Startpagina Granen

Koperen Kievit-winnaar Jos Depotter: “Agro-ecologie is een kans, geen bedreiging”

Eind 2023 won akkerbouwer Jos Depotter uit Koksijde de ‘Koperen Kievit’-award. Dat is een prijs voor Vlaamse land- en tuinbouwers die zich de voorbije jaren hebben ingezet voor de boerennatuur op hun bedrijf en die een inspiratiebron zijn voor collega-landbouwers en voor de maatschappij. “We werken aan duurzame landbouw met voortschrijdend inzicht”, zegt Jos.

Leestijd : 8 min

Jos Depotter (51) en Els Beuselinck (48) namen in 1998 als derde generatie het gemengd bedrijf met akkerbouw en varkens van de ouders van Jos over in Wulpen, een deelgemeente van Koksijde. Hun zoon Jean-Baptiste (11) is nog jong, maar toont al interesse om het bedrijf op termijn over te nemen. In 2003 besloten Jos en Els om de varkenstak af te stoten. Vier jaar later zette Jos de eerste stap naar agro-ecologische akkerbouw, een duurzame landbouwmethode waarbij je onder andere zoveel mogelijk rekening houdt met natuurlijke hulpmiddelen. Zo koos hij voor niet-kerende grondbewerking in plaats van ploegen, wegens een te grote impact op de bodem. Verder ging hij groenbedekkers toepassen en zette hij meer in op organische bemesting via drijfmest van naburige bedrijven.

Het winnen van de Koperen Kievit-award – een organisatie van Boerennatuur Vlaanderen waarvoor 23 landbouwers zich kandidaat stelden – was voor hem een stuk erkenning voor al het geleverde werk. “We kregen opvallend veel lof van niet-landbouwers en ontvingen zowel positieve als negatieve reacties. Agro-ecologie betekent zo duurzaam mogelijk telen, maar het is geen compleet lastenboek dat je moet afwerken. Je volgt het voor zover je het kan of wil”, zegt Jos. “Ik zie het als een kruising tussen gangbare en biologische landbouw, waarbij je geen of zo weinig mogelijk kunstmest gebruikt en waarbij je het gebruik van gewasbeschermingsmiddelen sterk terugdringt. Het idee hierachter is dat de bodem het werk voor ons doet: het leven in de bodem verhoogt de ziekteweerbaarheid en voedt planten. De maatschappij wil steeds meer de richting van circulaire landbouw uit, dus moeten we daar zoveel mogelijk naar streven. Uiteraard mag je daarbij de rentabiliteit van je bedrijf niet uit het oog verliezen. Momenteel zit ons bedrijf in de overgang.”

Zomerteelten bieden voordelen

Jos en Els werken elke dag met de zware maar vruchtbare poldergrond. Ze kozen bewust voor uitsluitend zomerteelten: zomertarwe, -haver en -veldbonen. “Zomergranen bieden diverse voordelen. Vooreerst vragen ze minder input. Zo kan ik door pure organische mest te gebruiken telen zonder kunstmest. Al zijn er uitzonderlijke omstandigheden zoals dit jaar, waarbij ik er tegen mijn principes toch naar moest teruggrijpen om te corrigeren. Daarnaast moet je qua ziektebestrijding minder fytoproducten inzetten. Soms lukt het om zonder fungiciden te werken. Nog een voordeel is dat je normaal gezien een mooier tijdsvenster hebt om mechanische onkruidbestrijding toe te passen. Dat doen we met onder meer een wiedeg, triltand en schoffelmachine. Helaas is het nog niet gelukt om de inzet van herbiciden uit te sluiten, al hebben we het gebruik ervan sterk verminderd. Met zomergraan geraak je ook gemakkelijker aan je bakkwaliteit. Verder ervaren we veel minder problemen met resistente duist, omdat die vooral eind september - begin oktober begint te kiemen.

De belangrijkste reden waarom we voor zomergranen kiezen, is echter dat we zo geen verkoopbare teelten in de winter op het veld hebben die door te veel nattigheid kunnen kapotgaan. Zo zijn we ook niet verplicht om het water versneld af te voeren van de velden. Eigenlijk moet je winterwater zoveel mogelijk de tijd geven om in de grond te sijpelen, waar het thuishoort. We rekenen erop dat regenwormen door gangen in de grond aan te maken gedeeltelijk het werk van kunstmatige drainage overnemen. We voeren ook geen diepe grondbewerking meer uit, zodat het bodemleven zo weinig mogelijk gestoord wordt. Dat geeft een stabiele bodem. Vermits we geen verkoopbare teelten in de winter hebben, kunnen we wel overal groenbedekkers inzaaien. Die krijgen alle tijd om zich als tussengewas te ontwikkelen en om af te sterven. Toch denken we er sterk over na om wintervaste vlinderbloemigen in ons teeltplan op te nemen. Zo vriest balansaklaver niet kapot en kan het tegen natte winters. Met wintervaste klaver heb je een levende groenbedekker tot het moment dat je een nieuwe teelt inzaait en wordt het bodemleven constant gevoed. De stikstof komt daarbij ook vrij wanneer het moet.”

