Startpagina Actueel

Hilde Crevits wil inzetten op de 4 V’s: ‘versterken’, ‘veranderen’, ‘vertrekken’ en desnoods ‘verdwijnen’

De Vlaamse klimaatambitie voorziet voor de landbouw een verhoogde inspanning van 10%. “Ik zal nooit een regeling goedkeuren waarbij er geen fatsoenlijk flankerend beleid is voor onze boeren”, zegt Vlaams minister Hilde Crevits. Ze wil inzetten op 4 v’s: ‘versterken’, ‘veranderen’, ‘vertrekken’ en ‘verdwijnen’ (stopzetting).

Leestijd : 4 min

Ook voor onze Vlaamse landbouw zijn de klimaatambities heel ambitieus: zo moeten de broeikasgasemmissies in de landbouw met 31,3% verminderen tegen 2030 ten opzichte van 2005. “Dat is dus heel veel. Er worden veel inspanningen verwacht”, aldus Vlaams minister Hilde Crevits in de commissie Landbouw in het Vlaams parlement.

Rondetafelgesprek

Er komt alvast een rondetafelgesprek om het pakket aan maatregelen concreet uit te rollen. “Ik geloof ook dat we dat positief moeten bekijken en moeten zorgen voor extra bedrijfsspecifieke begeleiding en advisering. Klimrek en Enerpedia spelen hierin een heel belangrijke rol”, aldus minister Crevits.

Verder zijn er in de Vlaamse Klimaatambitie nog enkele concrete sporen voorzien. De wkk’s (warmtekrachtkoppelingen) op aardgas hebben de energie-emissies in de glastuinbouw sterk doen dalen ten opzichte van de stookolieketels van vroeger. “Maar het blijft natuurlijk een fossiele brandstof. Die wkk’s worden versneld afgebouwd vanaf 2023 in plaats van 2030.”

De investeringssteun voor micro-wkk’s op fossiele brandstoffen wordt vanaf 2023 stopgezet. “Het gaat dus enkel om de nieuwe steun. Ook andere instrumenten zullen bijdragen aan het verminderen van de Vlaamse energetische emissies van de landbouwsector, zoals de VLIF-steun en de energiebeleidsovereenkomsten voor de glastuinbouw. “De steun voor wkk’s op biogas of voor pocketvergisters die dierlijk methaan omzetten, stopt evenwel niet. Niet alle steun stopt dus”, gaat Vlaams landbouwminister Hilde Crevits voort.

Koolstofgehalte

Verder ziet minister Hilde Crevits ook kansen in de wisselwerking tussen de vernieuwde groene architectuur van het GLB vanaf 2023 en de klimaatdoelstellingen in Vlaanderen. “Ook al in 2022 wordt steun voorzien voor de pre-ecoregeling voor het verhogen van het effectieve organische koolstofgehalte van bouwland via het teeltplan.”

Verder wordt ingezet op koolstofopslag door aangepaste teeltplannen, de aanvoer van organisch materiaal en steun voor het aanleggen, behouden en onderhouden van niet-productieve elementen, zoals kleine landschapselementen op het bedrijfsareaal. Dat is een win-winsituatie op het vlak van klimaatmitigatie, adaptatie, waterbeheer, bodemkwaliteit...

Vlaams minister Hilde Crevits wil het klimaatbeleid samen met de sector uittekenen. “In het SALV-advies wordt het potentieel van technologische oplossingen genoemd. Er wordt ook gevraagd om ruimer te kijken dan de emissies van de landbouw enkel in Vlaanderen. Onder meer via de Vlaamse Eiwitstrategie houden we hiermee rekening.”

En dan is er natuurlijk nog de discussie rond de veestapel, of de eventuele vermindering daarvan. “Ik heb het al zo vaak gezegd: ingevoerde voedingsproducten, of het nu gaat over groenten, fruit of vlees, worden heel vaak elders op een minder duurzame manier geproduceerd dan bij ons in Vlaanderen. De CO2-uitstoot van Belgisch witblauw is bijvoorbeeld de helft van de uitstoot van een Braziliaans rund.”

Het is maar een van de redenen waarom het Vlaams Centrum voor Agro- en Visserijmarketing (VLAM) ook verder inzet op het vergroten van de voorkeur voor lokaal vlees bij de consument én dat beter zichtbaar wil maken bij de aankoop. Op dat vlak is er nog wat aan (en vooral in) de winkel. “VLAM promoot geen hogere consumptie, maar wil consumenten bewust helpen kiezen voor meer lokale en duurzame producten.”

Minister Crevits wil inzetten op de ‘veranderingen in het Europees consumptiepatroon’. Wat dat concreet betekent, blijft echter heel vaag en onduidelijk. “Dat kan worden gecoördineerd door de brancheorganisaties. Er zullen ook bedrijven stoppen, wat kan leiden tot een daling van de veestapel.”

Flankerend beleid

Wat (flankerende) begeleiding betreft, wil minister Hilde Crevits inzetten op 4 v’s. “De eerste v gaat over versterken. Dat betekent dat we moeten inzetten op innovatie- en investeringssteun voor onze bedrijven. De landbouwsector moet hierbij worden behandeld als een economische sector.” De tweede v is het veranderen. “Sommigen zullen van verdienmodel moeten veranderen, of meer gemengd in plaats van te focussen op 1 activiteit. We moeten boeren daarin heel goed begeleiden.”

De derde v is vertrekken. “Er zijn boeren die niet meer kunnen blijven op de plaats waar ze zijn, maar wel naar elders kunnen gaan. Het is bijna onmogelijk voor een landbouwbedrijf om nog naast een aantal kwetsbare habitats te blijven bestaan.”

De vierde v is verdwijnen, of stopzetten. “Dat is voor mij dus echt pas de vierde optie. Als boeren gelegen zijn in een zone waar het niet meer kan en ze het niet meer zien zitten om al die grote investeringen te doen, dan moeten we heel flankerend gaan begeleiden bij het stopzetten.”

Ten slotte herhaalt minister Crevits nogmaals dat er géén maatregelen kunnen komen, zonder flankerend beleid.

“Ik zal binnen de Vlaamse regering nooit een regeling goedkeuren waarbij er geen fatsoenlijk flankerend beleid is voor onze boeren.”

Lieven Vancoillie

Lees ook in Actueel

Meer artikelen bekijken