Startpagina Akkerbouw

Zonnebloemteelt: Praktijkpunt Landbouw kleurt Vlaamse velden geel

Praktijkpunt Landbouw Vlaams-Brabant voert onderzoek naar de teelt van zonnebloemen in Vlaanderen. In het najaar van 2023 deelden de onderzoekers hun voorlopige resultaten.

Leestijd : 7 min

Even terug naar 2022: de oorlog in Oekraïne zorgde toen voor een schaarste aan zonnebloemolie in Vlaamse winkelrekken. Het conflict destabiliseerde de wereldwijde teelt van zonnebloemen: historisch gezien zijn Rusland en Oekraïne de twee grootste producenten van zonnebloemen en van zonnebloemolie.

Een aantal Vlaamse landbouwers sprongen dat jaar nog in het gat in de markt, waarna Praktijkpunt Landbouw Vlaams-Brabant een reeks gewasproeven begon om de mogelijkheden te onderzoeken van zonnebloemteelt in Vlaanderen. In onze regio is deze teelt immers nog minder courant dan in Wallonië en Frankrijk, waar boeren de bloem al vaker opnemen in hun teeltarsenaal.

Afzetmarkt

De afzetmarkt in Vlaanderen is daardoor wel nog niet zo ontwikkeld. Samen met de telers gaat Praktijkpunt Landbouw Vlaams-Brabant op zoek naar mogelijke eindproducten van de zonnebloem.

De voornaamste afzetmarkt voor zonnebloempitten in Vlaanderen is momenteel nog de productie van vogel- en knaagdierenvoer, waarbij het mogelijk is om in kleinere volumes te leveren. Zonnebloempitten bedoeld voor menselijke consumptie leveren wellicht meer inkomen op, maar moeten eerst gepeld worden. Praktijkpunt Landbouw zoekt momenteel naar manieren om het pelproces te stroomlijnen. Zowel de bakkerijsector – waar ze de pitten verwerken in graanmixen – als de ontbijtgranenindustrie zouden interesse getoond hebben in zonnebloempitten uit Vlaanderen.

Zonnebloempitolie is natuurlijk een vanzelfsprekende afzetmarkt, maar voor de productie van zonnebloemolie heb je grote volumes zonnebloempitten nodig. Landbouwers die hiervoor willen leveren, moeten dus voldoende productie hebben. Vaak zijn er ook strengere afzetvoorwaarden verbonden aan de leveringen. Een producent zoals Oleum in Oudenaarde is wel bereid om kleinere volumes af te nemen in afspraak met de landbouwer. De enige voorwaarde voor Oleum is dat landbouwers een oleïsche variant leveren die beter is voor frituurtoepassingen. Soms wordt de perskoek, een eiwitrijk restproduct van de zonnebloemolieproductie, gebruikt voor veevoeder.

Er zijn nog andere mogelijke afzetproducten voor zonnebloemen, onder andere in de korte keten. Voor de hand liggend is de verkoop van zonnebloemen als snijbloem, maar er zijn bedrijven die polymeer maken op basis van de restproducten van de verwerking van pitten en de vezels van de bloemstengels kunnen dienen als bouwmateriaal. Een chef-kok en student van de University Colleges Leuven-Limburg (UCLL) ontwikkelen momenteel recepten waarin ze verschillende delen van de zonnebloem verwerken.

Rassenkeuze

Beschikbare rassen zonnebloemen zijn telkens aangepast aan hun beoogde doel: consumptie, snijbloemen… Bij de rassen bedoeld voor zonnebloemolieproductie kan je een onderscheid maken tussen linoleïsche en oleïsche zonnebloemrassen.

Linoleïsche zonnebloemen kennen een lange geschiedenis van veredeling. Daardoor zijn er meer rassen beschikbaar met een goede ziektetolerantie en een breder scala wat betreft kenmerken als vroegrijpheid, opbrengst, legergevoeligheid... Zonnebloemolie is wel ongezonder, omdat het belangrijkste bestanddeel linolzuur of omega-6 is, een van de minst gezonde onverzadigde vetzuren.