Els en Jos samen met hun zoon Jean-Baptiste in het zomertarweveld.
Els en Jos samen met hun zoon Jean-Baptiste in het zomertarweveld. - Foto: JVB

Van compostthee naar lab serum

Jos gebruikt al zo’n 5 jaar zelfgemaakte biostimulanten om planten weerbaarder te maken tegen ziekten. Als lid van de Kennisgroep Bodem, een focusgroep van de Begeleidingsdienst voor Betere Bodem en Waterkwaliteit (B3W), ontdekte hij compostthee. Dit extract van compost bevat veel goede micro-organismen en sproei je uit op de bodem en/of de planten. Jos ging er meteen mee aan de slag. Na 2 jaar schakelde hij echter over op lab serum (Lactic Acid Bacteria Serum of lactobacillus serum), een probiotische inoculant die wemelt van de nuttige lactobacillus-soorten. Lactobacillus is een van de meest voorkomende bacteriën op aarde en is een essentieel onderdeel van de probiotische en regeneratieve landbouw.

Jos vindt lab serum krachtiger dan compostthee. “Het heeft een goede werking, maar is geen wondermiddel. Je kunt het vergelijken met wat yoghurt bij de mens doet; daar ga je ook geen aids of corona mee tegenhouden’, lacht Jos. “We behandelen ons hoevezaad ermee en voegen het ook toe bij de drijfmest die we uitrijden. Soms spuiten we het ook rechtstreeks op de planten of voegen we het toe aan een chemische behandeling, indien die nodig is. Het hoofdbestanddeel van lab serum zijn dominante, goede melkzuurbacteriën met goede schimmels, gisten en enzymen.”

Beheerovereenkomsten en ecoregeling

Jos en Els hebben ook vrij veel – bijna 34 ha – grasland in beheerovereenkomsten met de Vlaamse Landmaatschppij (VLM). “Wellicht zal ik die hernieuwen. Veel landbouwers haken hiervoor af, omdat de voorwaarden moeilijk haalbaar voor hen zijn, zoals het verbod op chemische distelbestrijding en het verplicht afvoeren van het maaisel.” Door de slechte weersomstandigheden tijdens het voorjaar moesten Jos en Els al voor het tweede jaar op rij afwijken van hun oorspronkelijk teeltplan. Net zoals vorig jaar kozen ze voor een ecoregeling met het Agentschap Landbouw & Visserij rond de inzaai van een faunamengsel (49 ha). “De bedoeling is om in ‘normale jaren’ op een vijfde van ons areaal een faunamengsel te zetten. Het mengsel blijft staan tot 15 maart 2025 en wordt niet geoogst. We kozen daar bewust voor, omdat we geen teelten willen die in het najaar geoogst worden. De bodem is dan immers het gevoeligst voor structuurbederf, met vaak regenperiodes die het risico op het ‘kapotrijden’ van je akkers met de tractor en oogstmachines vergroten. Het kan ook zijn dat we in de zomer nat moeten maaidorsen, maar dan heb je daarna toch nog een droge periode, waarbij de grond zich kan herstellen tegen dat de winter begint.”

Graanstockage

In die winter onderhoudt Jos zijn erf en machinepark. “We hebben dan ook meer tijd om ons grondig te informeren over bepaalde ideeën rond teelten of dossiers. Daarnaast stockeren we ook graan voor andere landbouwers in 4 loodsen. Dat vraagt uiteraard de nodige opvolging. Hiervoor werken we samen met een veevoederfabriek, die klanten naar ons doorstuurt. Doorgaans blijft het graan hier lang liggen, tot in of voorbij de volgende oogst. Voeders mogen immers niet gemaakt worden van verse tarwe of gerst. We hebben niet de behoefte om met vakantie te gaan, daarom hebben we dit werk aanvaard.”

Jos en Els stockeren ook graan voor andere landbouwers in 4 loodsen.
Jos en Els stockeren ook graan voor andere landbouwers in 4 loodsen. - Foto: JVB

Maaisel als meststof

Jos en Els spelen met het idee om het maaisel dat afkomstig is van de beheerovereenkomsten te verspreiden op het land als maaimeststof en om zo organische stof aan te voeren. Momenteel zoeken ze uit hoe ze dat moeten doen: vers gemaaid, via compost, bokashi (een bodemverbeteraar op basis van gefermenteerd organisch materiaal) of nog op een andere manier. “Met bokashi willen we onkruidzaden afdoden, zodat ze zich niet verder kunnen verspreiden. Als landbouwer wil je immers niet dat de kruiden die groeien op je perceelsranden de onkruidbestrijding in je teelten bemoeilijken. We vragen ons ook af of we bokashi moeten maken in balen of in een grote kuil.

