Startpagina Akkerbouw

Resultaten van 27-jarig lopende compostproef gaan internationaal

In Neervelp, nabij Boutersem (Vlaams-Brabant), is al 27 jaar een compostproef aan de gang. De Bodemkundige Dienst van België vzw (BDB) verzorgt deze proef bij akkerbouwer Bastiaan De Hertogh, op een lichte leembodem.

Leestijd : 4 min

Landbouwer Bastiaan hanteert een rotatie van 1 op 2 wintertarwe, afgewisseld met aardappel, suikerbiet, wortel, cichorei of ui. Jaarlijks, tweejaarlijks of driejaarlijks wordt er 15, 30 of 45 ton GFT-compost op de verschillende plots van de proef verspreid.

Deze proef wordt financieel ondersteund door de provincie Vlaams-Brabant en Vlaco, terwijl de compost aangeleverd wordt door Ecowerf. Het is mede dankzij de langetermijnvisie op landbouwkundig onderzoek van de provincie Vlaams-Brabant dat de Bodemkundige Dienst nu langetermijnresultaten kan verzamelen over het gebruik van compost in de akkerbouw.

Internationale erkenning

Het landbouwkundig onderzoek op basis van langetermijnveldproeven wordt internationaal erkend omwille van zijn unieke waarde. De compostproef van Boutersem is daarom ook aangesloten bij 2 verschillende internationale netwerken van langetermijnproeven. Deze netwerken zorgen voor bekendheid en uitwisseling van informatie over de proef met een internationaal publiek. Ze worden beheerd door Bonares, gesponsord door de Duitse overheid (https://tools.bonares.de/ltfe/) en door Glten (https://glten.org/), een onafhankelijke organisatie die begeleid wordt door verschillende onderzoeksinstellingen en universiteiten in het Verenigd Koninkrijk, Brazilië, de Filipijnen, Uruguay, de Verenigde Staten en Zimbabwe.

Deelname aan deze netwerken maakt het mogelijk om de resultaten die verzameld worden zo eenvoudig mogelijk internationaal te delen, wat het verspreiden van praktische informatie over het gebruik van GFT-compost voor landbouwkundige toepassingen ten goede komt.

Aandachtspunten

Recent zijn onderzoekers van de BDB naar het Rothamsted Research-instituut in het Verenigd Koninkrijk afgereisd om resultaten van de compostproef voor te stellen. Er werd voornamelijk gefocust op het stikstofleverende vermogen, op het effect van composttoedieningen op de koolstofopbouw in de bodem en op mogelijke effecten op het nitraatgehalte van de bodem na het groeiseizoen.

Een courante toegepaste dosis is 15 ton compost/ha.
Een courante toegepaste dosis is 15 ton compost/ha. - Foto: TD

Door het stikstofleverende vermogen van compost kan de aanvullende stikstofbemesting verminderd worden zonder opbrengstverliezen. Zo werd er in 2022 in de behandeling waar al 26 jaar jaarlijks 15 ton compost/ha wordt toegediend, 35% minder minerale stikstofmeststof gebruikt voor wintertarwe, in vergelijking met de behandeling waarin geen compost wordt toegediend. Bovendien levert compost, naast stikstof, ook heel wat andere essentiële nutriënten aan (P, K, Mg…), waardoor ook hier bespaard kan worden op aanvullende bemesting.

In de behandelingen met de hoogste compostdosissen is het organische-koolstofgehalte na 26 jaar gestegen van 1% tot ongeveer 2%. De hoogste dosissen die in de proef worden toegediend, zijn echter niet conform de huidige bemestingsnormen. De laagste geteste dosis daarentegen – 15 ton compost/ha – is een courante dosis die perfect mogelijk is binnen de huidige bemestingsnormen, ongeacht de fosfaatklasse van de bodem.