Bij de rassen bedoeld voor zonnebloemolieproductie kan je een onderscheid maken tussen linoleïsche en oleïsche zonnebloemrassen.
Bij de rassen bedoeld voor zonnebloemolieproductie kan je een onderscheid maken tussen linoleïsche en oleïsche zonnebloemrassen. - Foto: Praktijkpunt Landbouw Vlaams-Brabant

Oleïsche zonnebloemrassen bestaan daarentegen nog maar sinds midden jaren 90, waardoor die minder goed tegen ziektes kunnen. De olie die hiervan gemaakt wordt, is wel gezonder. Het hoofdcomponent ervan is oliezuur of omega-9, een enkelvoudig onverzadigd vetzuur. Zonnebloempitten met meer oliezuur zijn meer geschikt voor bijvoorbeeld frituurolie. Oliezuur is ook beter bestand tegen langdurige verhitting, waardoor de vraag naar linoleïsche zonnebloemolie daalt.

De vroegrijpheid van een zonnebloemras is ook belangrijk om in rekening te houden bij de selectie ervan. Zonnebloemteelt is perfect mogelijk in België, maar de klimatologische omstandigheden zijn niet dezelfde als die in Zuid-Frankrijk. Om onder droge omstandigheden op rijp te kunnen oogsten, kiezen telers het best voor zeer vroegrijpe rassen, zoals de boeren dat in Noord-Frankrijk doen. De ziektegevoeligheid van een ras kan belangrijk zijn tijdens nattere zomers.

Praktijkpunt Landbouw deed ervaring op met de rassen ES Idillic van Lidea, LG 50.418 HOV van LG, RGT Capitoll van RAGT, Delicio CLP van KWS en SY Arco van Syngenta, en plant een nieuwe rassenproef in 2024. De rassen voor deze proef liggen nog niet helemaal vast.

Voordelen

Een van de voordelen van zonnebloemen is dat de teelt ervan weinig tijd vraagt. Zonnebloemen vragen ook weinig tot geen input van stikstof en dus weinig bemesting. De zonnebloem kan tegen een stootje en is zeer goed bestand tegen extreme weersomstandigheden door klimaatverandering. Door zijn diepe wortels (2 tot 3 m) gedijt de bloem goed in droog en warmer weer, maar in theorie kan het ook goed tegen veel neerslag. Langdurige natte omstandigheden zorgen echter voor een ideaal klimaat voor schimmels. Zo ging na de natte zomer van 2023 een deel van de opbrengst verloren op veel zonnebloemvelden in ons land.

Praktijkpunt Landbouw geeft aan dat zonnebloemen bij veel landbouwers naadloos een plek kunnen innemen in hun teeltrotatie naast granen en maïs. Een uitbreiding van je teeltplan met verschillende gewassen zorgt sowieso voor een spreiding van de risico’s.

Zonnebloemen zijn een extra bloeiend gewas, waar bestuivende insecten, zoals bijen, dol op zijn.
Zonnebloemen zijn een extra bloeiend gewas, waar bestuivende insecten, zoals bijen, dol op zijn. - Foto: Praktijkpunt Landbouw Vlaams-Brabant

Daarnaast draag je met de teelt van zonnebloemen een steentje bij aan de verbetering van de biodiversiteit en bodemkwaliteit in en rond je velden. Zonnebloemen zijn een extra bloeiend gewas, waar bestuivende insecten, zoals bijen, dol op zijn. Je oogst ook enkel de bloemhoofden van zonnebloemen. De rest van de plant blijft achter op de velden en zorgt voor de opbouw van humus in de bodem. Dit verbetert de sponswerking ervan, waardoor de bodem op langere termijn beter bestand is tegen grote hoeveelheden neerslag.

