Startpagina Aardappelen

Aardappeldemodag in Westmaas (Nederland) plaatste kennisoverdracht centraal

De Aardappeldemodag in Westmaas, ten zuiden van Rotterdam, is in Nederland dé ontmoetingsplaats van de aardappelsector en richt zich op de hele aardappelketen. Op 21 augustus zakten ruim 4000 geïnteresseerden uit de Nederlandse én Belgische aardappelsector af naar het Proefbedrijf Westmaas. Ze konden er geen rooidemonstraties bijwonen, maar wel genieten van een compacte, gecentraliseerde vakbeurs en van een stevig kennisprogramma.

Leestijd : 6 min

Tweejaarlijks organiseren Wageningen University & Research, het Proefbedrijf in Westmaas, de Nederlandse Aardappel Organisatie (NAO) en de Vereniging voor de Aardappelverwerkende Industrie (VAVI) de Aardappeldemodag. Stakeholders uit de hele keten – telers, handel, verwerkers, toeleveringsbedrijven… – ontmoeten en informeren er elkaar over de nieuwste ontwikkelingen.

Vernieuwde opzet

Omdat de organisatoren in de huidige aardappelmarkt ervaarden dat er een toenemende behoefte was aan kennis en verdieping, legden ze de nadruk vooral op kennisoverdracht. Er is een groeiende behoefte aan vakkennis in deze tijd waarin de aardappelteelt voor grote uitdagingen staat. Denk maar aan de versnelde doorbraak van phytophthoraresistenties, aan de sterk afnemende beschikbaar-heid van middelen en aan de aanscherping van wet- en regelgeving rond bemesting, bedrijfsmanagement... De organisatie besloot om met ingang van deze editie geen rooidemonstraties meer te houden, want die leggen (zeker bij een natte editie) te veel beslag op de gronden van de onderzoekslocatie. “Het was best spannend om de koers van de Aardappeldemodag te wijzigen, maar we zijn zeer tevreden over hoe het heeft uitgepakt”, zei beursmanager Marieke Ampt-de Jong van Proefboerderij Westmaas na afloop. “Zowel van de bezoekers als van de standhouders ontvingen we positieve feedback op de keuze voor nog meer verdieping én om meer mogelijkheden te bieden om te netwerken.”

Compact en leerzaam

Door de stands van de ruim 110 exposanten te clusteren in en rond het Proefbedrijf ontstond een relatief compacte vakbeurs. Daarbij kon je in korte tijd veel kennis opdoen en met relaties en collega’s spreken. Op het buitenterrein kon je het mechanisatiepark met de allernieuwste landbouwmachines (inclusief de nodige aardappelrooitechnieken) bewonderen en proefveldjes met objecten over rassen, gewasbescherming, fertigatie en bemesting bekijken. De toekomstige generatie werd niet vergeten dankzij het Jonge Boeren Programma. Dat kon op veel interesse rekenen, met opvallend veel aanmeldingen uit Vlaanderen. In de kennisschuur van het Proefbedrijf vonden 3 seminars plaats. Daarnaast werden de bezoekers tijdens 31 kennissessies in 5 aparte ruimtes volgens het silent disco-systeem met koptelefoons bijgepraat over actuele onderwerpen in de aardappelteelt; van teelt tot techniek en van markt tot beleid.

Uiteraard was er ook veel aandacht voor mechanisatie. Zo presenteerde AVR zijn slimme planter Ceres 440.
Uiteraard was er ook veel aandacht voor mechanisatie. Zo presenteerde AVR zijn slimme planter Ceres 440. - Foto: JVB

Meer aandacht voor de teelt

Dick Hylkema, directeur van de Nederlandse Aard-appel Organisatie, pleitte tijdens de opening voor meer aandacht voor de aardappelteelt vanuit de maatschappij, politiek en overheid. Hij noemde de Nederlandse aardappelcluster, gaande van veredeling en teelt over handel en verwerking tot kennis en overheid, uniek en riep de sector op om dat nog beter te verspreiden. Carolien Kroeze, rector magnificus Wageningen University & Research, stelde dat het Proefbedrijf Westmaas een echt kenniscentrum is, dat kennis moet leveren aan het beleid om de juiste beslissingen te nemen. Volgens haar is het ongelooflijk belangrijk om onafhankelijke kenniscentra te behouden.

