Startpagina Varkens

Dubbele verjaardagsviering belicht meerwaarde van de ILVO-onderzoeksstallen

De melkveestal en de Varkenscampus van het Instituut voor Landbouw-, Visserij- en Voedingsonderzoek (ILVO) werden respectievelijk in oktober 2014 en april 2015 ingehuldigd. Hoog tijd dus om de realisaties in beide onderzoeksstallen in de kijker te zetten. Deze stallen zijn immers zowel belangrijk voor het praktijkonderzoek als voor onderwijsdoeleinden.

Leestijd : 7 min

Wie in de regio Merelbeke-Melle ietwat thuis is, kent de grote site van het Instituut voor Landbouw-, Visserij- en Voedingsonderzoek (ILVO). Daar werden goed een decennium geleden kort na elkaar 2 onderzoeksstallen opgetrokken. Bart Sonck, afdelingshoofd ILVO-Dier, blikte daar tijdens een viering op terug. “Bij de officiële inhuldiging van de melkveestal nam toenmalig minister van Landbouw Joke Schauvliege (cd&v) een koe op sleeptouw op de rode loper. Zes maanden later nam toenmalig minister van Onderwijs Hilde Crevits (cd&v) met een big in haar armen de honneurs waar bij de opening van de Varkenscampus.” Deze varkensstal kreeg namelijk een belangrijke onderwijsopdracht. ILVO, Universtiteit Gent (UGent) en Hogeschool Gent (HoGent) sloegen de handen in elkaar voor de realisatie ervan.

De ambitie was volgens Sonck van bij aanvang duidelijk, namelijk een innovatieve infrastructuur bouwen die tegelijk dienst zou doen als onderzoeksplatform, leeromgeving en demonstratiecentrum.

Meer dan 170 wetenschappelijke proeven

Intussen zijn we een decennium verder. In de varkensstal werden in de voorbije 10 jaar 70 wetenschappelijke proeven uitgevoerd, onder meer naar diergezondheid, precisievoedering, dierenwelzijn en ammoniakemissies, en aan 6.000 studenten stages, practica en workshops gegeven. Op 11 jaar tijd staat de balans in de melkveeonderzoeksstal op meer dan 100 wetenschappelijke proeven, met een duidelijke focus op voeder- en emissieonderzoek. Sonck: “Dat betekent honderden rondes in de verschillende afdelingen en duizenden studenten, onderzoekers, veehouders en andere bezoekers die hier kennis en inspiratie hebben opgedaan.” Het zijn cijfers waar het hele ILVO Dier-team terecht trots op is.

De melkveestal van ILVO staat al 11 jaar garant voor actueel praktijkonderzoek.
De melkveestal van ILVO staat al 11 jaar garant voor actueel praktijkonderzoek. - Foto: AV

Sterke teams

Sonck maakte van het jubileum gebruik om de teams van beide stallen te bedanken. “Om de verzorging van de dieren én uitvoering en verwerking van de vele proeven in goede banen te leiden, heb je vele handen en goede teams nodig.” Acht jaar stond de Varkenscampus onder leiding van Marijke Aluwé en de voorbije 2 jaar van Sarah De Smet. Leen Vandaele en Karen Goossens leidden het onderzoek in de melkveestal, Anneleen De Visscher doet hier nu de coördinatie.

Hij benadrukte daarbij ook de nauwe samenwerking met de collega’s van UGent en HoGent. “De Varkenscampus is immers een succesverhaal dankzij de gedeelde visie en het open overleg in de stuurgroep waarin de 3 onderzoeksinstellingen zetelen. Doorheen de 10 jaar samenwerking groeide er een uitstekende vertrouwensband tussen de partners.”

Onderwijs op de Varkenscampus

Voor UGent en HoGent stond de onderwijs- en onderzoeksstal van de Varkenscampus meer dan 10 jaar geleden inderdaad hoog op het verlanglijstje. Beide onderwijsinstellingen hadden immers een grote behoefte aan moderne infrastructuur, vooral voor de opleidingen Diergeneeskunde, Biowetenschappen en Bio-ingenieurswetenschappen van UGent en de afstudeerrichtingen Dierenzorg en Landbouw van de bachelor Agro- en Biotechnologie van HoGent.