De grote, gele bloemen ogen veel bekijks bij de wandelaars en fietsers op het platteland. Praktijkpunt Landbouw ontvangt dan ook positieve reacties op hun plannen om de zonnebloemteelt in de kijker te zetten. Velden vol zonnebloemen vormen een meerwaarde voor de plattelandsbeleving en de populariteit helpt bij de uitbouw van de verdere keten.

Nadelen

Vogels zijn jammer genoeg dol op de zaden van zonnebloemen en kunnen hele velden kaalvreten. Zo ging tijdens testen in Wallonië 80 tot 90% van velden verloren aan de vraatzucht van vogels zoals bosduiven. Praktijkpunt raadt zonnebloemtelers dan ook aan om vogelwerende methodes, zoals een valse roofvogel of jagers, tijdig voor te bereiden. In droge periodes knaagt wild, zoals hazen, wel eens aan de stengels op zoek naar vocht.

Voor de teelt van zonnebloemen heb je ook bepaalde nodige landbouwmachines nodig: om te zaaien heb je een precisiezaaimachine, zoals een bietenplanter, nodig. Indien je wil oogsten met een maaidorser, moet je een aangepaste coupe installeren om te veel verlies te vermijden.

Gewasbescherming

De zonnebloem is een nieuwe teelt in Vlaanderen, waardoor maar weinig gewasbeschermingsmiddelen erkend zijn. Praktijkpunt schetste tijdens de presentatie een somber vooruitzicht van de mogelijkheid tot nieuwe erkenningen: veel actieve stoffen werden afgekeurd of de aanvraag ervan zit vast in lange procedures met weinig uitzicht op goedkeuring door het huidige politieke klimaat. Wel proberen ze samen met Waalse collega’s alsnog producten op federaal niveau erkend te krijgen.

Erkende chemische gewasbeschermingsmiddelen voor de zonnebloemteelt zijn de volgende (de meest actuele stand van zaken is te vinden op Fytoweb): Agil & Zetrola (propaquizafop) en Brixton (clethodim) dienen om onkruid tegen te gaan. Eradicoat Max (maltodextrine) en Teflix (teflutherin) zijn insecticides. Die laatste mag wel enkel tijdens het zaaien gebruikt worden.

Lalstop Contans WG (Coniothyrium minitans stam CON/M/91-08), Trianum-P (Trichoderma harzianum stam T-22) zijn eerder biocontroleorganismen, schimmelsporen die zorgen voor een betere bodemweerbaarheid. De middelen zijn zinvol om ziektes te voorkomen.

Praktijkpunt Landbouw behaalde tijdens onkruidbeheersingsproeven met mechanische onkruidbeheersing met behulp van wiedeg en schoffel een proper resultaat. Door de zaaidichtheid te verhogen met 10% wordt vlot gecompenseerd voor eventuele uitval door het wiedeggen. Daarnaast wil Praktijkpunt verder de optie van zonnebloemen in mengteelt bekijken als mogelijk alternatief voor onkruidbeheersing.

Enkele aandachtspunten

Tijdens de presentatie van Praktijkpunt Landbouw werd het volledig teeltproces, van perceelskeuze tot oogst, bewaring en verkoop uit de doeken gedaan. Enkele aandachtspunten worden hier uitgelicht.

Te koude temperaturen zorgen voor een trage opkomst van de teelt. Schimmelaantasting, een ongelijke en lagere opkomst en insectenvraat zijn ook een risico bij koude temperaturen. In het ergste geval moet je opnieuw zaaien. Tegelijk geeft Praktijkpunt aan dat je het best zo vroeg mogelijk in het seizoen zaait. Zelf mikken ze op midden april.

