Het MAP-meetnet, wat is dat?

Het MAP-meetnet is een oppervlaktewatermeetnet dat het VMM gebruikt om de invloed van de landbouw op de kwaliteit van het oppervlaktewater op te volgen. Met andere woorden, de uitspoeling in de wintermaanden wordt geëvalueerd. Op die manier is het mogelijk de effecten van de Mestactieplannen te beoordelen. Het werd opgericht in 1999 en telde aanvankelijk 260 meetpunten, maar werd uitgebreid naar ongeveer 760 in de periode 2002-2005 op vraag van de landbouwsector.

Gedurende het winterjaar (1 juli tot 30 juni) worden de MAP-meetpunten maandelijks bemonsterd en de nitraat en orthofosfaat geanalyseerd. Meetpunten die de drie voorbije jaren goede resultaten leverden, worden ‘slapende meetpunten’ genoemd en worden nog maximaal vijf keer per winterjaar bemonsterd. Worden de resultaten toch ondermaats, dan wordt maandelijkse bemonstering terug de regel.