Aantal arbeidsplaatsen in landbouw blijft dalen
Het aantal arbeidsplaatsen in de EU-landbouw blijft afnemen. In 2030 zijn volgens nieuwe ramingen nog 6,6 miljoen mensen actief in de land- en tuinbouw, en dat is 28 procent minder dan in 2017. Mensen kiezen vaker voor ander soort werk, maar deels is de uitstroom ook gevolg van investeringen in technologie die arbeidsuren bespaart.
De komende jaren blijft de hoeveelheid mensen die actief is in de landbouw verder afnemen. Volgens een rapport dat is opgesteld voor de Europese Commissie, is werk in de landbouw door veel jongeren niet attractief. Daarnaast biedt het platteland buiten de landbouw nog altijd betrekkelijk weinig aantrekkelijk werk. De infrastructuur is vaak niet optimaal en er is niet zelden weinig openbaar vervoer. Het gevolg is dat vooral jongeren naar de steden blijven trekken en daarmee fysiek ook verder verwijderd raken van werk in de agri- en foodsector.
Landbouwers investeren onder meer in precisielandbouw, een vrij nieuwe technologie waarbij planten en dieren steeds meer individueel benaderd kunnen worden en processen worden geautomatiseerd. Boeren investeren meer omdat technologieën nieuw beschikbaar komen of omdat ze betaalbaarder worden. Bedrijven investeren ook omdat ze gemiddeld steeds groter zijn. Hoewel het aantal boerenbedrijven de afgelopen 10 jaar al flink is afgenomen, lijkt het einde nog niet in zicht. Grotere bedrijven hebben vaak meer financiële mogelijkheden te investeren en voelen ook meer noodzaak nieuwe technologie in te zetten.
De komende jaren komt daar nog een extra factor bij: de olieprijs is relatief laag geweest wat voor boeren fors lagere dieselkosten heeft betekend. Daar komt bij dat de economie stevig lijkt te groeien in de EU, waarvan de landbouw ook kan meeprofiteren. De rente is bovendien vanwege het stimuleringsbeleid van de Europese Centrale Bank vrij laag.
In 2017 waren 9 miljoen mensen werkzaam in de agrarische sector. Dat is 2,5 miljoen mensen minder dan in 2007. In 2030 zal het aantal verder gedaald zijn tot 6,6 miljoen. Jaarlijks neemt het aantal mensen dat in de landbouw werkt dus af met ruim 3 procent.
Meer productiewaarde
De waarde van de agrarische productie in de EU blijft ondertussen toenemen. In 2015 bedroeg de totale productiewaarde ruim 400 miljard. In 2030 zal dit bedrag volgens de rapporteurs zijn opgelopen tot 500 miljard. Jaarlijks zal de productiewaarde met gemiddeld circa 2 procent oplopen. Dat betekent niet dat ook de landbouwer netto steeds meer over houdt. De kosten lopen in de periode op met gemiddeld 2,5 procent per jaar. De oplopende kosten zijn gevolg van een herstel van energieprijzen maar ook een oplopende graanprijs. De relatief lage graanprijs hield lang de voerkosten beperkt.
