Startpagina Akkerbouw

Prosulfocarb: “Gebruik het niet in graangewassen, tenzij het echt nodig is!”

Prosulfocarb is een bekende werkzame stof in herbiciden. Zowel in granen en aardappelen als in groenten wordt het met succes toegepast. Door drift komt de stof echter al te vaak in het verkeerde gewas terecht, vooral in het najaar. “Wees voorzichtig bij het behandelen”, geeft Edward Vander Linden van Syngenta mee. “We moeten ervoor zorgen dat elk middel dat we nog hebben, behouden blijft en terechtkomt waar het thuishoort.”

Leestijd : 3 min

Middelen moeten terechtkomen waar ze nodig zijn. Zo is het ook voor prosulfocarb bevattende middelen, zoals Defi en Spow van Syngenta en Fidox van Globachem. Prosulfocarb bevattende middelen mogen gebruikt worden in tal van teelten, om zowel grasachtige als tweezaadlobbige onkruiden te bestrijden. In groenten wordt het bijvoorbeeld toegepast in prei, pastinaak en wortelen. Daarnaast wordt het gebruikt in allerhande winter- en zomergranen en vooral in aardappelen.

“In het verleden, en zeker in het afgelopen najaar, werd echter melding gemaakt van residu PSC op niet behandelde gewassen, voornamelijk op peterselie en boerenkool bij de oogst”, vertelt Edward Vander Linden van Syngenta.

Hij geeft aan dat de oorzaak zo goed als zeker ligt bij de toepassing in de wintergranen in het najaar. “Als er sprake is van drift, komt de actieve stof terecht op nabijgelegen percelen, en dit heeft grote gevolgen voor de teler”, geeft hij nog mee. “Hoewel de teler een product niet gebruikt heeft, vindt die toch residu terug van prosulfocarb. Vaak blijkt dan na analyse dat het residu boven de toegestane MRL komt, waardoor hij niet kan leveren aan de veiling of verwerkende industrie.”

Etiket aanpassen

Vander Linden trekt daarom aan de alarmbel. “Het is zowel goed voor de industrie, de landbouwer en de veiling om zeer voorzichtig om te springen met prosulfocarb”, duidt hij. Syngenta besprak de problematiek alvast samen met anderen, zoals boerenorganisaties, de veilingen, verwerkende industrie, alsook met de overheden.

Het resultaat is dat er nu extra beperkingen zijn op het etiket op het vlak van toepassing, met als doel de residuproblematiek op niet-doelwitgewassen te voorkomen. Wat verandert er nu in de toelating van PSC-bevattende middelen? Voor alle teelten, met uitzondering van wintergranen, mag PSC niet meer gebruikt worden tussen 1 september en 1 maart.

Voor toepassing in wintergranen mag PSC nog enkel gebruikt worden ter bestrijding van eenjarige resistente grasachtige onkruiden (duist en windhalm). Het mag niet toegepast worden wanneer er nog te oogsten groenten, kruiden of fruit aanwezig zijn op aangrenzende percelen en een toepassing tussen 1 september en 1 maart is verboden in West-Vlaanderen (met uitzondering van de Polders).

Vander Linden hamert erop om enkel het product te gebruiken als het echt nodig is. Zo heerst in de Polders het probleem van resistente duist. “Om dat probleem niet te laten uitbreiden, is het belangrijk dat prosulfocarb kan gebruikt worden en gebruikt kan blijven worden.”

Driftreductie aanmoedigen

Op het etiket wordt bovendien het advies gegeven om in alle teelten, naast minimum 90% driftreducerende technieken ook aandacht te besteden aan goede landbouwpraktijken. Zo wordt het afgeraden om te spuiten bij veel wind en aangeraden om voldoende water te gebruiken (200-400 l/ha), de rijsnelheden aan te passen en een spuitboomhoogte van 50 cm te hanteren (met doppen op 110° en op 50 cm afstand).

Verantwoordelijkheid landbouwer

Vander Linden richt zich in zijn boodschap vooral naar de landbouwers en loonsproeiers. Het is volgens hem mede de verantwoordelijkheid van de landbouwer om het product correct toe te passen. “Binnen enkele weken, in het najaar, zullen tal van landbouwers de onkruidbestrijding granen uitvoeren, en het is van het grootste belang dat dit gebeurt volgens de regels van het etiket en de adviezen. We hebben al weinig middelen. Laten we de middelen die we nog hebben zo veel mogelijk beschermen, want we weten dat als er een product verdwijnt, er niet gemakkelijk een efficiënt product in de plaats komt.”

Marlies Vleugels

Lees ook in Akkerbouw

Correct rekenen met dierlijke mest

Maïs Op heel wat percelen in Vlaanderen wordt een groot deel van de bemesting ingevuld met dierlijke mest. Gebruik van dierlijke mest vraagt een beredeneerde aanpak. Hoe kies ik de juiste mestsoort? Hoeveel dien ik wanneer toe? Op welke manier? De variabele samenstelling van dierlijke mest en inschatten hoeveel of wanneer de aanwezige nutriënten vrijkomen, zijn belangrijke aandachtspunten.
Meer artikelen bekijken