De voorbije 10 jaar deden vele studenten van UGent en HoGent praktijkervaring op op de Varkenscampus.
De voorbije 10 jaar deden vele studenten van UGent en HoGent praktijkervaring op op de Varkenscampus. - Foto: ILVO

Vandaag de dag is het een enorm voordeel voor de betrokken studenten dat de Varkenscampus slechts op een boogscheut van hun onderwijsinstelling ligt. Ze kunnen er tijdens hun opleiding dus vlot terecht om vaardigheden te leren tijdens practica, demonstratie en stages, en voor bachelor- en masterproeven met een onderzoeksluik. Daarnaast kunnen ze hier gemakkelijk in interactie gaan met de onderzoekers, dierverzorgers en onderzoeksondersteuners

De Varkenscampus is bovendien goed uitgerust om grote(re) groepen – studenten of andere – te ontvangen. Alle bezoekers moeten daarbij steeds strikte bioveiligheidsmaatregelen naleven: een verplichte varkensvrije periode, ter plaatse douchen – jawel, ook de pers - en bedrijfskledij aantrekken.

Onmisbare schakel in de opleiding dierenarts

Als mede-initiatiefnemer maakt de faculteit Diergeneeskunde deel uit van de stuurgroep die tweemaal per jaar samenkomt om de gemeenschappelijke koers van de Varkenscampus te bepalen. Professor Dominiek Maes van de faculteit Diergeneeskunde (UGent) zette tijdens het persmoment de positieve samenwerking tijdens de voorbije 10 jaar in de verf: “De Varkenscampus is een mooi voorbeeld van een succesvolle kruisbestuiving tussen onderwijs, onderzoek en praktijk. Het is een unieke leer- en onderzoekomgeving waar praktijkgericht onderwijs en innovatief, vraaggedreven onderzoek samenkomen.”

De opleiding Diergeneeskunde omvat 6 studiejaren. “Alle studenten Diergeneeskunde bezoeken tijdens hun studies minimaal eenmaal de Varkenscampus. In het 3de Bachelor komen ze voor het eerst naar de Varkenscampus. Ze leren de werking van een varkensbedrijf kennen en leren omgaan met varkens. Het grote voordeel is dat ze hier ‘iets meer mogen doen’ dan op praktijkbedrijven. Studenten van de 2de master – die dus al kozen voor landbouwhuisdieren – leren hier vaardigheden, zoals bijvoorbeeld drachtigheidsonderzoek of het uitvoeren van rookproeven. Studenten in het 3de masterjaar met keuzevak ‘varken’ komen op deze campus stage doen om de dagdagelijkse handelingen mee te volgen. Ze zien zo ook de vele administratie met betrekking tot diergezondheid die moet gebeuren door veehouder én dierenarts.”

Maes is lovend: “Onze studenten en onderzoekers krijgen hier toegang tot state-of-the-art infrastructuur en data en hebben directe interactie met de sector. De campus vormt een onmisbare schakel in de opleiding van toekomstige dierenartsen met interesse in de gezondheid, het welzijn en de productie van varkens en in de duurzame transitie van de varkenshouderij.”

Daarnaast is de faculteit Diergeneeskunde ook betrokken bij gemeenschappelijke onderzoeksprojecten zoals Piglife, Coolpigs, VleVaVC en studenten doen er divers onderzoek in het kader van hun masterproef.

Leren systeemdenken in de praktijk

“De Varkenscampus vormt inderdaad een unieke infrastructuur voor samenwerking tussen de verschillende actoren die hier actief zijn”, benadrukt ook Jeroen Degroote, professor aan de faculteit Bio-ingenieurswetenschappen (UGent). “Als deelnemer van de stuurgroep kunnen ook wij steeds onze inbreng doen. Binnen onze faculteit richten wij ons vooral op het systeemdenken. Hoe zitten productiesystemen in elkaar en hoe kunnen we ze verbeteren? Het is daarbij belangrijk om een faciliteit te hebben met een volledig realistisch productieproces waar we technische zaken inzake huisvesting, ventilatie, voeding… kunnen tonen aan onze studenten. Bij bezoeken kijken wij weliswaar ook naar het dier, maar nog meer naar de infrastructuur errond.”

Vooral studenten in het 3de bachelorjaar Dierlijke productie komen hier het volledige productieproces bekijken. “Teken de volledige Varkenscampus na, is dan ook een jaarlijkse examenvraag”, verklapt Degroote. “Elke student die bij ons afstudeert, heeft in principe een visuele foto van de Varkenscampus in zijn hoofd.” Degroote haalt aan dat hij hier ook geregeld langskomt met internationale contacten. “Het is een unieke plaats waar je met een internationaal gezelschap – van China tot Brazilië - kan langskomen en tonen hoe een Vlaams productiesysteem in elkaar zit.”

Ook deze faculteit participeert in heel wat gemeenschappelijke onderzoeksprojecten, zoals Circfeed, NutriTwin, Vemis enzomeer. De Varkenscampus is voor de bio-ingenieurs een ideale plek voor het onderzoek in het kader van hun bachelor- en masterproeven, alsook voor doctoraatsthesissen.