In 2023 zaaide Praktijkpunt Landbouw op 21 april, maar het duurde tot half mei voor het weer warmer en droog werd. In Wallonië hebben een aantal telers pas in mei kunnen zaaien en uit Frankrijk kwamen ook berichten over een late zaai. Het najaar van 2023 was ook erg nat, waardoor de afrijpingsperiode stilviel of trager verliep. Praktijkpunt Landbouw raadt dan ook vroegrijpe tot zeer vroegrijpe rassen aan, wat de kans verhoogt dat de zonnebloemen oogstklaar zijn wanneer het begin en/of einde van het groeiseizoen tegenvalt.

In 2024 zet Praktijkpunt Landbouw een reeks rassenproeven op, waaronder veelbelovende zonnebloemrassen die al getest werden in Wallonië en enkele nieuwe rassen, zoals zeer vroegrijpe zonnebloemrassen.
In 2024 zet Praktijkpunt Landbouw een reeks rassenproeven op, waaronder veelbelovende zonnebloemrassen die al getest werden in Wallonië en enkele nieuwe rassen, zoals zeer vroegrijpe zonnebloemrassen. - Foto: Praktijkpunt Landbouw Vlaams-Brabant

Uit bemestingsproeven in Wallonië kan Praktijkpunt Landbouw voorzichtig concluderen dat zonnebloemen weinig tot geen bemesting nodig hebben. Je kan zelfs het best geen bemesting toevoegen als je al een goede bodem hebt, want bemesting verhoogt de ziektedruk. Zonnebloemen die weinig bemesting gekregen hebben, produceren ook meer olie.

Wat betreft mogelijke ziektes, meldt Praktijkpunt Landbouw dat die maar in beperkte maten aanwezig waren in vergelijking met andere landen. De voornaamste boosdoener was sclerotinia, zeker in combinatie met aardappelen en composieten zoals witloof in de teeltrotatie. Sclerotinia zorgde in die gevallen voor catastrofale verliezen. Praktijkpunt Landbouw geeft dan ook mee dat je zonnebloemen zeker niet voor of na een teelt mag zetten die sclerotiniagevoelig is. Vogels, hazen, slakken, ritnaalden, bladluizen, aardvlooien en schildwantsen kunnen eventueel zonnebloemen aantasten.

Gestabiliseerde prijzen

Sinds 2022 zijn de prijzen van zonnebloemen terug gestabiliseerd. Net na de uitbraak van de oorlog tussen Rusland en Oekraïne bereikte die prijs nog een hoogtepunt van 970 euro per ton. De meest recente prijs in Frankrijk was eerder rond de 390 euro per ton. Praktijkpunt Landbouw geeft wel nog aan dat het conflict in Oekraïne nog even een factor zal blijven, maar dat het moeilijk is om een voorspelling te maken over hoe de prijs zal evolueren in de toekomst.

Het project 'Zonnebloemteelt fleurt Vlaams-Brabantse landschap op', mede mogelijk gemaakt door cofinanciering uit Platteland Plus bestaat uit middelen van Vlaanderen en provincie Vlaams-Brabant en zal nog een jaar lopen, tot 30 juni 2025. Komend jaar zetten ze een reeks rassenproeven op, waaronder veelbelovende zonnebloemrassen die al getest werden in Wallonië en enkele nieuwe rassen, zoals zeer vroegrijpe zonnebloemrassen.

Landbouwers met interesse om zelf zonnebloemen te telen, kunnen altijd contact opnemen met Praktijkpunt Landbouw: praktijkpuntlandbouw@ vlaamsbrabant.be.

Thor Deyaert

Lees ook in Akkerbouw

Impact hagelbuien en uitbreiding bladziektes bij wintertarwe

Granen Het Landbouwcentrum Granen gaf woensdag 24 april een overzicht van de toestand van wintergranen op hun waarnemingspercelen tijdens de eerste helft van deze week. Zo wordt er meer dan enkel bladziekten waargenomen: lokaal werd de impact van enkele hagelbuien duidelijk. Op vlak van ziekteaantasting breidden bladseptoria en bruine roest afgelopen week verder uit en ook gele roest breidde lokaal uit.
Meer artikelen bekijken