De resultaten van de compostproef tonen aan dat met een tweejaarlijkse en jaarlijkse toediening van 15 ton compost/ha het organischekoolstofgehalte ook al opgekrikt kan worden, met name tot ongeveer 1,2 en 1,4% na 26 jaar (zie figuur 1). In figuur 1 duiden de grijze stippellijnen op de landbouwkundige optimale streefzone voor een lichte zandleembodem, waarbinnen het organischekoolstofgehalte optimaal is.

Figuur 1: Het organischekoolstofgehalte in de bodem gemeten tot 23 cm bodemdiepte, na 26 jaar compostproef.
Figuur 1: Het organischekoolstofgehalte in de bodem gemeten tot 23 cm bodemdiepte, na 26 jaar compostproef. - Bron: BDB.

Dosiseffect

Bij toenemende compostdosissen – en dus een toenemend koolstofgehalte in de bodem na verloop van tijd – neemt de mineralisatiecapaciteit van de bodem toe, met een hoger risico op een hoger nitraatgehalte van de bodem in het najaar tot gevolg. Uit analyses van de voorbije jaren blijkt dat bij hoge dosissen compost en de bijhorende stijgingen van het organischekoolstofgehalte regelmatig een (te) hoog nitraatgehalte wordt waargenomen.

Wanneer we echter enkel naar de laagste compostdosis (15 ton/ha) kijken, is het effect minder duidelijk (zie figuur 2). Toediening van een drie- of tweejaarlijkse of van een jaarlijkse dosis van 15 ton/ha leidt zowel tot hogere als tot gelijkaardige nitraatgehalten van de bodem ten opzichte van de behandeling waarin enkel minerale stikstof gebruikt wordt. In bepaalde jaren worden zelfs lagere nitraatgehalten gemeten. In figuur 2 duiden de blauwe balken op de resultaten van het nitraatgehalte waarbij enkel minerale stikstofmeststof gebruikt wordt. De verschillende groene balken zijn de resultaten van de compostbehandelingen waarbij driejaarlijks, tweejaarlijks en jaarlijks 15 ton compost/ha wordt toegediend.

Figuur 2: Het nitraatgehalte van de bodem na het groeiseizoen van de hoofdteelt, gemeten tot 90 cm diepte.
Figuur 2: Het nitraatgehalte van de bodem na het groeiseizoen van de hoofdteelt, gemeten tot 90 cm diepte. - Bron: BDB.

Waardevolle info

In de 27 jaren van de GFT-proef in Boutersem werd er dus al heel wat waardevolle informatie verzameld. Het stikstofleverende vermogen van GFT-compost, het positieve effect op het organischekoolstofgehalte en de indirecte positieve gevolgen op de bodemkwaliteit (vochthoudend vermogen, bodemstructuur, bodemleven…) zijn factoren die het praktische gebruik van compost in de landbouw ondersteunen.

In Boutersem wordt er gft-compost gebruikt die door Ecowerf geproduceerd wordt.
In Boutersem wordt er gft-compost gebruikt die door Ecowerf geproduceerd wordt. - Foto: TD

Verder kan er aangetoond worden dat bij gebruik van lage dosissen compost het effect op het nitraatgehalte in de bodem na het groeiseizoen mogelijk beperkt blijft. Dankzij zijn experimentele opzet en langetermijnkarakter blijft de compostproef ook nu nog zeer waardevol en uniek, niet alleen binnen Vlaanderen, maar ook op internationaal vlak.

Mieke Verbeeck, Mia Tits, Stijn Martens en Annemie Elsen

Lees ook in Akkerbouw

Impact hagelbuien en uitbreiding bladziektes bij wintertarwe

Granen Het Landbouwcentrum Granen gaf woensdag 24 april een overzicht van de toestand van wintergranen op hun waarnemingspercelen tijdens de eerste helft van deze week. Zo wordt er meer dan enkel bladziekten waargenomen: lokaal werd de impact van enkele hagelbuien duidelijk. Op vlak van ziekteaantasting breidden bladseptoria en bruine roest afgelopen week verder uit en ook gele roest breidde lokaal uit.
Meer artikelen bekijken