Authentieke aanpak

Christel Meert, departementshoofd Biowetenschappen en industriële technologie (HoGent): “Voor onze hogeschool toont dit feestelijke moment ook 10 jaar een uitstekende samenwerking met ILVO en UGent op deze locatie. Het betekent een decennium waarin onderwijs en praktijk elkaar hebben gevonden, versterkt en ook geïnspireerd.” Meert dook daarbij even in de archieven. “In documenten die dateren van 2012-2013 komt al de gezamenlijke ambitie tot uiting om een engagement aan te gaan waarbij onderwijs en onderzoek voorop- stonden. Tien jaar later houdt deze ambitie nog steeds stand.”

Ook aan de HoGent maken de afstudeerrichtingen Dierenzorg en Landbouw van de bachelor Agro- en Biotechnologie al 10 jaar gretig gebruik van deze Varkenscampus. Hoewel HoGent inzake praktijkgericht onderzoek vooral de plantaardige richting is ingeslagen, kiest men er bewust voor om de Varkenscampus als vaste waarde in te zetten bij de opleiding Agro- en biotechnologie. “Voor HoGent is authentiek onderwijs – dus leren door te doen en contact met het werkveld - heel belangrijk. Deze Varkenscampus biedt bijvoorbeeld onze studenten Dierenzorg de mogelijkheid om vakken zoals bioveiligheid of zoönosen niet enkel in een boek te ontdekken, maar werkelijk te ervaren in deze stal.” Ook de studenten Landbouw ervaren in de praktijk de algemene bedrijfsvoering op een varkensbedrijf.

“De voorbije 10 jaar hebben al onze studenten Dierenzorg en Landbouw hier kennis en vaardigheden meegenomen, en een beter perspectief gekregen op de Varkenscampus. We mogen die impact niet onderschatten! In 10 jaar is er al veel veranderd en er zal nog veel veranderen. Er zullen nog veel uitdagingen ons pad kruisen, maar ik ben ervan overtuigd dat we met de (samen)werking op deze Varkenscampus deze uitdagingen zeker zullen en kunnen aangaan”, besloot Christel Meert mooi.

Investeren in de toekomst van de veehouderij

Op de ILVO-site zijn trouwens opnieuw bouwwerkzaamheden aan de gang. “ILVO blijft investeren in de toekomst van de veehouderij. Naast de Varkenscampus verrijst momenteel de Feed Pilot. Deze nieuwe pilootfaciliteit voor de productie van precisievoeders zal naar verwachting in april 2026 operationeel zijn. En ook de pluimveesector zal hier volgend jaar een nieuwe state-of-the-art stek krijgen met het Pluimvee Innovatie Centrum. “Met deze initiatieven willen we onze rol blijven opnemen in het zoeken van oplossingen van maatschappelijke en economische uitdagingen binnen de veehouderij. Een van de sterktes van ILVO is trouwens de integrale benadering van feed2fork. Dankzij onze eigen voederproductie kunnen we het hele traject bestuderen”, stelt Bart Sonck.

ILVO investeert ook in de bestaande infrastructuur. “In het voorbije decennium is ons onderzoek steeds diverser geworden. Waar we vroeger vooral focusten op voeder, ligt de nadruk vandaag de dag ook sterk op emissies en dierenwelzijn. In de Varkenscampus denken we bijvoorbeeld aan vrijloopkraamhokken, varkens met lange staarten, bijkomende energiebesparende technieken, modulaire stalsystemen en uiteraard ammoniakemissiereducerende systemen. Voor beide stallen werd geïnvesteerd in de ontwikkeling van (eigen) software. Met behulp van tablets worden heel wat data verzameld en beheerd. De 2 stallen zijn tevens uitgerust met camera’s en sensorinfrastructuur, om zo onder andere de toepassingen met artificiële intelligentie verder uit te breiden. In de melkveestal werden eind 2024 ook nog 2 nieuwe melkrobots geplaatst.

Met deze investeringen in beide stallen willen we een duurzame datagedreven en circulaire veehouderij blijven ondersteunen.”

Anne Vandenbosch

 

In volgende artikels belichten we de huidige werking en enkele onderzoeksthema’s op de Varkenscampus en in de melkveestal.

Lees ook in Varkens

Dierenwelzijnslabel stuit op kritiek

Varkens Het nieuwe Vlaamse dierenwelzijnslabel ‘Beter voor Dieren’ is sinds kort operationeel voor de varkenssector. Twee oppositiepartijen lusten het nieuwe Dierenwelzijnslabel van minister Ben Weyts niet, zo bleek tijdens de commissie Landbouw van 1 oktober.
Meer artikelen bekijken