Cash crop

In een eerste seminar gingen 4 sprekers in op de vraag ‘ Is de aardappel in 2030 nog steeds een cash crop in de akkerbouw? Hans Langereis, directeur inkoop bij McCain, gelooft daar rotsvast in. “Niet voor niets ligt de contractprijs voor volgend jaar april 50% hoger dan 2 jaar geleden. Dat is een hogere stijging dan de ook flink gestegen kosten. Financieel gezonde akkerbouwbedrijven zijn essentieel, zodat ook toekomstige generaties aardappelen willen en kunnen telen.” Ook Jerôme de la Chambre, duurzaamheidsmanager bij McDonald’s, is overtuigd. Het fastfoodconcern is een van de grotere eindafnemers in de wereld. “Door de klimaatverandering en de daarmee gepaard gaande problemen rond opbrengst en oogst, maken we ons wel zorgen over voldoende beschikbaarheid van lange aardappelen in de komende jaren, want die leveren ons de gewenste lange frietjes”, stelde de la Chambre. “Een robuust aardappelsysteem is heel belangrijk voor ons. Daarom investeren we met frietproducent Farm Frites, coöperatieve telers organisatie Nedato en andere kennispartners in een robuuste bodem. Het verruimen van de teeltrotatie zou een prima maatregel kunnen zijn om bodemleven en -structuur te verbeteren. Wageningen Universiteit onderzoekt voor ons welke kritische prestatie-indicatoren het meest relevant zijn om in te investeren. Telers moeten een goed inkomen blijven realiseren, want zonder telers hebben wij geen frietjes.”

Alex Datema, directeur Food&Agri van Rabobank, gelooft ook dat aardappelen in 2030 nog de ruggengraat van de akkerbouwgewassen zullen zijn. “Het areaal zal misschien wel iets krimpen, maar het is de vraag of dat erg is. Duurzame maatregelen, zoals het vergroten van de biodiversiteit, extensivering van het bouwplan en gebruik van precisielandbouwtechnieken zijn nodig om de toekomst voor de teelt te garanderen. De kunst is om aardappelen te telen met hoge opbrengsten en een lage milieudruk. Kwaliteit is daarbij belangrijker dan de laatste kilogram of hectare.”

Ook Tineke de Vries, voorzitter van de LTO-vakgroep Akkerbouw en Vollegrondsgroenten en pootgoedteler in het noorden van Friesland, heeft vertrouwen in de aardappelteelt. “Uitdagingen zijn het gewasbeschermingsdossier maar ook de vele claims op landbouwgrond, waardoor het aardappelareaal wellicht zal teruglopen. We zullen jonge boeren moeten motiveren, want zij moeten de sector dragen. Een goed verdienmodel is dus nodig en alle schakels van de keten moeten daaraan meewerken.” Daarvoor is transparantie en samenwerking in de aardappelmarkt nodig, zo luidde de conclusie.

Tijdens 31 kennissessies in 5 aparte ruimtes werden de bezoekers bijgepraat over actuele thema’s in de aardappelteelt.
Tijdens 31 kennissessies in 5 aparte ruimtes werden de bezoekers bijgepraat over actuele thema’s in de aardappelteelt. - Foto: JVB

Vrije aardappelmarkt

Niels van der Boom, marktanalist bij DCA Market Intelligence – het bedrijf achter Boerenbusiness.nl – ging in op de vraag of de vrije aardappelmarkt nog loont bij deze contractprijzen. De jaren 2023 en 2024 lieten niet alleen historische contractprijzen voor frietaardappelen zien. Ook op de vrije markt werden records verbroken. Op de termijn- en fysieke markt ontbreekt het juist vaak aan dynamiek om van te kunnen profiteren. Van der Boom ging in op de rol van de termijnmarkt, die steeds vaker hapert. “Dat is erg jammer, want het is een ideaal in-strument voor aardappeltelers om risico’s af te dekken. Helaas gebeurt dat te weinig, en daar moet verandering in komen. De kostprijs voor de aardappelteelt stijgt, maar de contractprijs ook. De opbrengstverschillen worden groter en de markt heeft geen bodem en plafond. Daarnaast zijn er nauwelijks vrije transacties en ontbreekt de signaalwerking van de termijnmarkt.”

