Startpagina Edito

Edito: Met emotie door een vergrootglas kijken

Naar de landbouwsector wordt vaak met een portie emotie door een vergrootglas gekeken, zoals nu met de glyfosaatsaga. Laten we niet dezelfde fout maken als destijds met de neonicotinoïden.

Leestijd : 2 min

Momenteel is het vergrootglas gericht op de actieve stof glyfosaat, bij de bevolking beter bekend als de totaalherbicide Roundup. De reden hiervoor is de hervergunning van het middel door de Europese Commissie. Op vrijdag 13 oktober moest eensgezindheid gevonden worden over de hervergunning ervan, maar dat gebeurde niet. België en onze buurlanden onthielden zich over de uitspraak of de verlenging gesteund, dan wel verworpen moest worden.

Voor- en tegenstanders brengen een hoop studies en rapporten aan, die hun groot gelijk (of is het ideologie) moet bewijzen. Als we meegaan in de dramatiek van de tegenstanders, zou het lachend gezegd al bijna gevaarlijk zijn om ernaar te kijken. Zij gaan tevens de emotionele weg op om hun gelijk te halen. Ze schuwen het niet om gegevens met betrekking tot het terugvinden van de actieve stof bij kinderen en jongeren aan te halen. Hoe komt dit? Van glyfosaat is immers bekend dat het afbreekt. Het gedraagt zich niet als forever chemical. Je vindt het bovendien niet terug in gewassen die worden geteeld op percelen waar glyfosaat werd gebruikt, zo lazen we in wetenschappelijke studies.

Nog andere studies stellen dat er geen aanleiding is tot ‘bijzondere bezorgdheid’. Het voorzorgsbeginsel moet niet worden toegepast, aangezien een veilig gebruik mogelijk is. Hier scoort de landbouwsector sterk. Glyfosaat is bij ons immers enkel voor professioneel gebruik voorbehouden én landbouwers moeten in het bezit zijn van een fytolicentie. Dit geeft ons inziens goede garanties. Bijkomend is middelengebruik niet kosteloos, en moet de landbouwer hiervan return-on-investment of nut hebben in zijn verder teeltverloop.

Wetenschappers bij ons pleiten niet voor een totaalverbod op Roundup. Er is volgens hen geen volwaardig alternatief voor dit ‘wondermiddel’. Het kan opgevangen worden door een accumulatie van andere middelen. Kortom: er zou veel meer andere actieve stof gebruikt worden.

Iets gelijkaardigs zagen we in de suikerbietenteelt, waar het verdwijnen van neonicotinoïden ervoor zorgde dat meer andere chemische gewasbescherming op het land kwam. Met de bijen gaat het nog steeds niet beter en de rendabiliteit van de teelt staat onder druk. Is dat dan duurzaam?

Laten we dus nu niet dezelfde fout maken met glyfosaat als destijds met de neonicotinoïden. Omwille van emotie of ideologie mogen landbouwers oplossingen – die in een breder bekeken kader eigenlijk duurzaam zijn – niet ontnomen worden.

Tim Decoster

Lees ook in Edito

Meer artikelen bekijken