Edito: de invloed of kracht van een directeur
De directeur, CEO of simpelweg het hoofd van een onderneming, heeft veelal een enorme invloed op het bedrijf, diens strategie, organisatie en activiteiten. Onlangs ontmoetten we zo Anthony van der Ley, CEO van Lemken. Hij gaf ons duiding bij de toekomstvisie en de harde beslissing om te stoppen met de veldspuitenproductie.
Gefeliciteerd met de onderbouwde wijze waarop hij dit communiceerde naar de vakpers. Enkel de 1,5 coronameter stond tussen ons in. Het typeert onmiddellijk de man zijn stijl. Het is alvast een duidelijke houding, ongeacht of zijn beslissing de juiste is.
Je voelt dat er hier niet vanuit emotie, een ego of angst is gehandeld, maar wel vanuit een zuiver zakelijke beslissing. We leven allen in de landbouwwereld en zien dat er veel met passie én een enorme drijfveer wordt gewerkt. Dit is een mooi gegeven, maar met deze eigenschappen betalen we op het einde van de maand nog niet de rekeningen.
Met de beslissing en visie van de CEO van Lemken lijkt de onderneming klaar voor de toekomst. Het zijn zo’n mensen die de kers op de taart zijn van het landbouwnieuws en voor een zoete smaak zorgen.
Minder zoet smaakt ons de drang van wereldfabrikanten die absoluut full-liner willen zijn. Welke consequenties heeft dit al niet gehad op dealerniveau? Het zijn vaak familiebedrijven die nu gedwongen worden om één merk te voeren, terwijl de klant hier veelal nog niet in mee is.
Uit één niet nader bepaald verdeelnetwerk hoorden we vanuit de fabriek de raad om met de winst uit de tractorenverkoop, het verlies bij de machines te compenseren. Komaan... serieus? Dit kan je toch niet ernstig en duurzaam handelen noemen. Zijn zo’n adviezen anno 2020 nog gerechtvaardigd en wat brengt dergelijke bedrijfsvoering voor de toekomst? Hetzelfde kunnen we zeggen van CEO’s die absoluut tractoren, oogstmachines, zelfrijders, werktuigen, ... of nog meer willen bouwen. Dit moet volgens ons op een duurzaam economisch, vraaggestuurd model gebaseerd zijn, niet op een gekrenkt of misplaatst ego.
Fabrikanten hebben misschien de kracht om de hete aardappel nog door te schuiven naar de invoerder en dealer om zelf minder kleerscheuren op te lopen. Maar onze sympathie ligt net bij die lokale dealer die zich dagelijks - ongeacht welk uur - met passie en een enorme energie inzet om klaar te staan voor de grillen van zijn klant. We hebben een sterk lokaal dealerbedrijf nodig! Ze mogen niet de pasmunt worden, noch een melkkoe.
Dit alles doet toch stilstaan bij de kracht of de invloed die één man, de directeur, heeft op zijn bedrijf. We kunnen alleen maar hopen dat onze directeur met een gezonde visie naar de toekomst kijkt, met een hart voor de sector en met appreciatie voor zijn team.
