Startpagina Akkerbouw

Geen vergoeding meer voor besmetting met wortelknobbelaaltjes

In overleg met de vertegenwoordigers van de aardappelsector zal het Plantenfonds in de huidige fytosanitaire situatie geen vergoeding meer toekennen voor aardappelen besmet met de wortelknobbelaaltjes Meloïdogyne chitwoodi Golden et al. en Meloïdogyne fallax Karssen.

Leestijd : 2 min

De financiële middelen zullen voortaan enkel gebruikt worden voor de quarantaineorganismen bruinrot, ringrot, wratziekte en aardappelspindelknolviroïde (PSTVd).

De termijnen voor de aanvraag van een vergoeding en de uitbetaling ervan zijn overigens verkort tot respectievelijk 4 en 6 maanden om ze in overeenstemming te brengen met de voorwaarden voor de indiening van subsidieaanvragen bij de Europese Commissie. Via “cofinanciering” kan de helft van de uitgaven voor vergoedingen bij de Commissie gerecupereerd worden.

Op 31 december 2017 bedroegen de beschikbare reserves 1.798.730,05 EUR. Vermits het plafond van 1.500.000 EUR dus nog steeds overschreden is, zullen de aardappelproducenten in 2018 geen bijdragen moeten betalen.

Voor de inning van onbetaalde bijdragen van de voorgaande jaren werkt het fonds samen met een advocatenkantoor. Dit leverde voorlopig 10.597,39 EUR op. Alle producenten die na ontvangst van een advocatenbrief hun bijdrage niet betalen, worden gedagvaard voor de rechtbank. Op die manier kon het fonds bijkomend 5.684,53 EUR recupereren.

Het solidariteitsfonds voor aardappelproducenten werd in 2004 bij de Federale Overheidsdienst Volksgezondheid, Veiligheid van de Voedselketen en Leefmilieu opgericht (koninklijk besluit van 5 december 2004). Meer inlichtingen over dit fonds bevinden zich op de website van de FOD Volksgezondheid www.health.belgium.be (rubriek “Dieren en Planten/Planten/Begrotingsfonds planten”).

De website van het FAVV www.favv.be bevat informatie over de fytosanitaire verplichtingen en (voorzorgs)maatregelen tegen quarantaineorganismen.

Lees ook in Akkerbouw

Doordacht maaibeheer: waar let ik op?

Akkerbouw Er zijn dit jaar grote verschillen in grasstand waar te nemen tussen verschillende percelen. Dat is niet verwonderlijk, gezien de grote verschillen in beheer, waartoe we gedwongen werden door deze zeer natte winter en door de natte voorjaarsperiode.
Meer artikelen bekijken