Bloemrijke akkerranden kunnen de biodiversiteit op en rondom het landbouwbedrijf verhogen. Daarnaast geven ze de natuurlijke plaagbeheersing in het gewas een duwtje in de rug. Om het juiste mengsel voor het landbouwbedrijf te kiezen, moet men rekening houden met 4 factoren. De soortensamenstelling van het mengsel bepaalt welke nuttigen aangetrokken worden. Bloemen van korenbloem en wikke bijvoorbeeld bevatten veel extraflorale nectar, die eenvoudig toegankelijk is voor natuurlijke vijanden. Wel moet erop gelet worden dat de juiste soorten worden aangetrokken. Heeft men kolen in de rotatie, dan gebruikt men het best geen koolachtigen in het bloemenmengsel om plaagsoorten zoals koolvlieg te vermijden.
Ook timing is een belangrijke factor. Men kan het best de bloei zo vroeg mogelijk starten en zo lang mogelijk laten aanhouden, zo voorziet men nuttigen voor een lange periode van nectar en pollen. Ten slotte moet de landbouwer rekening houden met de ligging. Hou er rekening mee dat zo’n bloemenstrook zon nodig heeft. Onderzoek toonde aan dat een bloemenstrook een impact heeft tot 50 m in het veld. Om de 100 m is er dus een rand nodig om efficiënt te zijn.
Een correcte aanleg en beheer zijn essentieel om tot een functionele en bloemrijke rand te komen. Meerjarige randen zijn in dat opzicht eenvoudiger te handhaven. Inzaai in de herfst geeft de beste resultaten. Om de onkruiddruk zo laag mogelijk te houden, is de aanleg van een vals zaaibed voor inzaai aangewezen.
Op 20 mei werden er op de proefhoeve meerdere commerciële mengsels ingezaaid. Deze mengsels zullen in de loop van het groeiseizoen worden gemonitord op de aantallen en soorten insecten. Elk mengsel bevat gemiddeld 25 soorten, maar slechts ongeveer de helft zal tot uiting komen, afhankelijk van de bodem en het klimaat.
MV