Ik contacteerde hiervoor Emma Van Steenweghen, innovatieconsulent Circulaire economie bij Boerenbond, om haar te vragen wat de meest efficiënte manier is”, legt Jos uit. “Samen met Emma, Karolien Michiel, materiespecialist beheerovereenkomsten bij de VLM en Koen Willekens, expert bodembeheer en agro-ecologie bij ILVO, wil ik nu bekijken wat voor ons bedrijf de beste oplossing is om het maaisel te valoriseren. “Hoe meer je dat op je eigen bedrijf kunt doen, hoe beter om het te verwaarden. Boerderijcompostering is een hot item: iedereen wil het, maar momenteel komt het nog niet van de grond.”

Struikelblokken voor natuurinclusieve landbouw

In februari 2023 werd Jos samen met enkele collega-landbouwers al uitgenodigd bij de VLM voor een gesprek met Karolien Michiel rond de problemen die bij het afsluiten van nieuwe beheerover-eenkomsten opduiken. “Daarbij kwam ook het verplicht afvoeren van maaisel aan bod. Gewoon klepelen is de meest efficiënte manier, maar de VLM vond dat niet goed voor de biodiversiteit van de plantengroei. Zij hadden liever dat je het maaisel afvoert en dat er een andere flora ontstaat. Ik vond dat in eerste instantie veel te omslachtig en vroeg me af of het sop dan nog wel de kool waard is voor het milieu. Ik belde ‘s anderendaags naar Karolien om haar te zeggen dat we het misschien toch een kans wilden geven in verband met het afvoeren en eventueel composteren van maaisel. Karolien zei toen dat ze met het idee speelde om bedrijven op te volgen die natuurinclusief willen boeren. Samen met 2 andere bedrijven zou dat van ons daarbij als opvolgbedrijf fungeren, om te bekijken welke struikelblokken er zijn om aan natuurinclusieve landbouw te doen. De overheid wil immers dat meer landbouwers natuurinclusief boeren. We wachten nu op feedback van de VLM. Ons project zit nog in de embryonale fase; het moet nog verder rijpen. Maar als het werkt, kan het ook een oplossing zijn voor andere landbouwers.”

Volgens Jos past het ook in het verhaal van carbon farming (koolstofopslag), waarmee hij via het platform Claire actief is. Claire is een vrijwillige markt waar certificaten worden verkocht aan bedrijven en organisaties die zich geroepen voelen om een deel van hun emissie te laten compenseren. In die periode namen we ook deel aan dé Klimaatkoploper, een wedstrijd van Boerenbond, KBC en Cera waarbij een voorbeeldbedrijf werd gezocht dat de komende 2 jaar de ambassadeur van de sector kon worden op het vlak van klimaat.”

Jos aan de slag met het dorsen van zomergerst.
Jos aan de slag met het dorsen van zomergerst. - Foto: Els Beuselinck

Directzaai bleek geen optie

Toen Jos besloot om met de bietenteelt te stoppen, onderzocht hij de mogelijkheden voor directzaai zodat hij geen diepe grondbewerking meer moest uitvoeren op al zijn percelen. “Dat is ook een belangrijke kostenbesparing en je gaat hiermee de regeneratieve toer op. Ik kocht een zaaimachine voor directzaai, maar dat bleek niet evident in poldergrond. Een combinatie met glyfosaat was ook haast onvermijdelijk. Uiteindelijk kozen we voor een minimale grondbewerking (maximum 6 cm diep), waardoor ook mechanische onkruidbestrijding mogelijk was. Je kan echter maar een premie voor mechanische onkruidbestrijding ontvangen als je op het ingetekende perceel niets van herbiciden gebruikt, wat voor ons nog moeilijk is.

Daarom introduceerden we dit jaar als proef rogge in ons teeltplan vanwege zijn onkruidonderdrukkend effect. Zo zoeken we voortdurend opties om verder te gaan in het agro-ecologische verhaal. Dat gebeurt met vallen en opstaan. De denkbeeldige tanker is gekeerd, maar we zijn er nog niet mee op de bestemming aangekomen. Wie nu inzet op agro-ecologie, neemt voorsprong en maakt het pad vrij voor de opvolgers. Al moet je daarbij alles stap voor stap doen en niet te snel of ideologisch willen gaan”, besluit Jos.

Dag van de Landbouw

Op zondag 15 september nemen Jos en Els deel aan de Dag van de Landbouw. Van 10 tot 18 uur ben je dan welkom op hun bedrijf aan de Veurnekeiweg 20 in Wulpen. Ze stellen hun bedrijf voor en tonen je onder meer de inspanningen die ze al leverden en de weg die graan aflegt van het veld tot bij de bakker. VLM, de provincie West-Vlaanderen en diverse andere partners voorzien infostanden.

Jan Van Bavel

Lees ook in Granen

Bladseptoria en dwergvergelingsvirus gezien in graanvelden

Granen Het Landbouwcentrum Granen Vlaanderen (LCG) en partners doet dit jaar terug waarnemingen in graanvelden. Hun meest recente waarnemingen vonden plaats op 7 en 8 april. De vaststelling is dat bladseptoria verspreid voorkomt, maar de tarwe er gezond bijstaat.
Meer artikelen bekijken