Voorzichtig omgaan met nitraat
Hoe meer koeien er op stal blijven, hoe beter de uitstoot van nitraat, stikstof en ammoniak onder controle kan gehouden worden. Nochtans vermindert ook beweiding de nitraatuitstoot. Nitraat als veevoederadditief verhoogt het stikstofgehalte van de mest.
In de parlementaire commissie Landbouw greep Joris Nachtergaele (N-VA) de koe bij de horens. Hij wenste van minister Hilde Crevits (CD&V) te weten welke omkadering zij aan de Vlaamse landbouwers biedt om met de nodige voorzichtigheid om te gaan met nitraat – en bij uitbreiding alle andere additieven – om de volksgezondheid en de dierengezondheid te beschermen. Kortgeleden keurde de Vlaamse Regering een ontwerp van besluit goed waarbij men een vergoeding wil toekennen voor de verstrekking van veevoeder met een methaanreducerend effect aan melkvee.
Melkveehouder verantwoordelijk
De minister verduidelijkte dat de voedermaatregelen met impact op enterische emissies goedgekeurd worden op basis van een advies van een wetenschappelijke werkgroep binnen het convenant Enterische emissies. Nitraat zit in plantaardige grondstoffen zoals vers gras. Het voedermiddel is ook aanwezig in de ruw- en krachtvoeders. Toevoeging van nitraat in het voederrantsoen impliceert een correctie op de eiwitbalans. De melkveehouder is daar, in samenspraak met zijn voederadviseur, aansprakelijk voor. Een melkveehouder die deelneemt aan de maatregel moet de toegepaste rantsoenberekeningen en de facturen ter beschikking houden.
Minister Crevits stipte nog aan dat de evaluatie van dit initiatief rond voederadditieven niet voor onmiddellijk is, maar dat het zal meegenomen worden naar de verdere beoordeling van het hele gemeenschappelijke landbouwbeleid.
