke agenda te krijgen – daarbij telkens verwijzend naar die wetenschap. Wetenschappelijke controverse is inherent aan wetenschap. In het klimaatdebat vind je zowel wetenschappelijk publicaties met stellingen voor als tegen klimaatopwarming vanwege menselijke activiteit. Daarom werken regelgevende instanties vanuit een brede basis van studies om te komen tot een goed onderbouwde consensus.

Ten eerste is de controle en evaluatie van onze medicijnen, onze voeding en ons leefmilieu van het grootste belang. Daarom is er er binnen Europa voor gekozen om kennis te centraliseren op Europees niveau bij enkele gerespecteerde wetenschappelijke instellingen, aangevuld met de expertise van de wetenschappelijke instellingen uit de verschillende landen. Op die manier vergroten we de expertise en garanderen we de veiligheid van de bevolking. Deze gezamenlijke inspanning brengt niet alleen uiteenlopende kennis samen, ze versterkt ook de invloed van de EU op wereldwijde regelgeving. Bovendien is deze collectieve aanpak de beste garantie voor het welzijn van de Europese burgers.

Ten tweede spelen instanties zoals het Federaal Agentschap voor de Veiligheid van de Voedselketen (FAVV) een cruciale rol in onze huidige samenleving. Ze beschermen de volksgezondheid, ze garanderen de voedselveiligheid en ze handhaven de integriteit van wetenschappelijk onderzoek. Het kritisch benaderen van studies is een gezond onderdeel van het wetenschappelijke proces. Wie echter bewust de geloofwaardigheid en objectiviteit van onze wetenschappelijke instellingen ondermijnt, speelt met vuur. Dan lopen we het risico dat we cruciale beslissingen over veiligheid, voedselzekerheid en sociaaleconomische gevolgen nemen op basis van buikgevoel en persoonlijke overtuigingen in plaats van op wetenschappelijke feiten. In een dergelijk scenario wordt het eigenlijke doel van deze instellingen ondergraven.

Ten derde ondermijnt het in twijfel trekken van wetenschappelijke instanties het vertrouwen van het publiek in de bredere regelgevings- en besluitvormingsprocessen. Wanneer de goede werking en de objectiviteit van deze organisaties voortdurend op basis van het eigen gelijk in twijfel worden getrokken en hun aanbevelingen worden genegeerd, kan dit leiden tot verwarring en scepsis onder de bevolking, wat uiteindelijk schadelijk is voor het welzijn en het vertrouwen van Europese burgers in hun regelgevende systeem.

Wetenschap botst met ideologie

In het huidige debat over de hergoedkeuring van glyfosaat bevinden we ons op zo’n cruciaal punt, waar wetenschap botst met ideologie. Europese wetenschappelijke instanties hebben, na een zorgvuldige evaluatie door middel van een weight-of-evidence benadering, een positief advies gegeven voor deze onkruidverdelger.

Toch blijft er controverse bestaan, waarbij men de wetenschap en het proces erachter in twijfel trekt. Dat is een bijzonder gevaarlijk spel. Zo zagen we bijvoorbeeld al tijdens de Covid-19-pandemie dat twijfel werd gezaaid over wetenschap, wetenschappers en overheidsbeleid – met een opstoot aan populisme en polarisatie tot gevolg. Het negeren van wetenschappelijke consensus ten gunste van persoonlijke ideologieën is een hellend vlak. Gisteren waren het vaccins, vandaag is het glyfosaat. Wat zal het morgen zijn?

Werner De Prins (Bayer Benelux)

Lees ook in Uw stem

Meer artikelen bekijken