Startpagina Melkvee

Nederlandse melkproductie daalt, liquiditeit stabiel

De Nederlandse melkproductie is over de eerste vijf maanden van 2018 gedaald, rapporteert Rabobank. De daling is hoofdzakelijk gevolg van de invoering van het fosfaatrechtenstelsel en de generieke korting van de veestapel. Ten opzicht van dezelfde periode in 2017 daalde de melkproductie in Nederland met 1,3 %. De daling bij de Noorderburen kan de Belgische melkprijs een beetje helpen.

Leestijd : 3 min

Gedurende de maanden april en mei was er zelfs sprake van een daling van 1,7% en 1,5%. De Rabobank – met afstand de grootste financier van de landbouw in Nederland – gaat uit van een daling van 2 % over heel 2018. De daling volgt op een periode van onstuimige groei die volgde op de afschaffing van het melkquotum per 1 april 2015. De groei, ook in bijvoorbeeld Ierland, droeg bij aan overschotten op EU-niveau.

Kleinere veestapel

De Nederlandse melkveestapel lag volgens het Centraal Bureau voor de Statistiek in Den Haag in april met 4 miljoen stuks 4% lager dan een jaar eerder. Bedrijven deden vooral jongvee weg. Het aantal volwassen melkkoeien daalde met 64.000 stuks tot 1,63 miljoen. Meer productiviteit kan hiervoor onvoldoende compenseren. Vanuit het Belgische perspectief is de rem op groei in Nederland positief, omdat het aanbod beperkt.

De groei maakte dat de sector meer fosfaat produceert dan een binnen de EU afgesproken limiet. Vanaf 1 januari 2018 mogen bedrijven met bedrijfsmatig gehouden melkvee niet méér fosfaat produceren dan het aantal fosfaatrechten dat u heeft. Fosfaatrechten worden uitgedrukt in kilogrammen fosfaat: 1 recht is 1 kilogram fosfaat.

Omdat de totale hoeveelheid fosfaatrechten te groot is om de fosfaatproductie weer onder het EU-plafond te brengen, worden de fosfaatrechten afgeroomd met een kortingspercentage van 8,3%. Bedrijven die in 2015 volledig grondgebonden waren, hoeven geen kortingspercentage op hun veestapel toe te passen. Bedrijven die een ‘relatief’ klein fosfaatoverschot hadden, worden gedeeltelijk ontzien.

“Melkveehouders hebben sinds begin 2018 te maken met fosfaatrechten en zijn aangekomen op een cruciaal moment”, zegt Marijn Dekkers, sectorspecialist van de Rabobank. “Wanneer in de tweede helft van het jaar te veel vee gehouden wordt ten opzichte van de fosfaatrechten betekent later in het jaar mogelijk veel vee afvoeren.”

Het is voor Nederlandse melkveehouders daarom belangrijk om te bedenken hoeveel vee zij het komend jaar willen houden en na te gaan wat hun rechten zijn. “Wellicht zijn er voldoende rechten middels de ontvangen beschikking van de Rijksdienst voor Ondernemend Nederland. “Zo niet, dan kunnen kopen, leasen of samenwerkingen oplossingen zijn voor het onderliggende vraagstuk”, aldus Dekkers.

De knelgevallenregeling is zeer beperkt vastgesteld, vindt Rabobank. “Als Rabobank zijn we in gesprek om met bedrijven die een mismatch hebben in stalcapaciteit ten opzichte van fosfaatrechten om continuïteit te bieden. Dit kan op verschillende manieren. Fosfaatrechten aankopen, niets doen of samen 2018 overbruggen om in 2019 weer opnieuw de balans op te maken.”

Per bedrijf moet volgens Dekkers bekeken worden welke strategie het beste gevolgd kan worden. De prijs voor fosfaatrechten is opgelopen. Veel bedrijven zijn het jaar gestart met meer koeien dan de rechten eigenlijk toestaan. Omdat de liquiditeitspositie van bedrijven vrij goed is, worden de rechten goed betaald.

Geen prijsdal

De liquiditeit van het gemiddelde Nederlandse melkveebedrijf is door de wat verbeterde melkprijzen relatief stabiel. Rabobank ziet redelijke prijzen voor kazen. Omdat de kaasproductie daarom op peil blijft, lijkt het aanbod van boter langere tijd achter te blijven bij de vraag. Het is volgens de bank een spanningsveld: boter levert goed op maar in het productieproces houdt je ook het minder betaalde magere melkpoeder over.

Marktanalist Richard Scheper van de Rabobank: “De eerste tekenen van omslag en stijging zijn er. Met vertrouwen kijken we naar de rest van het jaar. Hoewel we in dure maanden zitten van insteek voor maisteelt en oogst van eerste twee snedes gras, is de prijs geen spelbreker in de liquiditeitsontwikkeling.” Concreet gezien wordt het derde kwartaal sowieso een verbeterde prijs verwacht, niet alleen door Rabobank maar ook bijvoorbeeld Milcobel.

De eerste twee snedes van de grasoogst zijn in de meeste delen van Nederland onder uitstekende omstandigheden in de kuil gekomen. Dit zorgt voor een goede basis onder de ruwvoervoorraad, welke op de meeste melkveebedrijven nog ruim waren. De voorraad en geoogst voer in 2018 zorgen voor een basis in dit ruwvoerjaar. Scheper: “Een ruime ruwvoervoorraad in combinatie met het optimaal benutten van eigen ruwvoer is ook een vorm van een buffer opbouwen.”

JCB

Lees ook in Melkvee

Meer artikelen bekijken