Het Europees areaal van consumptieaardappelen (in de 4 belangrijkste landen Nederland, België, Duitsland en Frankrijk) steeg dit jaar tot een record van bijna 550.000 ha. Daarnaast fluctueren de Europese opbrengsten tussen 23,5 en 24,5 miljoen ton, wat ook een record is. De aardappelverwerking nam toe, terwijl de frietafzet het wat rustiger aan doet. De vraag is of pootgoed de belemmering blijft of niet. Het prijsniveau lag eind juni tussen 8 euro (af land) en 30 euro per 100 kg.” Volgens van der Boom neemt de contractteelt toe, maar blijft de vrije markt belangrijk. “Gemiddeld grote telers werken vaak op afspraak, zeker voor frietaardappelen. Er is zeker nog toekomst voor de termijnmarkt.”

Doelsturing in plaats van kalenderlandbouw

Kalenderlandbouw ligt ook in Nederland onder vuur van de sector. André Hoogendijk, directeur van de Brancheorganisatie (BO) Akkerbouw, belichtte de inzet van de Nederlandse akkerbouwsector om de problematiek van nitraatuitspoeling naar het grondwater aan te pakken met doelsturing. Doelsturing houdt in dat de teler door het meten en monitoren van en sturen op emissies van nitraat op perceelsniveau zelf verantwoordelijkheid neemt om de waterkwaliteitsdoelen te halen. Daarbij krijgt hij wat vrijheid om te bepalen hoe hij dat zal doen. Zo kan je als akkerbouwer je N-mineraal (stikstof die na de oogst achterblijft in je land) meten en daarbij inzicht krijgen. Het bepalen van een representatief, eenvormig monster volgens een geborgd protocol is hierbij de doelstelling.

Netafim presenteerde zijn Streamline-Go-druppelirrigatieoplossing.
Netafim presenteerde zijn Streamline-Go-druppelirrigatieoplossing. - Foto: JVB

“Doelsturing moet ruimte geven aan vakmanschap. Dat betekent ook dat je scherp bent voor telers die doelen niet halen of die buiten de wet om zaken doen die je niet wilt. Zo kan je verantwoordelijkheid nemen in de plaats stellen van de vaak inefficiënte kalenderlandbouw”, aldus André Hoogendijk. “Op alle akkerbouwpercelen willen we onder 50 mg nitraat voor uitspoeling naar grondwater komen. Het liefst draagt dit er ook aan bij dat er minder nutriënten in het oppervlaktewater terechtkomen.” Volgens Hoogendijk weten nog te weinig akkerbouwers dat een aardappel na 60 dagen stopt met stikstof opnemen en dat bijbemesten daarna niet meer hoeft, omdat het de aardappelknol niet meer bereikt.

Sectoraal plan van aanpak

De komende maanden wil de BO Akkerbouw een robuust bemonsteringsprotocol opzetten en een sectoraal plan van aanpak uitrollen, waarbij een gezamenlijke verantwoordelijkheid centraal staat. “Daarbij werken telers volgens de goede landbouwpraktijk, bepalen verwerkers (en de markt) de kaders, kunnen teeltadviseurs hier hun advies op aanpassen en werken veredelaars aan stikstofefficiënte rassen en goed inzetbare, efficiënte vanggewassen en groenbemesters”, zegt Hoogendijk.

De volgende editie van de Aardappeldemodag zal plaatsvinden op 19 augustus 2026. De organisatie wil bezoekers dan weer een interessant en breed scala aan onderwerpen bieden.

Jan Van Bavel

Lees ook in Aardappelen

Belgapomnotering voor Fontane daalt verder

Aardappelen Belgapom meldt op 18 april een prijs van 125 euro/ton (zonder btw) voor het ras Fontane. Dat is een daling met 35 euro/ton (zonder btw) tegenover de vorige notering van 2 weken geleden. Voor Challenger is er deze week geen notering wegens een gebrek aan transacties.
Meer artikelen bekijken